36 476 Staat van de Europese Unie 2024

B BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR EUROPESE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 februari 2024

In de bijlage bij deze brief treft u aan het concept van het Europese werkprogramma 2024 van de Eerste Kamer. De conceptlijst is tot stand gekomen op basis van achtereenvolgens de inbreng van fracties en commissies in deze Kamer in het proces van prioritering uit het Werkprogramma 2024 van de Europese Commissie.

De commissie EUZA stelt voor de lijst plenair vast te stellen. Na plenaire vaststelling zal de Minister van Buitenlandse Zaken, alsmede de Voorzitter van de Tweede Kamer en de Europese Commissie hiervan in kennis worden gesteld.

Ik vertrouw erop u voldoende te hebben geïnformeerd.

Voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, E.B. van Apeldoorn

Concept Europees Werkprogramma Eerste Kamer 2024

Nr

Titel

Toelichting

Verantwoordelijke commissie

 

Een Europese Green Deal

 

1.

Windenergiepakket

Europees windenergiepakket (niet-wetgevend)

EZK

2.

Klimaatdoelstelling 2040

Klimaatdoelstelling 2040 (niet-wetgevend)

EZK

3.

Waterweerbaarheid

Initiatief inzake waterweerbaarheid (niet-wetgevend)

IWO

 

Een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk

 

4.

Een veilige ruimte voor de groene en de digitale transitie

a) EU-ruimtewet (wetgevend, incl. effectbeoordeling, artikelen 114 en 191 VWEU)

b) Strategie voor een satellietdata-economie (niet-wetgevend)

EZK en IWO

5.

Artificiële intelligentie ten dienste van de Europese innovatie en het Europese concurrentievermogen

Initiatief om de Europese supercomputercapaciteit open te stellen voor ethische en verantwoordelijke AI-start-ups (wetgevend en niet-wetgevend)

EZK

 

Een economie die werkt voor de mensen

 

6.

Biotechnologie en biomanufacturing

EU-initiatief inzake biotechnologie en biomanufacturing (niet-wetgevend)

EZK

7.

Groene en digitale transitie, open strategische autonomie

Geavanceerd materiaal voor industrieel leiderschap (niet-wetgevend)

EZK

8.

Europese Ondernemingsraad

Initiatief inzake regels betreffende de Europese ondernemingsraad (wetgevend of niet-wetgevend, incl. effectbeoordeling, artikel 153, lid 2, punt b), in samenhang met artikel 153, lid 1, punt e), VWEU, naar aanleiding van artikel 225 VWEU-resolutie P9_TA(2023)0028 «Herziening van de richtlijn inzake de instelling van een Europese ondernemingsraad»)

SZW

 

Een sterker Europa in de wereld

 

9.

Versterken van partnerschappen

Gezamenlijke mededeling over een versterkt partnerschap met Afrika (niet-wetgevend)

BDO

10.

Europese defensie

Europese industriële defensiestrategie (wetgevend en/of niet-wetgevend)

BDO

 

Bevordering van onze Europese levenswijze

 

11.

Bestrijding van migrantensmokkel

Actualisering van het rechtskader voor en versterking van de samenwerking bij de bestrijding van migrantensmokkel (wetgevend en/of niet-wetgevend, artikel 83, lid 2, en artikel 79, lid 2, punt c), VWEU)

I&A/JBZ

12.

Gemeenschappelijk Europees Diploma

a) Gemeenschappelijk Europees diploma (niet-wetgevend)

b) Aanbeveling van de Raad over aantrekkelijke en duurzame loopbanen in het hoger onderwijs (niet-wetgevend, artikelen 165 en 166 VWEU)

c) Aanbeveling van de Raad over een Europees systeem voor kwaliteitsborging en erkenning (niet-wetgevend, artikelen 165 en 166 VWEU)

OCW

 

Een nieuwe impuls voor Europese democratie

 

13.

Voorbereiding van de uitbreiding

Mededeling over hervormingen en beleidsevaluaties voor de uitbreiding (niet-wetgevend)

EUZA

 

Voorstellen en initiatieven om rapportageverplichtingen te rationaliseren

14.

Voorstel voor een verordening tot wijziging van:

a) Verordening (EU) nr. 1379/2013 houdende een gemeenschappelijke marktordening voor visserijproducten en aquacultuurproducten;

b) Verordening (EU) nr. 167/2013 inzake de goedkeuring van en het markttoezicht op landbouw- en bosbouwvoertuigen;

c) Verordening (EU) nr. 168/2013 betreffende de goedkeuring van en het markttoezicht op twee- of driewielige voertuigen en vierwielers.

Het voorstel bevat maatregelen om de rapportageverplichtingen te rationaliseren door middel van:

• afschaffing van bepaalde rapportageverplichtingen die niet meer nodig zijn als gevolg van overlappingen met andere wetgevingsmaatregelen inzake handelsnormen voor visserijproducten;

• afschaffing van de rapportage over de toepassing van de typegoedkeuringsprocedures en individuele voertuiggoedkeuringen voor landbouw- en bosbouwvoertuigen en vierwielers. De rapportage is niet langer nodig nu uit een studie van de Commissie uit 2022 is gebleken dat de procedures voor typegoedkeuring en individuele goedkeuring toereikend zijn.

LNV (a)

IWO (b)

IWO (c)

15.

Voorstel voor een verordening tot wijziging van:

a) Verordening (EG) nr. 80/2009 inzake een gedragscode voor geautomatiseerde boekingssystemen;

b) Verordening (EU) nr. 165/2014 betreffende tachografen in het wegvervoer;

c) Verordening (EU) nr. 996/2010 inzake onderzoek en preventie van ongevallen en incidenten in de burgerluchtvaart.

Het voorstel bevat maatregelen om de rapportageverplichtingen te rationaliseren door middel van:

• afschaffing van de verplichting voor verkopers van geautomatiseerde boekingssystemen om gecontroleerde verslagen in te dienen en de Commissie in kennis te stellen van de identiteit van de controlerende instantie;

• vervanging van het jaarverslag over tachograafinstallateurs en werkplaatsen die tachografen mogen installeren, door publicatie van deze informatie op een website, die zo nodig wordt bijgewerkt;

• afschaffing van de verplichting om jaarverslagen te publiceren over ongevallenonderzoek in de burgerluchtvaart, aangezien die verplichting overbodig is gemaakt door de jaarlijkse veiligheidsevaluatie van het Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart.

IWO

16.

Voorstel voor een verordening tot wijziging van Verordening (EU) 2016/2031 betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten

De voorgestelde wijzigingen moeten de lasten die samenhangen met de rapportageverplichting verminderen, door middel van:

• digitalisering van de rapportage door de nationale autoriteiten over de resultaten van meerjarige onderzoeken naar plaagorganismen;

• verlaging van de frequentie van de rapportage door de nationale autoriteiten over meerjarige onderzoeksprogramma’s;

• afschaffing van overbodig geworden rapportage over nationale maatregelen tegen bepaalde plaagorganismen.

LNV

17.

Voorstel voor een besluit tot wijziging van:

a) Richtlijn 96/67/EG van de Raad betreffende de toegang tot de grondafhandelingsmarkt op de luchthavens van de Gemeenschap;

b) Richtlijn 2009/33/EG inzake de bevordering van schone wegvoertuigen ter ondersteuning van emissiearme mobiliteit;

c) Richtlijn 2022/1999 betreffende uniforme procedures voor de controle op het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg;

d) Richtlijn 2009/12/EG inzake luchthavengelden.

Het voorstel voorziet in een vermindering van de rapportageverplichtingen, door middel van:

• verlaging van de frequentie van de rapportage over luchthavens die binnen het toepassingsgebied en de verschillende categorieën van de grondafhandelingsrichtlijn vallen;

• verlaging van de frequentie van de rapportage over de aanbestede schone voertuigen ter ondersteuning van het gebruik van emissiearme mobiliteit;

• afschaffing van de facultatieve rapportage over het totale volume gevaarlijke goederen dat in de lidstaten over de weg wordt vervoerd;

• afschaffing van de verplichting op grond waarvan de lidstaten een lijst moeten publiceren van de luchthavens waarop de regels inzake luchthavengelden uit hoofde van de richtlijn inzake luchthavengelden van toepassing zijn en waarop de regels inzake grondafhandelingsdiensten uit hoofde van de richtlijn inzake grondafhandelingsdiensten van toepassing zijn.

IWO

18.

Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 2013/34/EU betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen (jaarrekeningenrichtlijn), zoals gewijzigd bij Richtlijn 2022/2464 (betreffende de standaarden voor duurzaamheidsrapportage)

In het voorstel wordt de termijn voor de vaststelling van de sectorale Europese standaarden voor duurzaamheidsrapportage (momenteel juni 2024) met twee jaar uitgesteld. Hierdoor wordt de rapportagelast voor ondernemingen die onder het toepassingsgebied vallen, met inbegrip van kmo’s, per direct verminderd.

FIN en J&V

19.

Gedelegeerde richtlijn van de Commissie tot wijziging van Richtlijn 2013/34/EU betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen (jaarrekeningenrichtlijn), overeenkomstig artikel 3, lid 13, van die richtlijn.

De gedelegeerde handeling voorziet met het oog op de toepassing van de jaarrekeningenrichtlijn in een aanpassing van de grootte gerelateerde drempelwaarden aan de inflatie. Verwacht wordt dat daardoor de rapportagelast voor meer dan een miljoen ondernemingen zal verminderen.

FIN

20.

Uitvoeringsverordening van de Commissie tot wijziging van:

a) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 180/2014 van de Commissie van 20 februari 2014 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 228/2013 (Posei);

b) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 181/2014 van de Commissie tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 229/2013 (ten behoeve van de kleinere eilanden in de Egeïsche Zee).

De uitvoeringsverordening voorziet in afschaffing van de jaarlijkse rapportage over de in aanmerking genomen steunaanvragen en de betrokken bedragen voor maatregelen ter bevordering van de lokale productie in de ultraperifere gebieden en de kleine eilanden in de Egeïsche Zee. De uitvoeringsverordening voorziet ook in schrapping van de automatische kennisgeving betreffende de erkenning van het recht om het logo te gebruiken op kwaliteitslandbouwproducten die specifiek zijn voor de ultraperifere gebieden.

LNV

21.

Uitvoeringsverordening van de Commissie tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2022/128 van de Commissie van 21 december 2021 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2021/2116 wat betreft betaalorganen en andere instanties, financieel beheer, goedkeuring van de rekeningen, controles, zekerheden en transparantie

De uitvoeringsverordening voorziet in digitalisering van de rapportage over het controleplan en de maatregelen voor de doorlichting van transacties in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid.

LNV

22.

Uitvoeringsverordening van de Commissie tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1375 van de Commissie tot vaststelling van specifieke voorschriften voor de officiële controles op Trichinella in vlees

De uitvoeringsverordening voorziet in afschaffing van de jaarlijkse rapportage over vrijstellingen voor Trichinellaonderzoek in gecontroleerde huisvestingsomstandigheden

LNV

23.

Uitvoeringsverordening van de Commissie4 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EG) nr. 999/2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën

De uitvoeringsverordening voorziet in verlaging van de frequentie van de rapportage over nationale fokprogramma’s om te selecteren op resistentie tegen overdraagbare spongiforme encefalopathieën.

LNV

24.

Herziening van Richtlijn 92/106/EEG betreffende gecombineerd vervoer van goederen tussen lidstaten

Het voorstel voorziet onder meer in vereenvoudiging van procedures, bijvoorbeeld door gebruikmaking van platforms voor digitale vervoersgegevens om te bewijzen dat het vervoer subsidiabel is als gecombineerd vervoer.

IWO

25.

Voorstel voor een verordening betreffende Visserijstatistieken

De nieuwe verordening heeft tot doel bestaande wetgeving in te trekken en de verzameling van gegevens voor het opstellen van Europese visserijstatistieken te vereenvoudigen.

LNV

 

REFIT-initiatieven

 

26.

Geschiktheidscontrole van de wijze waarop het beginsel dat de vervuiler betaalt wordt toegepast op het milieu

Het beginsel dat de vervuiler betaalt houdt in dat zowel de kosten voor maatregelen om verontreiniging te voorkomen, te bestrijden en te verhelpen, als de kosten van verontreiniging voor de samenleving ten late komen van de vervuiler. Bij deze geschiktheidscontrole zal worden nagegaan hoe goed het beginsel wordt toegepast, ook bij beleidsmaatregelen die een impact op het milieu kunnen hebben. De geschiktheidscontrole zal betrekking hebben op EU-beleid dat een impact heeft op de toestand van het milieu – waarbij het de bedoeling is dat natuurlijke hulpbronnen duurzaam worden beheerd en de biodiversiteit wordt beschermd, onder meer door de lucht-, water- en bodemverontreiniging terug te dringen. In het kader van deze controle wordt bekeken of het beginsel dat de vervuiler betaalt in aanmerking wordt genomen, zowel bij de toepassing van het recht en het beleid van de EU door de lidstaten als in het kader van de EU-begroting – bijvoorbeeld met betrekking tot subsidies die schadelijk zijn voor het milieu. Bij de geschiktheidscontrole zal ook worden nagegaan of de rapportagevereisten kunnen worden gerationaliseerd.

IWO

27.

Geschiktheidscontrole van het EU-consumentenrecht inzake digitale rechtvaardigheid

De Commissie heeft in de nieuwe consumentenagenda van 2020 aangekondigd dat zij zal onderzoeken of aanvullende maatregelen nodig zijn om een gelijk niveau van rechtvaardigheid online en offline te waarborgen. Bij deze geschiktheidscontrole zal worden nagegaan of drie horizontale instrumenten op het gebied van consumentenrecht (Richtlijn 2005/29/EG betreffende oneerlijke handelspraktijken, Richtlijn 2011/83/EU inzake consumentenrechten en Richtlijn 93/13/EEG betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten) een hoog niveau van bescherming in de digitale omgeving waarborgen. Er zal worden nagegaan of de bestaande EU-regels toereikend zijn om de consumentenbescherming te bieden op het vlak van, onder meer, hun kwetsbaarheden online, donkere patronen, personalisatiepraktijken, marketing door influencers en abonnementscontracten. Ook zal worden bekeken of het bestaande rechtskader baat heeft bij een gerichte versterking of stroomlijning, waarbij rekening wordt gehouden met en wordt gezorgd voor samenhang met andere wetgeving op digitaal gebied. Bij de geschiktheidscontrole zal tevens worden onderzocht of er ruimte is voor lastenvermindering, kostenbesparingen en vereenvoudiging, ook met betrekking tot de rapportagevereisten.

J&V

28.

Evaluatie van de kaderrichtlijn mariene strategie (Richtlijn 2008/56/EG)

Op grond van deze kaderrichtlijn moeten de lidstaten strategieën ontwikkelen om uiterlijk in 2020 «een goede milieutoestand» van het mariene milieu te bereiken of te behouden, wat betekent dat hun oceanen en zeeën dan schoon, gezond en productief moeten zijn. Bij deze evaluatie zal worden nagegaan wat het kader heeft verwezenlijkt en waar het tekortschiet en in hoeverre de mariene strategieën doeltreffend zijn, ook wat betreft de monitoring-, beoordelings- en rapportageverplichtingen. Er zal worden bekeken of er ruimte is voor vereenvoudiging en vermindering van de administratieve lasten, met name door de rapportage die van de lidstaten wordt verwacht, te reduceren en te vergemakkelijken, en door stroomlijning en harmonisatie op het gebied van monitoringvereisten en de verzameling van gegevens voor verder gebruik bij de beoordelingen van de lidstaten. Ook zal de relevantie van het kader binnen de Europese Green Deal worden beoordeeld, meer bepaald in het licht van de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030, het actieplan om de verontreiniging tot nul terug te dringen, de «van boer tot bord»-strategie (met name met betrekking tot visserij en aquacultuur), de strategie voor duurzame en slimme mobiliteit (zeevervoer) en de productie van schone energie. Bij de evaluatie zal de bijdrage van de richtlijn aan deze initiatieven tegen het licht worden gehouden, alsook de kansen en uitdagingen die deze initiatieven met zich meebrengen – allemaal in het teken van een meer doeltreffende, geharmoniseerde en efficiënte bescherming van de zeeën en oceanen van de EU, in overeenstemming met de Green Deal. Ook zal worden onderzocht of er mogelijkheden zijn om de rapportagevereisten te stroomlijnen.

LNV

29.

Evaluatie van de nitratenrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Bij de evaluatie moet worden beoordeeld of de nitratenrichtlijn nog steeds geschikt is voor het beoogde doel, in overeenstemming is met de milieu- en klimaatambities van de EU en bijdraagt tot een duurzame en veerkrachtige landbouw en voedselzekerheid. Tevens zal worden bekeken of de richtlijn, in veranderende klimatologische en milieuomstandigheden, de landbouwsector helpt zich aan te passen en veerkrachtiger te worden, en of de richtlijn nieuwe landbouwpraktijken faciliteert en tegelijkertijd de recycling van nutriënten uit verschillende bronnen, waaronder verwerkte mest, voldoende stimuleert. Een ander aandachtspunt bij de evaluatie is hoe de richtlijn kan bijdragen aan de verbintenissen die op de 15e Conferentie van de Partijen (COP15) in het kader van het verdrag inzake biologische diversiteit zijn aangegaan om het nutriëntenverlies tegen 2030 met 50% te verminderen. De evaluatie zal ook aandacht besteden aan eventuele mogelijkheden voor vereenvoudiging en vermindering van lasten en kosten, waarbij de nadruk zal liggen op meer samenhang met andere wetgeving en ontwikkelingen op het gebied van landbouwpraktijken en -technologie (bv. precisielandbouw, veilig gebruik van «ReNure»-producten).

LNV

30.

Tussentijdse evaluatie van de herstel- en veerkrachtfaciliteit (Verordening (EU) 2021/241)

Hierbij zal worden beoordeeld in hoeverre de doelstellingen zijn bereikt, of de middelen efficiënt zijn ingezet en of er sprake is van Europese meerwaarde. Ook zal worden bekeken of alle doelstellingen en acties nog relevant zijn en of er mogelijkheden zijn voor lastenvermindering en rationalisering van de rapportageverplichtingen.

FIN

31.

Eindevaluatie van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling 2014–2020 (Verordening (EU) nr. 1301/2013)

Hierbij zal worden beoordeeld in hoeverre de doelstellingen zijn bereikt, of de middelen efficiënt zijn ingezet en of er sprake is van Europese meerwaarde. Ook zal worden bekeken of alle doelstellingen en acties nog relevant zijn en of er mogelijkheden zijn voor lastenvermindering en rationalisering van de rapportageverplichtingen.

EZK

Naar boven