Wet van 20 mei 2020 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de implementatie van richtlijn 2014/45/EU alsmede ter invoering van een registratie- en kentekenplicht voor landbouw- en bosbouwtrekkers, motorrijtuigen met beperkte snelheid, mobiele machines en aanhangwagens die uitsluitend bestemd zijn om daardoor te worden voortbewogen en het niet meer toelaten tot het verkeer van nieuwe motorrijtuigen met beperkte snelheid

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het ter implementatie van richtlijn 2014/45/EU noodzakelijk is een periodieke technische controle voor bepaalde landbouw- en bosbouwtrekkers en in verband daarmee een registratie- en kentekenplicht voor alle landbouw- en bosbouwtrekkers in te voeren alsmede dat het wenselijk is die registratie- en kentekenplicht ook in te voeren voor motorrijtuigen met beperkte snelheid, mobiele machines en aanhangwagens die uitsluitend bestemd zijn om daardoor te worden voortbewogen en daarnaast geen nieuwe motorrijtuigen met beperkte snelheid meer tot het verkeer toe te laten, om mede uitvoering te geven aan richtlijn 2014/47/EU en verordeningen (EU) nr. 167/2013 en (EU) 2016/1628, de verkeersveiligheid te verhogen en snelheidsverhoging en centrale ontheffing mogelijk te maken;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wegenverkeerswet 1994 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 37 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel a, wordt als volgt gewijzigd:

a. In de aanhef vervalt «alsmede de door die motorrijtuigen voortbewogen aanhangwagens».

b. De onderdelen 2°, 3° en 4° worden vervangen door twee onderdelen, luidende:

  • 2°. bij algemene maatregel van bestuur aangewezen landbouw- of bosbouwtrekkers, motorrijtuigen met beperkte snelheid en mobiele machines, en

  • 3°. gehandicaptenvoertuigen.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. Artikel 36 is voorts niet van toepassing op:

    • a. aanhangwagens die uitsluitend bestemd zijn om te worden voortbewogen door de in het eerste lid, onderdeel a, onder 1° en 3°, genoemde motorrijtuigen;

    • b. aanhangwagens met een toegestane maximummassa van:

      • 1°. niet meer dan 750 kg;

      • 2°. meer dan 750 kg afkomstig uit een land waar voor deze aanhangwagens geen afzonderlijk kenteken is opgegeven,

      met dien verstande dat wanneer een dergelijke aanhangwagen is verbonden met een in Nederland geregistreerd motorrijtuig die aanhangwagen is voorzien van het kenteken dat is opgegeven voor dat motorrijtuig; en

    • c. bij algemene maatregel van bestuur aangewezen aanhangwagens die uitsluitend zijn bestemd om te worden voortbewogen door een landbouw- of bosbouwtrekker, een motorrijtuig met beperkte snelheid of een mobiele machine, met dien verstande dat een dergelijke aanhangwagen is voorzien van een kenteken dat is opgegeven voor een landbouw- of bosbouwtrekker, motorrijtuig met beperkte snelheid of mobiele machine waarvan de eigenaar of houder dezelfde is als de eigenaar of houder van de landbouw- of bosbouwtrekker, het motorrijtuig met beperkte snelheid of de mobiele machine waarmee die aanhangwagen verbonden is.

B

Artikel 108 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a wordt «en motorrijtuigen met beperkte snelheid» vervangen door «, motorrijtuigen met beperkte snelheid en mobiele machines».

b. In de onderdelen d en e wordt «of motorrijtuig met beperkte snelheid» vervangen door «, motorrijtuig met beperkte snelheid of mobiele machine».

c. In de onderdelen f, g en h wordt «of motorrijtuigen met beperkte snelheid» vervangen door «, motorrijtuigen met beperkte snelheid of mobiele machines».

2. In het tweede lid, aanhef en onderdeel b, wordt «of motorrijtuigen met beperkte snelheid» vervangen door «, motorrijtuigen met beperkte snelheid of mobiele machines».

ARTIKEL II

  • 1. Artikel 36, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 is, onverminderd artikel 37 van die wet, niet van toepassing op voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel in het verkeer gebrachte:

    • a. landbouw- of bosbouwtrekkers;

    • b. motorrijtuigen met beperkte snelheid; en

    • c. aanhangwagens die uitsluitend bestemd zijn om te worden voortbewogen door landbouw- of bosbouwtrekkers, motorrijtuigen met beperkte snelheid of mobiele machines.

  • 2. Artikel 48, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 is niet van toepassing op voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel in het verkeer gebrachte:

    • a. landbouw- of bosbouwtrekkers;

    • b. motorrijtuigen met beperkte snelheid; en

    • c. aanhangwagens die uitsluitend bestemd zijn om te worden voortbewogen door landbouw- of bosbouwtrekkers, motorrijtuigen met beperkte snelheid of mobiele machines.

  • 3. Artikel 50 van de Wegenverkeerswet 1994 is niet van toepassing op de eerste inschrijving en tenaamstelling van voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel in het verkeer gebrachte:

    • a. landbouw- of bosbouwtrekkers;

    • b. motorrijtuigen met beperkte snelheid; en

    • c. aanhangwagens die uitsluitend bestemd zijn om te worden voortbewogen door landbouw- of bosbouwtrekkers, motorrijtuigen met beperkte snelheid of mobiele machines.

  • 4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de wijze van aanvragen van de eerste inschrijving en tenaamstelling van de voertuigen, bedoeld in het derde lid.

ARTIKEL III

  • 1. Artikel 40, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 is niet van toepassing op voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel in het verkeer gebrachte:

    • a. landbouw- of bosbouwtrekkers;

    • b. motorrijtuigen met beperkte snelheid; en

    • c. aanhangwagens die uitsluitend bestemd zijn om te worden voortbewogen door landbouw- of bosbouwtrekkers, motorrijtuigen met beperkte snelheid of mobiele machines.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing indien:

    • a. voor een motorrijtuig of aanhangwagen als bedoeld in dat lid artikel 72 van de Wegenverkeerswet 1994 geldt;

    • b. de eigenaar of houder van een motorrijtuig of aanhangwagen als bedoeld in dat lid voornemens is daarmee meer dan 25 kilometer per uur te rijden;

    • c. een ontheffing als bedoeld in artikel 149 van de Wegenverkeerswet 1994 is verleend of wordt aangevraagd; of

    • d. een ontheffing als bedoeld in artikel 149a, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 wordt aangevraagd.

ARTIKEL IV

De Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel c wordt «; en» vervangen door een puntkomma.

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door «; en» wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • e. landbouw- of bosbouwtrekkers, motorrijtuigen met beperkte snelheid of mobiele machines, die in het kentekenregister als zodanig zijn geregistreerd.

B

Artikel 4, eerste lid, tweede volzin, komt te luiden: Onder motorrijwiel wordt niet verstaan:

  • a. een bromfiets in de zin van artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van de Wegenverkeerswet 1994;

  • b. een fiets met trapondersteuning als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel ea, van die wet; of

  • c. een motorrijtuig met beperkte snelheid dat of een mobiele machine die in het kentekenregister als zodanig is geregistreerd.

ARTIKEL V

Als personenauto als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 worden niet aangemerkt landbouw- en bosbouwtrekkers en motorrijtuigen met beperkte snelheid, die voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel in het verkeer zijn gebracht.

ARTIKEL VI

In artikel 2, onderdeel a, van de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 wordt «met uitzondering van een bromfiets als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van de Wegenverkeerswet 1994 en een fiets met trapondersteuning als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel ea, van die wet» vervangen door: met uitzondering van:

  • 1°. een bromfiets in de zin van artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van de Wegenverkeerswet 1994;

  • 2°. een fiets met trapondersteuning als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel ea, van die wet, en

  • 3°. een landbouw- of bosbouwtrekker die, een motorrijtuig met beperkte snelheid dat of een mobiele machine die in het kentekenregister als zodanig is geregistreerd.

ARTIKEL VII

Als motorrijtuig waarvoor geen kenteken is opgegeven als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 worden niet aangemerkt landbouw- en bosbouwtrekkers en motorrijtuigen met beperkte snelheid, die voor de datum van inwerkingtreding van dit artikel in het verkeer zijn gebracht.

ARTIKEL VIII

In artikel 7, vijfde lid, van de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 wordt «en motorrijtuigen met beperkte snelheid» vervangen door «, motorrijtuigen met beperkte snelheid en mobiele machines».

ARTIKEL VIIIa

Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat zendt binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk, waarbij in het bijzonder aandacht besteed wordt aan de nalevingskosten.

ARTIKEL IX

  • 1. Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

  • 2. De artikelen II, V en VII vervallen met ingang van een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

  • 3. Artikel III vervalt met ingang van 1 januari 2025.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 20 mei 2020

Willem-Alexander

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

Uitgegeven de zeventiende juni 2020

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 35 188

Naar boven