Besluit van 17 mei 2021, houdende de tweede verlenging van de geldingsduur van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mede namens Onze Minister van Justitie en Veiligheid en Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van 14 mei 2021, kenmerk 2355250-1008066-WJZ;

Gelet op artikel VIII, derde lid, van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Het tijdstip van verval van de in artikel VIII, eerste lid, van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19 genoemde bepalingen wordt vastgesteld op 1 september 2021.

Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is belast met de uitvoering van dit besluit, dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 17 mei 2021

Willem-Alexander

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge

Uitgegeven de twintigste mei 2021

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

1. Aanleiding

De Tijdelijke wet maatregelen covid-191 (hierna: Twm) is op 1 december 2020 in werking getreden. De door die wet tot stand gebrachte tijdelijke bepalingen, onder andere in de Wet publieke gezondheid (hierna: Wpg), vervallen in beginsel drie maanden na inwerkingtreding van die wet.2 Met het onderhavige koninklijke besluit wordt de werkingsduur van de Twm met drie maanden verlengd, tot 1 september 2021. De Twm en de maatregelen die op grond daarvan zijn genomen, zijn namelijk onverminderd noodzakelijk om de uitbraak van covid-19 te bestrijden. Alvorens de voordracht voor het onderhavige koninklijk besluit kon worden gedaan is het ontwerp ingevolge artikel VIII, vierde lid, van de Twm aan de Tweede en Eerste Kamer overgelegd.

2. Verlenging Tijdelijke wet maatregelen covid-19

De Twm is tot stand gekomen om, met het oog op het onbekende verloop van het virus, maatregelen te kunnen nemen ter bestrijding van covid-19.3 Voor deze maatregelen is een stevig juridisch fundament met een gedegen democratische legitimatie nodig. Dit fundament biedt de Twm. Omdat bij de totstandkoming van de Twm nog niet duidelijk was hoe het verloop van de verspreiding van het virus er uit zou zien, is ervoor gekozen om te voorzien in de mogelijkheid om deze wet te kunnen verlengen of te beëindigen.4

Van de mogelijkheid om de werkingsduur van de Twm te verlengen wordt met het onderhavige besluit gebruikgemaakt.

Voor de verlenging van de Twm is gekozen omdat de maatregelen die op grond hiervan zijn genomen vandaag de dag onverminderd noodzakelijk zijn. Deze maatregelen kunnen op grond van de Twm bij ministeriële regeling worden vastgesteld, met uitzondering van de vaststelling van de veilige afstand, die bij algemene maatregel van bestuur geschiedt. Per 1 december 2020 zijn daartoe de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 (hierna: Trm) alsmede het Tijdelijk besluit veilige afstand in werking getreden.5 Per 9 januari 2021 is het Besluit aanwijzing hoogrisicogebieden in werking getreden.6 Daarnaast zijn er voor Caribisch Nederland afzonderlijke regelingen tot stand gebracht (zie hierover nader paragraaf 4). De Trm bevatte in oorsprong de maatregelen die tot dan toe in noodverordeningen waren opgenomen. De Trm is inmiddels een aantal keren gewijzigd.

De achtergrond van de concrete maatregelen is toegelicht in een groot aantal «stand van zaken»-voortgangsbrieven.7 Op grond van artikel 58s, eerste lid, Wpg dient namelijk maandelijks aan beide Kamers van de Staten-Generaal een met redenen omkleed overzicht van de krachtens dit hoofdstuk geldende maatregelen toegezonden te worden en dient te worden aangegeven wat de verwachtingen zijn ten aanzien van het voortduren van de maatregelen.8

Over de te nemen maatregelen wordt het kabinet geadviseerd door het Outbreak Management Team (OMT). In het advies naar aanleiding van het 109e OMT van 19 april geeft het OMT aan dat in de week van 8 tot 15 april het aantal meldingen van SARS-CoV-2-positieve personen met 9% is toegenomen, in vergelijking met de week ervoor. Deze toename is te verklaren door een tijdelijke dip in het aantal testen. Het gemiddeld percentage positieve testen van door de GGD geteste personen is met 9.9% echter nog steeds hoog. Op basis van het aantal meldingen constateert het OMT dat de epidemie zich op een plateau of nabij de piek bevindt. Ook het aantal ziekenhuis-en IC-opnames lijken op een plateau te zijn beland. Op basis van de huidige getallen is het onduidelijk of de piek al bereikt is. Alle indicatoren wijzen er echter nog steeds op dat de huidige situatie past bij het risiconiveau «zeer ernstig».

Het kabinetsbeleid, waaronder de maatregelen, is gericht op het zo snel mogelijk maximaal verlagen van het besmettingsniveau, het vertragen van de verspreiding van het virus en van nieuwe varianten van het virus en het beperken van de influx van virusvarianten uit het buitenland. De Twm, die de grondslag biedt voor deze maatregelen, is onverminderd noodzakelijk om het virus te kunnen bestrijden. In het openingsplan wordt het voor de samenleving, ondanks alle onzekerheden (ook) in deze fase van de crisis, inzichtelijk wanneer versoepelingen mogelijk zouden kunnen zijn en hoe die versoepelingen er dan uit zullen zien. Het openingsplan schaalt terug tot het niveau waakzaam, om daarna te kunnen besluiten wanneer ook de basismaatregelen losgelaten kunnen. Het kunnen zetten van stappen uit het openingsplan blijft afhankelijk van de epidemiologische situatie. Het geschetste tijdpad is dan ook met een mate van onzekerheid omgeven. De Twm blijft dan ook voorlopig nog noodzakelijk.

De Twm dient voor de nu geldende vervaldatum verlengd te worden, anders vervalt deze wet van rechtswege. Per 1 maart 2021 is de Twm verlengd tot 1 juni 2021. Het nogmaals verlengen van de Twm betekent dat er vanaf 1 juni 2021 een wettelijke basis blijft bestaan om bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling maatregelen te treffen ter bestrijding van het virus. Met het onderhavige besluit wordt de werkingsduur van de Twm met de maximumtermijn van drie maanden verlengd, tot 1 september 2021.

3. Afdeling advisering van de Raad van State

Alvorens tot verlenging van de Twm over te gaan, dient de Afdeling advisering van de Raad van State ingevolge artikel 58t Wpg gehoord te worden over de maatregelen die gelden op grond van de Twm. Op 21 april 2021 heeft de Afdeling advisering van de Raad van State aangegeven dat zij het oordeel gerechtvaardigd acht dat, gelet op de huidige omstandigheden, het laten vervallen van (delen van) de Twm op dit moment nog niet aan de orde is. De Twm biedt de grondslag én regelt de bandbreedte van de op- en afschaling van de getroffen en te treffen maatregelen. Tegen deze achtergrond kan de Twm in deze fase niet gemist worden. Voldoende aannemelijk is dat ook ná 1 juni 2021 op deze wet gebaseerde maatregelen nog enige tijd (deels) noodzakelijk zullen zijn om het virus verder in te dammen. Verder constateert de Afdeling advisering dat er nieuwe onderdelen worden toegevoegd aan de Twm. Enerzijds om verdere beperkingen op te kunnen leggen, maar anderzijds juist ook om maatregelen te kunnen afschalen. De Afdeling vraagt om een overzicht van deze reeds aangekondigde onderdelen en de beoogde planning daarvan. Ook wordt gevraagd of er nog andere wijzigingen van de Twm worden voorzien of overwogen.

Als reactie op deze constatering, volgen hieronder de reeds aangekondigde wijzigingen en de beoogde planning:

  • de Tijdelijke wet testbewijzen covid-19.9 Dit wetsvoorstel is op 11 mei 2021 door de Tweede Kamer aangenomen en staat onder voorbehoud op de agenda van de Eerste Kamer op 25 mei 2021.

  • het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet publieke gezondheid vanwege de invoering van aanvullende maatregelen voor het internationaal personenverkeer i.v.m. de bestrijding van de epidemie van covid-19.10 Dit wetsvoorstel is op 11 mei 2021 door de Tweede Kamer aangenomen en wordt onder voorbehoud behandeld in de Eerste Kamer op 25 mei 2021.

  • het wetsvoorstel houdende wijziging van de Wet publieke gezondheid in verband met een sluitingsbevoegdheid ten aanzien van publieke en besloten plaatsen wegens een uitbraak.11 Dit wetsvoorstel is op 22 april 2021 ingediend bij de Tweede Kamer.

Andere wijzigingen van de Twm worden op dit moment niet voorzien.

4. Voorhang Tweede en Eerste Kamer

Het voornemen om een voordracht voor dit besluit te doen is op 4 mei 2021 aan de Tweede en Eerste Kamer overgelegd.12 Tijdens het debat over de coronamaatregelen op 12/13 mei 2021 in de Tweede Kamer is het voorgenomen besluit aan de orde gekomen en is gesproken over de wijze van onderbouwing van een eventuele volgende verlenging. De Eerste Kamer heeft het geagendeerd voor het debat op 25 mei 2021.

5. Caribisch Nederland

Op grond van de Twm zijn er voor de openbare lichamen Bonaire13, Saba14 en Sint Eustatius15 afzonderlijke tijdelijke regelingen met maatregelen tot stand gebracht. Voor afzonderlijke regelingen is gekozen omdat de feitelijke en epidemiologische situatie daar verschilt van Europees Nederland. Met de verschillende regelingen kan er dan ook maatwerk toegepast worden. Over de voorgenomen verlenging van de Twm zijn de eilandsbesturen van de openbare lichamen geconsulteerd. Sint Eustatius is zonder opmerkingen akkoord met de verlenging van de Twm, van Saba is geen reactie ontvangen. Het Bestuurscollege van Bonaire onderschrijft ten slotte de noodzaak van de verlenging van de Twm en vraagt daarnaast aandacht voor het kunnen toepassen van maatwerk. Het college geeft aan dat bijna 60% van de bevolking van achttien jaar en ouder gevaccineerd is en dat Bonaire een effectief eigen crisisbeleid heeft, dat, gelet op de lokale omstandigheden, afwijkt van dat in Europees Nederland. Een aanpak op maat is daarom wenselijk. Omdat toerisme de levensader van de economie op Bonaire is, benadrukt het college dat maatwerk in het bijzonder van belang is ten aanzien van het inreisbeleid. De nu geldende inreismaatregelen leggen meer beperkingen op dan het college wenst en noodzakelijk acht. Het hebben van aandacht voor flexibiliteit en de mogelijkheid om maatwerk toe te passen op de BES-eilanden, is ook het uitgangspunt van het kabinet. Hiermee beoogt het kabinet de maatregelen toe te spitsen op de situatie op de BES-eilanden, die situatie verschilt immers van Europees Nederland.

6. Inwerkingtreding en verlengingsduur

Met dit koninklijk besluit worden de door de Twm tot stand gebrachte bepalingen met drie maanden verlengd tot 1 september 2021, aangezien naar verwachting maatregelen op grond van de Twm tot in elk geval deze datum noodzakelijk zullen blijven.

Deze nota van toelichting wordt uitgebracht mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge


X Noot
1

Stb. 2020, 441.

X Noot
2

Artikel VIII, eerste lid, Twm.

X Noot
3

Kamerstukken II 2019/20, 35 526, 3, p. 2.

X Noot
4

Kamerstukken II 2019/20, 35 526, 3, p. 4.

X Noot
7

Opgenomen in Kamerstukkendossier 25 295.

X Noot
8

Deze worden opgenomen in de voortgangsbrieven, zie laatstelijk: Kamerstukken II 2020/21, 25 295, nr. 1063.

X Noot
9

Kamerstukken II 2020/2021, 35 807, nr. 2.

X Noot
10

Kamerstukken II 2020/2021, 35 808, nr. 2.

X Noot
11

Aangekondigd in Kamerstukken II 2020/2021, 25 295, nr. 1105, paragraaf 7.

X Noot
12

Kamerstukken II 2020/2021, 35 526, nr. 61 en Kamerstukken I 2020/2021, 35 526, nr. AY.

Naar boven