36 600 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2025

Nr. 80 MOTIE VAN HET LID MICHON-DERKZEN C.S.

Voorgesteld 21 november 2024

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de politiebegroting in de periode 2017–2025 is gestegen van 5,5 miljard naar 8,1 miljard;

constaterende dat de operationele capaciteit in deze periode met 4.000 fte is toegenomen;

constaterende dat voor de Kamer het op dit moment onvoldoende duidelijk is hoeveel operationele politiemensen daadwerkelijk diensten draaien;

constaterende dat de burgemeesters aandacht vragen voor de beperkte mogelijkheden om te sturen, gelet op hun positie als gezag op de politie;

van mening dat er meer zicht nodig is op de doelmatigheid en effectiviteit van de besteding van middelen op de politiebegroting;

van mening dat er op dit moment weinig zicht is op prestatiegegevens en effectindicatoren waardoor voor de Kamer de doeltreffendheid van middelen niet goed is vast te stellen;

van mening dat er concrete invulling nodig is op de afspraak uit het hoofdlijnenakkoord dat er meer zichtbare politie komt in wijken;

verzoekt de regering om een doorlichting van de politiebegroting inclusief de Politieacademie aan de hand van de Handreiking controle begroting en verantwoording, zodat de Kamer vanaf 2025 in een apart WGO de begroting van de politie kan behandelen met meer aandacht voor de doelen, prestaties en doeltreffendheid van de besteding van middelen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Michon-Derkzen

Helder

Mutluer

Naar boven