36 600 Nota over de toestand van ’s Rijks Financiën

P MOTIE VAN HET LID VAN APELDOORN C.S.

Voorgesteld 19 november 2024

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat in een rijk land als Nederland elk kind dat in armoede opgroeit er één te veel is;

overwegende dat deze Kamer eerdere kabinetten in verschillende moties heeft gevraagd de kinderarmoede terug te brengen;

overwegende dat onder het vorige kabinet de kinderarmoede substantieel is gedaald maar dat er, op basis van de nieuwe rekenmethode, nog altijd 115.000 kinderen onder de armoedegrens leven;

constaterende dat de regering op basis van het Hoofdlijnenakkoord en het Regeerprogramma er naar streeft de kinderarmoede niet verder te laten stijgen maar vooralsnog geen beleid heeft ingezet met als doel de kinderarmoede verder terug te dringen;

constaterende dat op basis van de doorrekeningen het CPB verwacht dat dit kinderarmoede gedurende deze kabinetsperiode inderdaad niet verder zal dalen;

overwegende dat het constant blijven van de kinderarmoede ongewenst is;

verzoekt de regering beleidsvoorstellen uit te werken met als doel om nog gedurende deze kabinetsperiode de kinderarmoede verder, en significant tot onder het niveau van 2024, te verminderen, en de Kamer hierover vóór publicatie van de Voorjaarsnota 2025 te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Apeldoorn

Holterhues

Bakker-Klein

Van der Goot

Schalk

Hartog

Aerdts

Martens

Van Rooijen

Naar boven