33 835 Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA)

Nr. 161 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 mei 2020

Bij brief van 22 november 2019 (Kamerstuk 33 835, nr. 131) heb ik uw Kamer, in een tussenbericht, geïnformeerd over de voortgang van de herbezinning van de NVWA. In het debat over de NVWA op 13 februari jl. (Handelingen II 2019/20, nr. 54, item 7) heb ik uw Kamer toegezegd u uiterlijk eind maart te informeren over de uitkomsten van de Herbezinning en de bijbehorende rapportages. Het gaat hierbij om de rapportage Herbezinning, het onderzoek naar de Toekomstbestendigheid van de ICT-systemen (Deloitte), het onderzoek naar taken en middelen (Deloitte) en het rapport naar doelmatigheid en kostentoerekening (KPMG)1. Met deze brief informeer ik u mede namens de Minister voor Medische Zorg en Sport over de stand van zaken van de uitvoering van deze toezegging.

Herbezinning en verbeteraanpak

De in mijn brief van 22 november 2019 beschreven aanpak, gericht op het goed en vakkundig uitvoeren door de NVWA van haar taken, is inmiddels verder uitgewerkt. Zowel het stellen van een goede diagnose als het ontwikkelen van een realistische, haalbare en gedragen verbeteraanpak die de NVWA in staat stelt haar maatschappelijke opdracht goed uit te kunnen voeren, vragen een zorgvuldig proces. Dit gebeurt op basis van gesprekken met medewerkers, de Ondernemingsraad, de eigenaar, opdrachtgevers en de Raad van Advies en een grondige analyse van de oorzaken.

Uit de werkzaamheden in het kader van de herbezinning tot nu toe komt een aantal grondoorzaken naar voren. Zo bestaat er een gevoelde onbalans tussen verwachtingen van politiek en samenleving, de beschikbare middelen en het daarmee te bereiken effect van de NVWA. De veranderopgave voor de organisatie was zeer ambitieus en complex. Hierdoor ontstond er te weinig aandacht voor concrete operationele problemen en was er onvoldoende aandacht voor het vakmanschap en de medewerkers die het werk doen.

De verbeteraanpak stelt het vakmanschap en de betrokkenheid van medewerkers centraal en gaat uit van het verbeteren van het werk in kleine welbewust gekozen stappen, die nauwgezet worden gevolgd en zo nodig worden bijgestuurd. Hierdoor komt het werk en het vak van toezicht weer centraal te staan en gaan medewerkers zelf voorop in de verbetering en professionalisering van hun eigen werk en vak.

De Raad van advies bevestigt de majeure opgave waar de NVWA voor staat en geeft aan dat die opgave vraagt om een fundamenteel andere veranderaanpak dan eerder gehanteerd. Daarbij zal die veranderaanpak moeten verlopen in fases, met tussentijdse ijkmomenten passend in helder geformuleerde strategische doelen. De Raad heeft daarbij ook aangegeven dat voor een kans van slagen van die veranderaanpak actieve participatie en breed draagvlak een conditio sine qua non is. De Raad van advies heeft voorts ook aandacht gevraagd voor de wijze waarop de veranderkracht geborgd wordt in de organisatie. De Ondernemingsraad van de NVWA heeft geadviseerd de vernieuwing te laten lopen aan de hand van een nieuw plan, onder leiding van een nieuwe IG. De IG heeft besloten om terug te treden. Per 1 mei heb ik een interim- IG heb benoemd. Ik geef de nieuwe IG de ruimte om zich een eigen beeld te kunnen vormen van de situatie, de diagnose van de grondoorzaken af te ronden en op basis hiervan zijn koers te bepalen.

De afgelopen weken is onder leiding van de secretaris-generaal een aantal werkconferenties georganiseerd. Daarin is afgesproken om een aantal «no regret» onderwerpen daadkrachtig op te pakken en om aan de hand daarvan de veranderaanpak te beproeven. De meeste thema’s zijn inhoudelijk, ze betreffen het werk en het vak (bijvoorbeeld kwaliteit en doorlooptijd Rapporten van Bevindingen en de samenwerking Keuren – Handhaven). Een aantal thema’s heeft een meer organisatorisch karakter (bijvoorbeeld teamoverleg en ontwikkelgesprekken). De IG neemt de uitkomsten van deze werkconferenties mee bij het bepalen van de vervolgaanpak.

De herbezinning omvat ook een technologische herbezinning op het vlak van de informatievoorziening en de ICT. In samenwerking met medewerkers is een IV/ICT-Actieplan ontwikkeld. Een belangrijk vertrekpunt hiervan vormt het rapport van Deloitte naar de Toekomstbestendigheid van het ICT-landschap dat u hierbij al wel ontvangt. Het IV-ICT-actieplan omvat acties die gericht zijn op haalbare en concrete verbeteringen, gericht op de strategische doelen, waarvan een deel al in uitvoering is genomen. Het betreft acties die gericht zijn op versterking van de risicosignalering (meldingen, monstername, portaalfunctie), de uniforme toepassing van het interventiebeleid (ondersteuning bij de toepassing van specifiek interventie en verbetering van de ondersteuning van het juridische afdoeningsproces) en verbetering van de informatiehuishouding ten behoeve van de programmering van het toezicht, de sturing en de maatschappelijke verantwoording. Ook bij de uitvoering staan het werk en het vak centraal. De Raad van advies en de Ondernemingsraad beschouwen deze aanpak als een goede uitwerking en achten de aanpak breder toepasbaar.

Tot slot

Ik zal u voor het eind van de zomer informeren over de verdere vervolgaanpak in samenhang met de uitkomsten van het onafhankelijk onderzoek naar de taken en middelen van de NVWA dat in mijn opdracht is uitgevoerd en hoe ik hiermee om wil gaan. Hiermee eindigt dan de periode van herbezinning.

Ik hecht er bijzonder aan om de aanpak in haar onderlinge samenhang neer te zetten. Dit omdat een van de belangrijkste uitkomsten uit de herbezinning voor mij is dat er een balans moet zijn tussen de maatschappelijke en politieke verwachtingen en strategische doelen, het verandervermogen van de organisatie en de publieke middelen die beschikbaar zijn voor de NVWA. Uw Kamer ontvangt in een separate brief vooruitlopend daarop al wel het onderzoek naar doelmatigheid en kostentoerekening en mijn reactie daarop.

Het komt er nu op aan om de verbeteringen bij de NVWA stap voor stap te gaan realiseren, in de dagelijkse praktijk van het werk, en te bouwen aan draagvlak voor de te realiseren doelen. Daarbij bewaak ik samen met de Minister voor Medische Zorg en Sport die zo noodzakelijke balans tussen de verwachtingen die politiek en samenleving van het toezicht hebben, de taken, de daarvoor beschikbare middelen en het daadwerkelijke effect van het toezicht. De opgaves zijn weerbarstig, complex en vereisen een gezamenlijke inspanning van beleid, NVWA en politiek en zullen dan ook niet van vandaag op morgen kunnen worden gerealiseerd.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven