De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de rechtsstaat onder grote druk staat in meerdere Europese landen;
constaterende dat het Meerjarig Financieel Kader gezamenlijk met de Verordening betreffende
een algemeen conditionaliteitsregime ter bescherming van de Uniebegroting vanaf 1 januari
2021 in werking is getreden;
overwegende dat de herstelplannen van de lidstaten de komende weken door de Commissie
zullen worden beoordeeld en de Raad de beoordeling van de herstel- en veerkrachtplannen
goedkeurt door middel van een uitvoeringsbesluit op basis van een voorstel van de
Commissie;
overwegende dat de Hongaarse regering onlangs een herstelplan indiende waarbij het
risico bestaat dat middelen uit het EU-Herstelfonds worden ingezet om middels staatssteun
meer overheidscontrole te verkrijgen over Hongaarse universiteiten en daarmee de academische
vrijheid wordt ingeperkt;
van mening dat de regering zich blijvend dient in te zetten voor een effectieve koppeling
tussen de ontvangst van EU-middelen en het respecteren van de rechtsstaat;
verzoekt de regering, om de herstelplannen van EU-landen mede te beoordelen op hun
compatibiliteit met rechtsstatelijke en democratische beginselen;
verzoekt de regering tevens, in de Raad bezwaar te maken tegen uitvoeringsbesluiten
van herstelplannen die in strijd zijn met deze fundamentele Europese waarden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van der Lee
Piri
Sjoerdsma