35 570 XIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII) voor het jaar 2021

Nr. 31 MOTIE VAN DE LEDEN AMHAOUCH EN BRUINS

Voorgesteld 5 november 2020

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat een brede economie en een sterke maakindustrie voor Nederland van groot belang zijn;

constaterende dat bijna 20% van het Nederlandse bbp indirect of direct in de industrie wordt verdiend, waar circa 800.000 Nederlanders werkzaam zijn;

constaterende dat in Nederland de arbeidsproductiviteit dalende is en vergrijzing op termijn leidt tot krapte op de arbeidsmarkt;

overwegende dat de procesinnovaties in de maakindustrie bijdragen aan de arbeidsproductiviteit, werkgelegenheid en concurrentiekracht in alle regio’s en daarmee aan het toekomstig verdienvermogen van Nederland als geheel;

overwegende dat structureel investeren in procesinnovaties helpt om de maakindustrie te behouden en/of naar Nederland terug te halen;

constaterende dat op dit moment procesinnovaties in veel mkb-sectoren achterblijven en bedrijven door de coronacrisis niet of nauwelijks investeringsruimte hebben;

verzoekt de regering, een procesinnovatie-stimuleringsinstrument buiten de Wbso te verkennen, met als voorwaarde toegankelijkheid voor het brede mkb, en de Kamer hierover voor 1 juli 2021 te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Amhaouch

Bruins

Naar boven