36 351 (R 2184) Wijziging van de Belastingregeling Nederland Curaçao in verband met de implementatie van de uitkomsten van het Base Erosion and Profit Shifting project van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling alsmede enige overige wijzigingen

Nr. 9 MOTIE VAN HET LID MERCELINA

Voorgesteld 5 juni 2024

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het essentieel is dat Curaçao gebruikmaakt van zijn fiscale autonomie om een verdragennetwerk op te bouwen dat bijdraagt aan de economische ontwikkeling van het land;

constaterende dat het huidige proces via de Tweede Kamer complex lijkt te zijn, aangezien niet het parlement van Curaçao maar dat van Nederland uiteindelijk over belastingverdragen beslist;

van mening dat Curaçao voldoende capaciteit bezit om zelfstandig te onderhandelen op dit gebied en dat verdragen die voldoen aan internationale standaarden gestimuleerd dienen te worden;

benadrukkende dat Curaçao momenteel slechts één belastingverdrag heeft, met Malta, dat afhankelijk is van ratificatie door Nederland, en dat het streven is om soortgelijke verdragen «stilzwijgend» te laten goedkeuren, gezien de fiscale autonomie van Curaçao en het vermogen om zelf te onderhandelen;

verzoekt de Koninkrijksregering, de Rijksministerraad (RMR) om bij belastingverdragen die door Curaçao worden onderhandeld en voldoen aan alle internationale standaarden, alvorens ze in behandeling te nemen en vragenrondes in te lassen voor goedkeuring, in lijn met de fiscale autonomie en het onderhandelingsvermogen van Curaçao, in overleg te treden met Curaçao om te faciliteren dat belastingverdragen van Curaçao op passende wijze en zonder onnodige belemmeringen worden geratificeerd,

en gaat over tot de orde van de dag.

Mercelina

Naar boven