33 678 Parlementair onderzoek Fyra

Nr. 6 BRIEF VAN DE PARLEMENTAIRE ENQUÊTECOMMISSIE FYRA

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 april 2014

Hierbij ontvangt u de eerste voortgangsrapportage van de parlementaire enquêtecommissie Fyra, zoals toegezegd in het onderzoeksvoorstel.1

Inleiding

De Kamer heeft op 19 december 2013 de parlementaire enquêtecommissie Fyra ingesteld (Handelingen II 2013/14, nr. 39, item 37). De enquêtecommissie doet onderzoek naar de ontwikkelingen die ertoe hebben geleid dat het oorspronkelijk beoogde vervoer over de HSL-Zuid tot op heden niet tot stand is gekomen.

In het onderzoeksvoorstel voor de enquête staat dat in alle fases van het onderzoek reflectiemomenten zullen plaatsvinden. Op die reflectiemomenten zal de enquêtecommissie bezien of de uitvoering van de enquête kan worden versneld. Die reflectie zal in ieder geval plaatsvinden na de werving van de staf, tijdens de dataverzameling, na het verschijnen van externe rapporten, na de besloten voorgesprekken en na de openbare verhoren. Na ieder reflectiemoment zal de Kamer in een voortgangsrapportage worden geïnformeerd over de resultaten daarvan.

Het eerste reflectiemoment heeft inmiddels plaatsgevonden. In de voorliggende voortgangsrapportage wordt ingegaan op de werving en selectie van de onderzoekers, de externe onderzoeken (bijvoorbeeld naar de vergunningverlening voor de V250 en van de Algemene Rekenkamer), de stand van zaken van de dataverzameling en het resultaat van het eerste reflectiemoment.

Werving en selectie onderzoekers

De werving van zes leden van de onderzoeksstaf is na de instelling van de enquêtecommissie met voortvarendheid opgepakt. Half februari is de wervings- en selectieprocedure voltooid. Drie onderzoekers zijn begin maart begonnen, één onderzoeker op 17 maart en de laatste twee onderzoekers op 1 april. Daarmee is de enquêtecommissie binnen de voorziene planning gebleven, die uitging van indiensttreding binnen één tot drie maanden na afronding van de wervings- en selectieprocedure.

Externe onderzoeken

In het onderzoeksvoorstel is opgenomen dat nog te verschijnen onderzoeksrapporten, bijvoorbeeld het onderzoek naar vergunningverlening voor de V250 in opdracht van de staatsecretaris van Infrastructuur en Milieu (I&M) en het onderzoek naar HSL-Zuid van de Algemene Rekenkamer, bij de enquête kunnen worden betrokken.

Onderzoek vergunningverlening V250

Op 30 januari 2014 heeft de Staatssecretaris van I&M het auditrapport inzake de vergunningverlening voor de Fyra V250-trein aan de Kamer doen toekomen.2 De enquêtecommissie is van oordeel dat het auditrapport weliswaar een goede bouwsteen vormt voor de enquête, maar dat het niet in plaats kan komen van eigen onderzoek.

Onderzoek Algemene Rekenkamer

De Algemene Rekenkamer heeft de Kamer bij brief van 17 januari 2014 geïnformeerd over haar onderzoek naar de Hogesnelheidslijn-Zuid.3 De Algemene Rekenkamer verwacht haar bevindingen medio juni 2014 te kunnen publiceren. De enquêtecommissie hoopt dit nog te verschijnen rapport van de Algemene Rekenkamer als bouwsteen voor haar eigen onderzoek te kunnen gebruiken.

Stand van zaken dataverzameling

De eerste vorderingen van documenten en inlichtingen zijn op 27 december 2013 gedaan. Deze dataverzameling is nog gaande. Tot nog toe is er geen reden de planning hierop aan te passen.

Resultaat eerste reflectiemoment

De enquêtecommissie heeft na een periode van voorbereidingen een aanvang gemaakt met haar onderzoek. Op grond van dit eerste reflectiemoment is er voor de enquêtecommissie vooralsnog geen aanleiding de planning voor de enquête aan te passen.

De voorzitter van de Parlementaire Enquêtecommissie Fyra, Van Toorenburg

De griffier van de Parlementaire Enquêtecommissie Fyra, Nava


X Noot
1

Kamerstuk 33 678, nr. 4.

X Noot
2

Kamerstuk 22 026, nr. 452.

X Noot
3

Kamerstuk 33 678, nr. 5.

Naar boven