Besluit van 29 oktober 2003 tot wijziging van het
Besluit orde van dienst gerechten in verband met de aanwijzing van Amstelveen
als tijdelijke plaats voor onder meer de verrichting van griffierswerkzaamheden
voor strafzaken van het gerechtshof te Amsterdam
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 6 oktober 2003, nr.
5248816/03/6;
Gelet op artikel 11 van de Wet op de rechterlijke organisatie;
De Raad van State gehoord (advies van 16 oktober 2003, nr. W03.03.0428/I);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 21 oktober
2003, nr. 5251647/03/6 ;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
Het Besluit orde van dienst gerechten1 wordt als volgt
gewijzigd:
A
Na artikel 12 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 12a
Griffierswerkzaamheden voor strafzaken van het gerechtshof te Amsterdam
worden met ingang van 13 oktober 2003 tijdelijk mede verricht te Amstelveen.
B
Na artikel 22 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 22a
Kennisneming van processtukken van strafzaken van het gerechtshof te Amsterdam
door een verdachte die niet rechtens van zijn vrijheid is beroofd
of diens raadsman, vindt met ingang van 13 oktober 2003 tijdelijk plaats in
Amstelveen.
ARTIKEL II
De artikelen 12a en 22a van het Besluit orde van dienst gerechten vervallen
op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
ARTIKEL III
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum
van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota
van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
histnoot's-Gravenhage, 29 oktober 2003
Beatrix
De Minister van Justitie,
J. P. H. Donner
Uitgegeven de zesde november 2003
De Minister van Justitie,
J. P. H. Donner
NOTA VAN TOELICHTING
Het onderhavige besluit treft een tijdelijke (nood)voorziening voor het
verrichten van griffierswerkzaamheden en het inzien van processtukken in strafzaken
van het gerechtshof Amsterdam. Deze maatregel is noodzakelijk, omdat de strafsector
van het gerechtshof tijdelijk gehuisvest zal zijn in een kantoorpand in Amstelveen,
in verband met verbouwingswerkzaamheden in het Paleis van Justitie. De strafsector
(en het ressortsparket) zullen in verband daarmee met ingang van 13 oktober
2003 voor een periode van tenminste tien maanden feitelijk in de gemeente
Amstelveen gehuisvest zijn. De terechtzittingen van de kamers van de strafsector
zullen evenwel plaatsvinden in het Paleis van Justitie aan de Prinsengracht
te Amsterdam, alwaar ook een griffie open blijft. Als gevolg van de feitelijke
huisvesting van strafsector in Amstelveen, is het wel noodzakelijk de strafdossiers
tot kort voor behandeling van de zaak ter terechtzitting in Amstelveen te
bewaren. Artikel I van het onderhavige besluit bevat een wijziging van het
Besluit orde van dienst gerechten op grond waarvan het mogelijk wordt dat
bepaalde griffierswerkzaamheden, die verband houden met het beheer van het
strafdossier, tijdelijk in Amstelveen worden verricht en dat de verdachte
die niet rechtens van zijn vrijheid is beroofd of diens raadsman in Amstelveen
kennis kan nemen van processtukken uit het strafdossier. Voor de rechtens
van hun vrijheid beroofde verdachten is een dergelijke regeling niet nodig,
omdat artikel 11 van het Besluit orde van dienst gerechten reeds de mogelijkheid
biedt ook «elders» dan bij de griffie (of de detentieplaats) gelegenheid
te bieden tot kennisneming van de processtukken.
Artikel II regelt de tijdelijkheid van de artikelen 12a en 22a door te
bepalen dat deze artikelen op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
zullen vervallen. Naar verwachting zal de strafsector van het gerechtshof
Amsterdam in verband met de werkzaamheden ongeveer 10 maanden te Amstelveen
verblijven, maar die periode is thans niet met zekerheid vast te stellen.
Derhalve is ervoor gekozen geen specifieke vervaldatum op te nemen, maar te
kiezen voor de formulering 'bij koninklijk besluit'.
De Raad voor de rechtspraak stemt in met de voorgestelde regeling.
De Ministerie van Justitie,
J. P. H. Donner
XHistnoot
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond
van artikel 25a, vijfde lid jo vierde lid, onder b van de Wet op
de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.