36 200 IV Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2023

Nr. 79 MOTIE VAN DE LEDEN KAMMINGA EN VAN DEN BERG

Voorgesteld 21 juni 2023

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat Nederland tijdens de coronaperiode naast financiële giften en noodhulp voor ruim 1 miljard euro aan Curaçao, Aruba en Sint-Maarten (CAS) heeft geleend, waarvan 441,7 miljoen euro aan Aruba tegen gunstige voorwaarden;

overwegende dat de afspraak is gemaakt dat er naast hervormingen ook ordentelijk financieel toezicht zou komen door middel van een rijkswet en dat een voorstel hiertoe met consensus van de regering van Aruba in 2022 is voorgelegd aan de Tweede Kamer;

overwegende dat de gesprekken over de Rijkswet Aruba financieel toezicht al drie jaar gaande zijn;

overwegende dat de liquiditeitsleningen vanaf 10 oktober 2023 afgelost of hergefinancierd moeten worden, waarbij de inzet van Nederland is gericht op langjarige herfinanciering als bijdrage aan het bereiken van een meer duurzame houdbare begroting;

constaterende dat de schuldquota van het land Aruba nog steeds erg hoog is en ver boven het gewenste percentage voor een small island economy ligt;

constaterende dat de afspraken over de begrotingsnormen in de Landsverordening Aruba Tijdelijk financieel toezicht (LAft) reeds zijn verlopen en dat het Protocol Aruba Nederland afloopt op 31 december 2023;

van mening dat het voor een duurzame en gezonde economische toekomst en daarnaast voor duurzaam houdbare overheidsfinanciën essentieel is dat het toezicht op orde is;

verzoekt de regering de liquiditeitsleningen alleen langjarig op basis van gunstige voorwaarden te herfinancieren als er sprake is van financieel toezicht op basis van een rijkswet;

verzoekt de regering voorts zolang er geen sprake is van financieel toezicht middels een rijkswet de reguliere rente op de kapitaalmarkt te hanteren en in het geval er de komende periode betekenisvolle stappen richting een rijkswet worden gezet, tot de inwerkingtreding hiervan de leningen alleen kortlopend te herfinancieren en daarbij een bij de situatie passend rentepercentage te hanteren dat in ieder geval hoger ligt dan bij de gunstige voorwaarden,

en gaat over tot de orde van de dag.

Kamminga

Van den Berg

Naar boven