35 225 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en de Faillissementswet in verband met de herziening van het beslag- en executierecht

Nr. 14 MOTIE VAN HET LID VAN NISPEN

Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 11 mei 2020

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het Ontwerpbesluit tot inwerkingtreding van artikel XXII van de Overige fiscale maatregelen 2018 de Belastingdienst de mogelijkheid geeft administratief dan wel digitaal beslag te leggen op het kenteken van een voertuig en/of de vorderingen die de belastingschuldige heeft of zal verkrijgen bij een derde, en daarbij kan volstaan met een administratieve beschikking, zonder dat daar voorafgaand persoonlijk contact is geweest met de belastingschuldige;

overwegende dat in de huidige situatie de belastingschuldige bezoek krijgt van de deurwaarder voordat beslag wordt gelegd waaronder op tegoeden van de belastingplichtige die hij onder een derde heeft, en er dus altijd eerst sprake is van persoonlijk contact bij ingrijpende invorderingsmaatregelen;

van mening dat direct klantcontact zeer belangrijk is voor het in stand houden van de menselijke maat en het niet wenselijk is dat de Belastingdienst, al dan niet vanwege efficiencyoverwegingen, verder van mensen af komt te staan;

verzoekt de regering, ervoor te zorgen dat de Belastingdienst in alle gevallen waar een ingrijpende invorderingsmaatregel dreigt te worden getroffen allereerst het persoonlijk contact formaliseert, door de deurwaarder middels een exploot van hernieuwd bevel het contact met een belastingplichtige te laten leggen, voordat er wordt overgegaan tot het leggen van een beslag op een kenteken en/of onder een derde op wie de belastingschuldige een vordering heeft,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Nispen

Naar boven