35 000 X Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2019

Nr. 80 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 december 2018

In uw brief van 17 december jl. over het bericht «Drentse Defensiefotograaf legt misdragingen van Nederlandse mariniers in Tsjaad vast op video» vraagt u mij of ik bereid ben onderzoek in te stellen naar hoe de melding van de fotograaf bij de IGK, CDS en SG uiteindelijk bij de eenheid terecht is gekomen. Ook verzoekt u of ik bereid ben te organiseren dat het bewijsmateriaal wordt onderzocht en aan te geven wat mijn vervolgstappen zullen zijn ten aanzien van de fotograaf in kwestie. Hierbij ontvangt u, mede namens de Minister, mijn reactie.

Allereerst benadruk ik dat de betreffende ex-Defensiefotograaf zich als militair heeft ingezet voor onze veiligheid en dat Defensie hem daar dankbaar voor is. Met hem en zijn raadsman is meermaals contact geweest.

Zoals u weet, ben ik stellig van mening dat alle medewerkers van Defensie zich onder en bij elkaar en bij de organisatie veilig moeten kunnen voelen. Ik ga dan ook na op welke wijze Defensie is omgegaan met de melding van de ex-Defensiefotograaf.

Voorts is Defensie voornemens om te onderzoeken of er mogelijke misdragingen zijn geweest. Om dit goed te kunnen doen, is het voor Defensie belangrijk om de concrete feiten en omstandigheden te kennen, zoals bijvoorbeeld de video waarover de fotograaf spreekt. Deze is tot dusver niet bekend bij Defensie. Hierover wil Defensie graag opnieuw met de fotograaf in gesprek gaan.

De Staatssecretaris van Defensie, B. Visser

Naar boven