34 700 Kabinetsformatie 2017

Nr. 21 BRIEF VAN DE INFORMATEUR

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 juni 2017

Bij de uitvoering van de opdracht die ik op 30 mei jl. van u ontving, heb ik mij gebaseerd op het verslag van informateur Schippers (Kamerstuk 34 700, nr. 19) en de uitgangspunten van de voorzitters van vrijwel alle fracties in de Tweede Kamer tijdens het debat op 30 mei (Handelingen II 2016/17, nr. 80, Eindverslag informateur). Dit betekent dat het onderzoek zich in beginsel dient te richten op de vorming van een meerderheidskabinet.

Gelet op het verslag van mijn voorganger diende hiertoe eerst de mogelijkheid van een meerderheidscombinatie uit de partijen VVD, CDA, D66, GL en CU verkend te worden. In dit kader heb ik in de afgelopen periode in verschillende gesprekken de voorzitters van deze fracties onder meer gevraagd of zij bereid waren deel te nemen aan een meerderheidscombinatie van deze vijf partijen. De voorzitters van de fracties van GL en CU zagen in deze combinatie, waarin hun fracties getalsmatig niet noodzakelijk zijn voor een meerderheid, onvoldoende perspectief voor de verwezenlijking van hun uitgangspunten en programma’s. Tevens heb ik de voorzitters van beide fracties gevraagd of zij bereid waren om na te gaan of zij zonder blokkades of voorwaarden vooraf konden deelnemen aan besprekingen over een meerderheidscombinatie VVD-CDA-D66-GL respectievelijk VVD-CDA-D66-CU. De voorzitter van de CU-fractie achtte deelname aan een combinatie VVD-CDA-D66-CU niet zinvol. De voorzitter van de GL-fractie was bereid tot het voeren van verkennend overleg om na te gaan of zonder blokkades of voorwaarden vooraf besprekingen konden beginnen over een meerderheidscombinatie VVD-CDA-D66-GL ten behoeve van het onderzoek naar de vorming van een kabinet.

Tijdens dit verkennend overleg met de voorzitters van de fracties van VVD, CDA, D66 en GL onder mijn leiding is heden gebleken dat er geen basis is om dit overleg voort te zetten. Het overleg richtte zich op het beleid op het gebied van migratie, met name op de afspraken tussen de EU en Turkije en de mogelijkheid van vergelijkbare afspraken met andere landen. De voorzitter van de fractie van GL kon mijn eindvoorstel voor een conclusie (bijgevoegd), dat na verschillende besprekingen een uiterste poging bevatte om tot overeenstemming te komen, niet delen. De voorzitters van de fracties van VVD, CDA en D66 hebben daarop met tegenzin vastgesteld dat hierdoor geen ruimte meer bestond voor een gezamenlijke aanpak van andere belangrijke vraagstukken. De voorzitters van de vier fracties hebben vervolgens vastgesteld dat een meerderheidscombinatie VVD-CDA-D66-GL niet mogelijk is. Hierover heb ik u telefonisch ingelicht.

H.D. Tjeenk Willink

Bijlage: Conclusies informateur met betrekking tot migratie (dd 12 juni 2017)

De afspraak tussen de EU en Turkije beweegt zich binnen de grenzen van het recht zoals dat in volkenrechtelijke verdragen, waaronder het Vluchtelingenverdrag, met het individuele recht op asiel is opgenomen. Ook materieel wordt aan die verdragen voldaan door de combinatie van de voorprocedure in Griekenland en waarborgen voor bescherming in Turkije zoals de inachtneming van het beginsel van non-refoulement, een veilige opvang, adequate voorzieningen en de verlening van een status die effectieve bescherming biedt. Bij de uitvoering kan het toezicht verder worden versterkt.

Vergelijkbare afspraken zijn mogelijk tussen de EU en landen in Noord-Afrika. Doel is ook daar te bereiken dat alle migranten worden beschermd in overeenstemming met de relevante internationale standaarden en met respect voor het beginsel van non-refoulement. Daarbij worden de opgedane ervaringen bij de uitvoering van de afspraken met Turkije, eventuele rechterlijke uitspraken die daarop betrekking hebben en in de praktijk ontwikkelde bestuurlijke methoden, zoals bijvoorbeeld in Griekenland met assistentie vanuit lidstaten van de EU, betrokken. Ook de UNHCR heeft hierbij een rol. Over de nieuwe afspraken kan juridisch advies worden gevraagd. Belangrijk blijft verder de aanpak van grondoorzaken van de migratie.

Naar boven