Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat | Staatsblad 2021, 191 | Wet |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat | Staatsblad 2021, 191 | Wet |
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is dat enkele bepalingen uit richtlijn (EU) 2018/645 betreffende de vakbekwaamheid van beroepschauffeurs worden geïmplementeerd in de Wegenverkeerswet 1994;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
De Wegenverkeerswet 1994 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1, eerste lid, wordt, onder verlettering van de onderdelen l tot en met o tot m tot en met p, na onderdeel k een onderdeel ingevoegd, luidende:
kwalificatiekaart bestuurder als bedoeld in artikel 151b, onderdeel i;.
B
Aan artikel 4b, eerste lid, wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van dat lid door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:
t. het behandelen van aanvragen tot afgifte van een kwalificatiekaart bestuurder, de afgifte van die kwalificatiekaart bestuurder en het registreren van gegevens in het rijbewijzenregister betreffende de kwalificatiekaart bestuurder.
C
In artikel 4aa komen de onderdelen m en n te luiden:
m. het uitreiken van certificaten die aantonen dat een bestuurder als bedoeld in artikel 151b, onderdeel b, een aantal uren nascholing heeft gevolgd, maar de nascholing nog niet met goed gevolg heeft voltooid;
n. het ongeldig verklaren van getuigschriften van vakbekwaamheid en getuigschriften van nascholing als bedoeld in artikel 151b, onderdelen d en f;
D
In artikel 121, eerste lid, vervalt «, en met de registratie van certificaten als bedoeld in artikel 151g, vierde lid».
E
Artikel 124a wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid vervallen «en een in artikel 151g, vierde lid, bedoeld certificaat,» en «onderscheidenlijk het certificaat».
2. In het tweede lid vervallen «of certificaat» en «onderscheidenlijk het certificaat».
3. In het derde lid vervallen «of van een certificaat» en wordt «levert de houder van een certificaat dat document in bij de instantie die het ongeldig heeft verklaard» vervangen door «levert de houder van een kwalificatiekaart bestuurder die kaart in bij de Dienst Wegverkeer».
4. Het vijfde lid vervalt onder vernummering van het zesde lid tot vijfde lid.
5. In het vijfde lid (nieuw) wordt «of certificaat,» vervangen door «en» en vervalt «en omtrent de wijze van inlevering van een ongeldig verklaard certificaat».
F
In artikel 126, derde lid, onderdeel e, wordt «certificaten» vervangen door «kwalificatiekaarten bestuurder».
G
Artikel 151b wordt als volgt gewijzigd:
1. In de onderdelen d en f vervalt «document dat dient als».
2. Onderdeel h komt te luiden:
gewone verblijfplaats als bedoeld in artikel 12 van richtlijn nr. 2006/126/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende het rijbewijs (PbEU 2006, L 403);.
3. Na onderdeel h wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
kaart die is afgegeven overeenkomstig de richtlijn vakbekwaamheid bestuurders aantonende dat de bestuurder de basiskwalificatie heeft behaald of de nascholing met goed gevolg heeft voltooid;.
H
Artikel 151c wordt als volgt gewijzigd:
1. Het tweede lid komt te luiden:
2. Het verbod in het eerste lid geldt niet voor bestuurders waarop ingevolge artikel 2 van de richtlijn vakbekwaamheid bestuurders die richtlijn niet van toepassing is, met dien verstande dat de in artikel 2, derde lid, van de richtlijn vakbekwaamheid bestuurders bedoelde afstand 50 kilometer bedraagt, met inbegrip van het grondgebied van de gemeente waarvan de kern binnen die afstand is gelegen.
2. In het derde lid wordt «communautaire code» vervangen door «Uniecode».
3. Het vierde lid komt te luiden:
4. Een in artikel 151b, onderdeel b, onder 2°, bedoelde bestuurder die goederenvervoer over de weg verricht en die beschikt over een bestuurdersattest als bedoeld in de ingevolge artikel 1.1 van de Wet wegvervoer goederen aangewezen marktverordening voor het wegvervoer, voldoet aan de ingevolge de richtlijn vakbekwaamheid bestuurders gestelde vereisten, mits het bestuurdersattest de Uniecode draagt dan wel vóór 23 mei 2020 is afgegeven.
I
Artikel 151g wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid wordt «houder is van een Nederlands rijbewijs» vervangen door «in Nederland zijn gewone verblijfplaats heeft,» en wordt «communautaire code» vervangen door «Uniecode».
2. Het vierde lid komt te luiden:
4. Een bestuurder die in Nederland de basiskwalificatie behaalt of de nascholing met goed gevolg voltooit en op dat moment niet in Nederland zijn gewone verblijfplaats heeft, ontvangt het daarbij behorende getuigschrift van vakbekwaamheid dan wel het getuigschrift van nascholing in de vorm van vermelding van de in de richtlijn vakbekwaamheid bestuurders bedoelde Uniecode op een daarbij af te geven kwalificatiekaart bestuurder.
3. In het vijfde lid wordt «houder is van een Nederlands rijbewijs» vervangen door «in Nederland zijn gewone verblijfplaats heeft».
4. Het achtste lid komt te luiden:
8. Een in het vierde lid bedoeld getuigschrift wordt afgegeven en geregistreerd in het in artikel 126 bedoelde register door het CBR en uitgereikt door de Dienst Wegverkeer.
J
Artikel 151h wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel a wordt na «het rijbewijs» ingevoegd «of de kwalificatiekaart bestuurder» en wordt «communautaire code» vervangen door «Uniecode».
2. De onderdelen d en g vervallen onder verlettering van de onderdelen e, f en h tot d, e en f.
K
In artikel 151i vervallen het tweede lid alsmede de aanduiding «1.» voor het eerste lid.
L
Na artikel 151i wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
Een kwalificatiekaart bestuurder dient:
a. te voldoen aan de bij ministeriële regeling vastgestelde eisen inzake inrichting, uitvoering en invulling;
b. zijn geldigheid niet te hebben verloren; en
c. behoorlijk leesbaar te zijn.
1. Een kwalificatiekaart bestuurder wordt op aanvraag van een bestuurder als bedoeld in artikel 151g, vierde lid, en tegen betaling van het daarvoor door de Dienst Wegverkeer vastgestelde tarief overeenkomstig bij of krachtens algemene maatregel van bestuur vastgestelde regels afgegeven door de Dienst Wegverkeer.
2. De aanvrager dient zich zowel bij de indiening van de aanvraag als bij de uitreiking van de kwalificatiekaart bestuurder te identificeren met een op zijn naam gesteld identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Wet op de identificatieplicht.
1. De Dienst Wegverkeer geeft overeenkomstig bij of krachtens algemene maatregel van bestuur vastgestelde regels een nieuwe kwalificatiekaart bestuurder af:
a. bij vernieuwing van de eerder aan de aanvrager afgegeven kwalificatiekaart bestuurder;
b. bij wijziging van de omvang van de uit de eerder afgegeven kwalificatiekaart bestuurder voortvloeiende bevoegdheden;
c. bij wijziging van de personalia van de houder;
d. na ongeldigverklaring van de eerder afgegeven kwalificatiekaart bestuurder op grond van artikel 151ii, eerste lid, onderdeel d;
e. in geval de eerder afgegeven kwalificatiekaart bestuurder versleten of geheel of ten dele onleesbaar is;
f. in geval de eerder afgegeven kwalificatiekaart bestuurder verloren is geraakt of teniet is gegaan.
2. De nieuwe kwalificatiekaart bestuurder wordt niet afgegeven dan nadat de eerder afgegeven kwalificatiekaart bestuurder is ingeleverd bij de Dienst Wegverkeer.
3. Indien de houder van een verloren geraakte kwalificatiekaart bestuurder na de afgifte van de nieuwe kwalificatiekaart bestuurder weer in het bezit komt van die verloren geraakte kwalificatiekaart bestuurder, dient hij die kwalificatiekaart bestuurder in te leveren bij de Dienst Wegverkeer.
1. De Dienst Wegverkeer geeft op aanvraag overeenkomstig bij of krachtens algemene maatregel van bestuur vastgestelde regels een vervangende kwalificatiekaart bestuurder af.
2. De vervangende kwalificatiekaart bestuurder wordt niet afgegeven dan nadat de eerder afgegeven kwalificatiekaart bestuurder is ingeleverd bij de Dienst Wegverkeer, tenzij deze kwalificatiekaart bestuurder, omdat hij verloren is geraakt of teniet is gegaan, niet kan worden ingeleverd.
3. Indien de houder van een verloren geraakte kwalificatiekaart bestuurder na de afgifte van de vervangende kwalificatiekaart bestuurder weer in het bezit komt van die verloren geraakte kwalificatiekaart bestuurder, dient hij die kwalificatiekaart bestuurder in te leveren bij de Dienst Wegverkeer.
De nieuwe of vervangende kwalificatiekaart bestuurder wordt niet uitgereikt indien tussen de aanvraag en de uitreiking omstandigheden bekend zijn geworden die, indien zij bekend waren geweest bij de aanvraag, ertoe hadden geleid dat geen besluit van afgifte was genomen. De nieuwe of vervangende kwalificatiekaart bestuurder blijft bij de Dienst Wegverkeer.
Met inachtneming van de artikelen 151ig en 151ih is de geldigheidsduur van de kwalificatiekaart bestuurder gelijk aan die van het getuigschrift van vakbekwaamheid dan wel het getuigschrift van nascholing dat daarop wordt geplaatst.
Onverminderd artikel 151if en artikel 151ij, eerste lid, in samenhang met artikel 124a, eerste lid, verliest de kwalificatiekaart bestuurder zijn geldigheid door:
a. afgifte van een nieuwe of vervangende kwalificatiekaart bestuurder of van een rijbewijs waarop een getuigschrift van vakbekwaamheid of getuigschrift van nascholing is vermeld;
b. omwisseling tegen een kwalificatiekaart bestuurder die of een rijbewijs waarop een getuigschrift van vakbekwaamheid of getuigschrift van nascholing is vermeld dat aan de houder door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland is afgegeven, dan wel door uitreiking van een kwalificatiekaart bestuurder die of een rijbewijs waarop een getuigschrift van vakbekwaamheid of getuigschrift van nascholing is vermeld dat aan de houder door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland is afgegeven, terwijl betrokkene op dat tijdstip houder was van een kwalificatiekaart bestuurder en in Nederland woonachtig is;
c. het onbevoegd daarin aanbrengen van wijzigingen;
d. het overlijden van de houder;
e. wijziging van de geslachtsnaam, de voornamen, de plaats of datum van geboorte of het geslacht van de houder; of
f. aangifte van vermissing van de kwalificatiekaart bestuurder.
Een nieuwe of vervangende kwalificatiekaart bestuurder verliest zijn geldigheid indien hij drie maanden na de datum waarop het besluit tot afgifte is genomen niet is uitgereikt.
1. Een kwalificatiekaart bestuurder wordt overeenkomstig bij algemene maatregel van bestuur vastgestelde regels ongeldig verklaard indien:
a. de kwalificatiekaart bestuurder is afgegeven op grond van door de houder verschafte onjuiste gegevens en hij niet zou zijn afgegeven indien de onjuistheid van die gegevens ten tijde van de aanvraag bekend zou zijn geweest;
b. na afgifte van de kwalificatiekaart bestuurder blijkt dat hij kennelijk abusievelijk aan de houder is afgegeven;
c. de houder een schriftelijke verklaring overlegt, waarin hij afstand doet van de bevoegdheid tot het verrichten van vervoer over de weg met een voertuig dat behoort tot een categorie waarvoor de kwalificatiekaart bestuurder is afgegeven;
d. het als gevonden voorwerp is ontvangen en teruggave aan de houder niet mogelijk is gebleken, mits de houder nog geen aanvraag voor een vervangende kwalificatiekaart bestuurder heeft ingediend.
2. De ongeldigverklaring geschiedt door de Dienst Wegverkeer.
3. De ongeldigverklaring is van kracht met ingang van de zevende dag na die waarop het besluit tot ongeldigverklaring aan de houder van de kwalificatiekaart bestuurder is bekendgemaakt.
4. De houder van de ongeldig verklaarde kwalificatiekaart bestuurder levert die kwalificatiekaart bestuurder in bij de Dienst Wegverkeer zodra de ongeldigverklaring van kracht is geworden.
5. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden vastgesteld omtrent de wijze waarop de inlevering van ongeldig verklaarde kwalificatiekaarten bestuurder plaatsvindt.
1. Artikel 124a, eerste en tweede lid, is van overeenkomstige toepassing op een getuigschrift van vakbekwaamheid of getuigschrift van nascholing dat is vermeld op de kwalificatiekaart bestuurder overeenkomstig artikel 151g, vierde lid.
2. Zodra de ongeldigverklaring van een getuigschrift van kracht is geworden, levert de houder van een kwalificatiekaart bestuurder die kaart in bij de Dienst Wegverkeer.
3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld omtrent de wijze van bekendmaking van de ongeldigverklaring van een getuigschrift, de wijze van inlevering van een kwalificatiekaart bestuurder met een ongeldig verklaard getuigschrift en de vernieuwing van kwalificatiekaarten bestuurder na ongeldigverklaring van het daarop vermelde getuigschrift.
Voor de toepassing van de artikelen 151ic, eerste en tweede lid, 151id, 151ig en 151ii, eerste lid, aanhef en onderdelen c en d, en derde tot en met vijfde lid, wordt onder kwalificatiekaart bestuurder mede verstaan een kwalificatiekaart bestuurder, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, waarvan de houder in Nederland woonachtig is.
N
In artikel 151j wordt «een in artikel 151g, vierde lid, bedoeld certificaat» vervangen door «een kwalificatiekaart bestuurder».
O
In artikel 177, tweede lid, onderdeel a, wordt na «151c, eerste lid,» ingevoegd «151ic, derde lid, 151id, derde lid, 151ii, vierde lid, artikel 151ij, tweede lid,».
P
In artikel 179, zevende lid, wordt «artikel 1, eerste lid, onderdeel n» vervangen door «artikel 1, eerste lid, onderdeel o».
[Vervallen]
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot
Gegeven te ’s-Gravenhage, 31 maart 2021
Willem-Alexander
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
Uitgegeven de tweeëntwintigste april 2021
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2021-191.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.