De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de AIVD en de MIVD ter verzekering van hun slagkracht ook baat hebben
bij een effectief toezichtskader van gezamenlijk de TIB en de CTIVD;
dat de TIB in haar verantwoordelijkheid om vooraf de activiteiten van de diensten
te toetsen aan de wet een belangrijke impact heeft op de slagkracht van de diensten;
overwegende dat de TIB in de toetsing aan het wettelijk kader, deels wegens de aard
van de criteria als verwoord in de wet, een breed perspectief in overweging behoort
te nemen, waaronder grondrechten van burgers maar ook het belang van nationale veiligheid;
overwegende dat effectiviteit en kwaliteit van het toezicht van de TIB mede afhankelijk
is van de diepte en breedte van de expertise velden van de leden van de TIB;
overwegende dat een effectief toezicht vraagt om een continue neutrale toezichthouder
en daarmee een frequente rotatie van personen die in dat toezicht betrokken zijn;
overwegende dat in Wet Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten van 2017 de samenstelling
van de TIB en zittingsduur van de leden van de TIB mogelijk continue effectief en
kwalitatief toezicht beperkt;
verzoekt de regering om bij aanvang van de Tijdelijke wet onderzoeken AIVD en MIVD
naar landen met een offensief cyberprogramma, bulkdatasets en overige specifieke voorzieningen
(36 263) aanvullende maatregelen te nemen in de inrichting van het toezicht van de TIB en
bij benoemingen van de TIB welke verzekeren dat expertise breedte versterkt wordt
en zittingsduur van de leden verkort wordt en tevens aanvullende maatregelen ter versterking
van expertise breedte en verkorting van zittingsduur op te nemen in het wetsvoorstel
aangaande de opvolging van de Wet Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten van 2017,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kroon