36 410 VII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2024

Nr. 110 MOTIE VAN DE LEDEN CHAKOR EN INGE VAN DIJK

Voorgesteld 17 april 2024

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat uit onderzoek blijkt dat een substantieel deel van de raadsleden forse werkdruk ervaart en een deel hierdoor stopt met het ambt;

overwegende dat er al langere tijd zorgen zijn over de werkdruk van decentrale volksvertegenwoordigers;

van mening dat goede randvoorwaarden voor raadsleden, Statenleden en algemeen bestuursleden in waterschappen van belang zijn, zodat zij hun ambt naar behoren kunnen vervullen;

verzoekt de regering om met decentrale overheden en de beroepsverenigingen van decentrale volksvertegenwoordigers te bezien welke aanpassingen wenselijk zijn om het ambt van raadslid, Statenlid en algemeen bestuurslid aantrekkelijker te maken, en de Kamer hier voor de begrotingsbehandeling Binnenlandse Zaken over te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Chakor

Inge van Dijk

Naar boven