33 677 EU-voorstel: Verordening betreffende een raamwerk voor markttoegang voor havendiensten en financiële transparantie van havens COM (2013) 296

Nr. 2 BRIEF VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR EUROPESE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 september 2013

Hierbij meld ik u dat de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu heeft geadviseerd het parlementair behandelvoorbehoud, zoals vastgelegd bij het EU-voorstel: Verordening betreffende een raamwerk voor markttoegang voor havendiensten en financiële transparantie van havens COM (2013) 296 (Kamerstuk 33 677, nr. 1), met de volgende afspraken formeel te beëindigen:

  • 1. De minister van Infrastructuur en Milieu zal de Tweede Kamer op de hoogte houden van de vorderingen van de onderhandelingen in de Raad, in de raadswerkgroep en in Coreper op basis van de volgende punten:

    • uitzonderingen van de vrije verrichting van havendiensten, in het bijzonder vrachtafhandelings- en passagiersdiensten en het loodswezen;

    • de wijze waarop de havenbeheerder het aantal aanbieders van havendiensten mag beperken (artikelen 6 en 7 van de voorgestelde verordening);

    • transparantie van financiële betrekkingen, inclusief staatssteun (artikel 12 en de nog te verschijnen staatssteunrichtsnoeren);

    • de gedelegeerde bevoegdheid aan de Europese Commissie om principes uit te werken voor het vaststellen van de havengelden (artikelen 14.5 en 21);

    • de onafhankelijke toezichthoudende instantie en de beroepsinstantie (artikel 17 en 19);

    • eventuele voorbereidingen om voorwaarden te stellen aan havenarbeid;

    • punten die van invloed zijn op de uitvoerbaarheid van de verordeningen, met name met het oog op de wil en mogelijkheden die lidstaten hebben om tot een goede uitvoering over te gaan;

    • substantiële nieuwe elementen die tijdens de onderhandelingen aan de voorstellen kunnen worden toegevoegd.

  • 2. De Tweede Kamer ontvangt het concept van het gemeenschappelijk standpunt, met een appreciatie van de regering, voordat dit concept wordt behandeld in de Raad, zowel in de eerste als tweede lezing.

  • 3. De minister zal de Tweede Kamer hierover informeren als het verloop van de onderhandelingen daar aanleiding voor geeft. De Tweede Kamer vertrouwt erop dat de minister hierin zorgvuldig zal handelen.

De vastgestelde afspraken zijn in bijgaande conceptbrief aan de regering vastgesteld1.

Namens de vaste commissie voor Europese Zaken verzoek ik u dit advies en de bijgaande conceptbrief ter besluitvorming aan de Tweede Kamer voor te leggen.

De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, Knops


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven