Wet van 23 december 2015, houdende vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2016

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat ingevolge artikel 105 van de Grondwet de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Rijk bij de wet moet worden vastgesteld en dat in artikel 1 van de Comptabiliteitswet 2001 wordt bepaald welke begrotingen tot die van het Rijk behoren;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

De bij deze wet behorende begrotingsstaat voor het jaar 2016 wordt vastgesteld.

Artikel 2

De bij deze wet behorende begrotingsstaat inzake de agentschappen voor het jaar 2016 wordt vastgesteld.

Artikel 3

De vaststelling van de begrotingsstaten geschiedt in duizenden euro’s.

Artikel 4

Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 1 januari, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 1 januari.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te Wassenaar, 23 december 2015

Willem-Alexander

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

Uitgegeven de vijftiende januari 2016

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

Vastgestelde departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2016 (bedragen x € 1.000)

 

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting (VIII)

   

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

 

TOTAAL

38.838.987

36.863.389

1.337.192

         
 

Beleidsartikelen

38.599.826

36.624.228

1.336.625

01

Primair onderwijs

9.957.395

9.957.395

1.661

03

Voortgezet onderwijs

7.579.547

7.574.452

4.661

04

Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

4.026.058

4.064.713

3.000

06

Hoger beroepsonderwijs

2.848.076

2.823.794

1.213

07

Wetenschappelijk onderwijs

4.142.227

4.160.209

16

08

Internationaal beleid

12.327

13.662

99

09

Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid

250.915

250.915

6.000

11

Studiefinanciering

4.953.609

4.953.609

869.711

12

Tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten

88.307

88.307

3.034

13

Lesgelden

7.071

7.071

249.135

14

Cultuur

2.783.796

757.563

494

15

Media

1.005.154

1.005.485

197.500

16

Onderzoek en wetenschapsbeleid

934.735

953.579

101

25

Emancipatie

10.609

13.474

0

         
 

Niet-beleidsartikelen

239.161

239.161

567

91

Nominaal en onvoorzien

0

0

0

95

Apparaatsuitgaven

239.161

239.161

567

Vastgestelde begrotingsstaat inzake de agentschappen voor het jaar 2016 (bedragen x € 1.000)

Naam agentschap

Totaal baten

Totaal lasten

Saldo baten en lasten

Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO)

260.867

260.867

0

Nationaal Archief (NA)

41.072

41.072

0

Totaal

301.939

301.939

0

Naam agentschap

Totaal kapitaal-uitgaven

Totaal kapitaal-ontvangsten

Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO)

– 7.315

0

Nationaal Archief (NA)

– 360

0

Totaal

– 7.675

0


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 34 300 VIII

Naar boven