35 074 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs, de Wet financiering sociale verzekeringen en enige andere wetten om de balans tussen vaste en flexibele arbeidsovereenkomsten te verbeteren (Wet arbeidsmarkt in balans)

I MOTIE VAN DE LEDEN VAN DE VEN/OOMEN-RUIJTEN C.S.

Voorgesteld 20 mei 2019

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat de regering met de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) beoogt meer evenwicht te brengen tussen vaste en flexibele contracten voor arbeidskrachten,

constaterende, dat de WAB niet voorziet in een samenstel van flankerende maatregelen in de arbeidsrechtelijke sfeer om het zogenoemd «waterbed-effect» van een verschuiving van payrollcontracten naar uitzendcontracten of zzp-contracten te voorkomen,

overwegende, dat informatie beschikbaar is gekomen dat de markt van de flexibele arbeid al gestart is om invulling te geven aan het waterbed-effect,

overwegende, dat de voorstellen van de Commissie regulering van werk (Commissie Borstlap) omtrent een integrale aanpak van het arbeidsrecht over een half jaar bekend wordt gemaakt,

overwegende, dat het arbeidsrecht ook doorwerkt in de sfeer van de sociale zekerheid, de fiscaliteit, de pensioenen en het CAO-stelsel en dat de Commissie Borstlap deze aspecten naar verwachting bij haar onderzoek zal betrekken,

verzoekt de regering voor de zomer 2019 te komen met de uitwerking van voorstellen voor nieuw zzp-beleid met een definitief tijdpad gericht op een adequate bescherming van de zzp’ers aan de onderkant van de arbeidsmarkt en maatregelen gericht op het tegengaan van schijnzelfstandigheid,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van de Ven

Oomen-Ruijten

Jorritsma

Wever

Klip-Martin

Ester

Rinnooy Kan

Backer

Andriessen

Naar boven