Wet van 16 december 2020 tot vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2021

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat ingevolge artikel 105 van de Grondwet de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Rijk bij de wet moet worden vastgesteld en dat artikel 2.1 van de Comptabiliteitswet 2016 bepaalt welke begrotingen tot de rijksbegroting behoren;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedge- vonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

De bij deze wet behorende departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2021 wordt vastgesteld.

Artikel 2

De bij deze wet behorende begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2021 wordt vastgesteld.

Artikel 3

De vaststelling van de begrotingsstaten geschiedt in duizenden euro’s.

Artikel 4

De Comptabiliteitswet 2016 wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 2.1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van het vijfde lid, onderdeel d, door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • e. de begroting van het Nationaal Groeifonds.

B

Aan artikel 4.3 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. Onze minister van Economische Zaken en Klimaat is verantwoordelijk voor het beheer van de begroting van het Nationaal Groeifonds.

Artikel 5

  • 1. Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 1 januari, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 1 januari.

  • 2. In afwijking van het eerste lid werkt artikel 4 terug tot en met 15 september 2020.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 16 december 2020

Willem-Alexander

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra

Uitgegeven de twaalfde februari 2021

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën voor het jaar 2021 (bedragen x € 1.000)

Art.

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

   

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

 

Totaal

16.540.038

9.954.970

156.162.159

         
 

Beleidsartikelen

     

1

Belastingen

2.987.107

3.108.560

150.945.690

2

Financiële markten

26.053

26.053

10.255

3

Financieringsactiviteiten publiek-private sector

692.928

692.928

815.850

4

Internationale financiële betrekkingen

– 2.082.075

79.362

136.298

5

Exportkredietverzekeringen, -garanties en investeringsverzekeringen

10.133.378

1.265.378

624.914

6

Btw-Compensatiefonds

3.576.710

3.576.710

3.576.710

9

Douane

540.248

540.248

605

13

Toeslagen

118.125

118.125

0

         
 

Niet-beleidsartikelen

     

8

Apparaat kerndepartement

283.512

283.512

51.837

10

Nog onverdeeld

264.052

264.094

0

Vastgestelde begrotingsstaat van het Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2021 (bedragen x € 1.000)

Art.

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

   

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

 

Totaal

22.457.577

22.457.577

65.873.342

         
 

Beleidsartikelen

     

11

Financiering Staatsschuld

20.926.321

20.926.321

56.731.000

12

Kasbeheer

1.531.256

1.531.256

9.142.342


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 35 570 IX

Naar boven