Zoals verzocht door uw Kamer, ontvangt u hierbij informatie over de recente ontwikkelingen
in Malta op het gebied van de rechtsstaat en het onderzoek naar de moord op de journaliste
Daphne Caruana Galizia.
Zoals vermeld in eerdere beantwoording van Kamervragen (Aanhangsel Handelingen II
2017/18, nr. 2124) zijn, in het kader van het moordonderzoek op de journaliste Daphne Caruana Galizia,
in 2017 drie verdachten aangehouden. Een rechtszaak tegen deze drie verdachten was
reeds gestart. De Maltese regering heeft daarnaast onlangs overeenstemming bereikt
met de nabestaanden van Daphne Caruana Galizia over de samenstelling van een externe
commissie die een openbaar onderzoek uitvoert naar de omstandigheden rond de moord.
Op 14 november jl. is door de Maltese autoriteiten een persoon aangehouden die mogelijk
een bemiddelende rol heeft gespeeld tussen de mogelijke opdrachtgevers van de moord
en de drie verdachten van de uitvoering van de aanslag. Deze persoon zal spoedig gehoord
worden door de Maltese rechter. Ook hebben de Maltese autoriteiten op 19 november
jl. een zakenman gearresteerd die blijkbaar probeerde per boot Malta te verlaten.
Deze zakenman wordt in verband gebracht met de aanslag, terwijl hij ook politieke
banden zou onderhouden. Hij wordt inmiddels door de Maltese autoriteiten als hoofdverdachte
beschouwd, en hij is dit weekend in staat van beschuldiging gesteld.
Op 26 november jl. heeft, volgend op de ontwikkelingen in deze zaak, de Maltese Minister
van Toerisme zijn ontslag ingediend, evenals de stafchef van de Minister-President
van Malta. Daarnaast legde de Minister van Economische Zaken tijdelijk zijn werkzaamheden
neer. Gisteren, 1 December jl, heeft premier Muscat aangegeven op 12 januari 2020
terug te treden als leider van zijn Labour partij, en de dagen erna af te treden als
premier.
De moord op de journaliste Daphne Caruana Galizia heeft in heel Europa een schok teweeg
gebracht. Het kabinet blijft oproepen tot een grondig en volledig onderzoek en vervolging
van de daders; ook de opdrachtgevers van deze verschrikkelijke aanslag mogen niet
ongestraft blijven. Tevens constateert het kabinet dat Malta hiertoe justitiële stappen
zet, en dat er veel zaken in ontwikkeling zijn, zoals de gerechtelijke zittingen die
momenteel plaats vinden. Het kabinet blijft de inspanningen van Malta om de schuldigen
te vinden en te veroordelen op de voet volgen.
Zoals in de eerdere beantwoording van vragen van uw Kamer (Aanhangsel Handelingen
II 2019/20, nr. 531) is aangegeven vindt het kabinet het van groot belang dat de rechtsstaat in de Europese
Unie en de lidstaten goed functioneert. Hierbij acht het kabinet de zorg voor de rechtstaat
primair een verantwoordelijkheid van de EU lidstaat zelf, waarbij als het gaat om
monitoring met name de Europese Commissie en de Raad van Europa een belangrijke rol
spelen.
Voor wat betreft een appreciatie van de rechtstatelijke ontwikkelingen in Malta is
het kabinet daarom van mening dat het primair aan deze instanties is om te oordelen
over het functioneren van de rechtsstaat in Malta en de lidstaten daarover te informeren.
De Venetië Commissie van de Raad van Europa heeft in December 2018 in een rapport
zorgen geuit over het functioneren van onderdelen van de rechtsstaat in Malta, en
heeft hierover aanbevelingen gedaan. Het kabinet neemt deze zorgen serieus en vindt
het bemoedigend dat de Maltese regering in maart 2019 heeft aangegeven de hoofdaanbevelingen
volledig te zullen implementeren door middel van vijf wetsvoorstellen. De aanbeveling
om scheiding aan te brengen in de bevoegdheden van de «Attorney General»
(AG) is inmiddels in een wet aangenomen.
Ik heb de zorgen die in NL leven over de moord op Daphne Caruana Galizia en over rechtsstatelijkheid
in Malta bij mijn collega aan de orde gesteld tijdens mijn bezoek aan Malta eerder
dit jaar.
Uw Kamer heeft gevraagd of het nog verantwoord is om gevoelige informatie te delen
met de regering en overheidsdiensten van Malta. In algemene zin kan worden gezegd
dat operationele politie- en justitiesamenwerking met Malta goed verloopt maar dat
deze tevens zeer beperkt is. Gezien de justitiële stappen die in Malta worden gezet,
is het kabinet vooralsnog niet van mening dat lopende operationele politie- en justitie
samenwerking beperkt of stopgezet dient te worden. Het kabinet doet geen mededelingen
over samenwerking op inlichtingengebied met andere landen.