Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 maart 2020
In deze brief informeer ik uw Kamer over de stand van zaken met betrekking tot het
stikstofregistratiesysteem en bijbehorende ministeriële regeling, die vandaag in de
Staatscourant wordt gepubliceerd en morgen in werking treedt. Dit systeem maakt de
vergunningverlening voor woningbouwprojecten en toestemmingsverlening voor zeven infrastructurele
projecten mogelijk.
Stikstofregistratiesysteem
In de brief van 13 november 2019 heeft het kabinet uw Kamer geïnformeerd over de maatregelen
die worden genomen om weer ruimte te bieden voor de realisatie van de benodigde extra
woningbouw en infrastructuurprojecten (Kamerstuk 35 334, nr. 1). De eerste maatregel waarvan de effecten nu in het stikstofregistratiesysteem zijn
opgenomen is de snelheidsverlaging op snelwegen in beheer van het Rijk. Deze maatregel
tot het verlagen van de maximumsnelheid overdag van 130 naar 100 kilometer per uur
is inmiddels geeffectueerd door het plaatsen van de borden. De effecten van deze snelheidsmaatregel
worden voor ten minste 30% ingezet voor natuur en 70% is beschikbaar voor vergunningverlening
voor de woningbouw en toestemmingverlening voor de zeven MIRT-projecten. De ministeriële
regeling waarin dit is geregeld wordt vandaag in de Staatscourant gepubliceerd en
treedt morgen in werking.
Onderbouwende rapporten
Bij het stikstofregistratiesysteem horen onderbouwende rapporten, waarin de effecten
van de snelheidsmaatregel, de wijze van berekenen en de effecten voor de natuur, zijn
beschreven. Initiatiefnemers kunnen voor de passende beoordeling van hun project,
die bij de aanvraag voor een vergunning moet worden aangeleverd, gebruik maken van
het systeem en de onderbouwende rapporten. Het ecologisch rapport laat zien dat de
snelheidsmaatregel nagenoeg overal leidt tot een verlaging van de stikstofdepositie
op de voor stikstofgevoelige natuur. Daarmee ontstaat na aftrek van de eerder genoemde
30% voor natuur, ruimte voor ontwikkelingen voor de woningbouw en voor zeven MIRT-projecten.
Het rapport laat ook zien dat voor een gering aantal hectare natuur, in vier Natura
2000-gebieden (in totaal 19 van de ca. 250.000 hexagonen) een toename van stikstofdepositie
op stikstofgevoelige habitats ontstaat. Dat is het gevolg van veranderende verkeerspatronen
(andere routes via regionale wegen). Daar waar een (overigens miniem) mogelijk negatief
ecologisch effect niet valt uit te sluiten, is geen depositieruimte beschikbaar en
neemt het Rijk samen met de provincies op korte termijn aanvullende maatregelen.
Het kabinet informeert uw Kamer later over de structurele aanpak voor de stikstofproblematiek
gericht op stikstofreductie en natuurherstel en -verbetering
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten