35 925 V Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2022

Nr. 47 MOTIE VAN HET LID KUZU C.S.

Voorgesteld 18 november 2021

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Bosnisch-Servische president Milorad Dodik recent nog heeft gezegd dat de genocide in Srebrenica in de periode 11 juli tot 18 juli 1995 nooit heeft plaatsgevonden en Bosnië een «miskraam» noemde;

overwegende dat de spanning in Bosnië toeneemt, doordat Dodik steeds meer concrete stappen neemt om het Servische deel van Bosnië af te scheiden;

verzoekt de Minister van Buitenlandse Zaken in EU-verband een dringend pleidooi te houden waarin hij zijn collega’s oproept afstand te nemen van de uitspraken van Dodik;

verzoekt het kabinet om in de Europese Unie te pleiten voor een sanctiepakket dat direct gericht is op Milorad Dodik en zijn machtskring om druk te houden op het Bosnisch-Servische deel zonder dat de bevolking van Bosnië wordt geraakt,

en gaat over tot de orde van de dag.

Kuzu

Sjoerdsma

Van der Lee

Jasper van Dijk

Piri

Dassen

Simons

Ceder

Den Haan

Naar boven