36 100 Financieel jaarverslag van het Rijk 2021

Nr. 14 MOTIE VAN HET LID VAN RAAN C.S.

Voorgesteld 9 juni 2022

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de rijksbegroting nu is ingericht naar uitgaven aan financiële instrumenten binnen begrotingshoofdstukken en beleidsartikelen, in plaats van naar uitgaven aan concrete doelen;

constaterende dat het hierdoor moeilijk of zelfs onmogelijk is om vast te stellen hoeveel er wordt uitgegeven voor bepaalde concrete doelen, zeker wanneer de verwezenlijking van concrete doelen over meerdere ministeries verdeeld is;

overwegende dat het voor de Kamer lastig is om een oordeel te vormen over de vraag of er naar haar mening voldoende en zinnig, zuinig en zorgvuldig wordt uitgegeven voor de verwezenlijking van bepaalde doelen;

overwegende dat het zo niet duidelijk is of er met belastinggeld bredewelvaartswinst of -verlies optreedt;

verzoekt de regering om te onderzoeken op welke manier de rijksbegroting op eenduidige en uniforme wijze inzicht kan geven in de uitgaven aan concrete doelen, en de Kamer hierover te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Raan

Nijboer

Dassen

Van der Lee

Alkaya

Ephraim

Naar boven