36 246 EU-voorstel: Herziening van de richtlijnen inzake luchtkwaliteit COM (2022) 542

Nr. 13 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 juni 2023

Bij de behandeling van de herziening van de Richtlijn Luchtkwaliteit op 6 april jl. (Handelingen II 2022/23, nr. 71, item 4)) heeft uw Kamer de motie van het lid Van der Plas (Kamerstuk 36 246, nr. 9) aangehouden. In deze motie wordt verzocht om een onderzoek uit te zetten naar de gezondheid van omwonenden als gevolg van industrie en hierbij ook de gevolgen van luchtverontreiniging in grote steden mee te nemen. Ik heb toen aangegeven hier positief tegenover te staan, maar eerst bij het RIVM te willen toetsen of dergelijk onderzoek een zinvolle toevoeging zou zijn op al lopende studies.

Daarnaast heeft het lid Hagen (D66) in een ordedebat op 18 april jl. (Handelingen II 2022/23, nr. 75, item 25) het verzoek gedaan om een snellere kabinetsreactie op het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OvV) over Industrie en Omwonenden. Naar aanleiding van de procedurevergadering van uw Kamer op 17 mei jl. heeft u mij verzocht voor het zomerreces de formele reactie op het OVV-rapport Industrie en Omwonenden aan uw Kamer te doen toekomen.

Via deze brief stel ik u op de hoogte van de reactie van het RIVM. Daarnaast zal ik in deze brief ook ingaan op het verzoek om een snellere reactie op het OvV-rapport.

Aanbeveling RIVM

Het RIVM geeft in zijn reactie aan een onderzoek naar de gezondheid van omwonenden als gevolg van industrie in potentie waardevol te vinden. Dergelijk onderzoek zou volgens het RIVM kunnen helpen om in een meer integrale analyse de resultaten van verschillende onderzoeken inzichtelijk te maken. De aanbeveling van het RIVM is om hierover door middel van een verkenning meer duidelijkheid te krijgen. Gezien de variatie binnen de industrie is op voorhand namelijk niet aan te geven in hoeverre een onderzoek «Industrie Gezondheid en Omwonenden» (IGO) ook daadwerkelijk casus-overstijgende inzichten zal opleveren. Dat zou de komende periode kunnen worden verkend, waarbij ook de resultaten van het lopende RIVM-onderzoek met betrekking tot Tata Steel en de IJmondregio kunnen worden betrokken. Het RIVM geeft aan dat in de verkenning kan worden nagegaan of het concept dat in het lopende onderzoek wordt ontwikkeld breder toepasbaar is. In de bijlage treft u de brief die het RIVM mij hierover heeft gestuurd.

Advies verkenning

Het is mijn inzet dat de gezondheidsrisico’s voor omwonenden van industrie omlaag gaan. Samen met meer dan 100 andere overheden zet ik mij vanuit het Schone Lucht Akkoord in om de luchtkwaliteit in Nederland permanent te verbeteren. Om ervoor te zorgen dat mensen langer, gezonder en met meer kwaliteit leven. Ook de maatwerkafspraken met de industrie die samen met de Minister van Economische Zaken en Klimaat worden gemaakt, moeten bijdragen aan een gezonde leefomgeving en daarmee minder gezondheidsrisico’s opleveren voor omwonenden. De verkenning die het RIVM adviseert, naar aanleiding van de motie v/d Plas (BBB), beschouw ik als een waardevolle aanvulling hierop. Ik volg daarom dit advies van het RIVM op. Ik doe dit in samenhang met de reactie op het OvV rapport «Industrie en Omwonenden».

Planning OvV rapport

Zoals aan uw Kamer is aangegeven, zal uiterlijk voor het herfstreces de beleidsreactie op het OvV rapport volgen. Het opstellen van deze reactie vraagt een zorgvuldige aanpak, inclusief afstemming met omwonenden, andere overheden en de betreffende bedrijven. Het vraagt tijd om dit goed en zorgvuldig te doen, daarom houd ik vast aan mijn planning u voor het herfstreces de beleidsreactie toe te sturen.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen

Naar boven