33 546 EU-voorstel: Het vierde spoorpakket COM (2013) 25

Nr. 8 BRIEF VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR EUROPESE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 april 2013

Hierbij meld ik u dat de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu heeft geadviseerd het parlementair behandelvoorbehoud, zoals vastgelegd bij de voorstellen uit het vierde EU-spoorpakket betreffende openstelling van de markt voor het binnenlands passagiersvervoer per spoor (COM (2013) 28) en gemeenschappelijke Europese spoorwegruimte inzake marktopening passagiersvervoer en beheer infrastructuur (COM (2013) 29) (Kamerstuk 33 546, nr. 2), met de volgende afspraken formeel te beëindigen:

  • 1. De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu stuurt de Kamer:

    • een reguliere update van de stand van zaken in de onderhandelingen over het spoorpakket, in ieder geval in elke geannoteerde agenda voor de Transportraad;

    • de concept standpunten van de Raad met betrekking tot het vierde spoorpakket, met een appreciatie van de regering;

    • informatie over bewegingen in de Raad en onderliggende overlegfora die gevolgen hebben voor Nederland en de Nederlandse inzet op belangrijke onderdelen van het spoorpakket, zoals de toegang tot de markt en de aanbestedingsprocedure, inclusief de nationale keuzes die hierin gemaakt kunnen worden, de verhouding en samenwerking tussen infrastructuurbeheerder en vervoerders en de gedelegeerde bevoegdheden aan de Europese Commissie.

  • 2. De staatssecretaris informeert de Kamer tijdig over bovenstaande zaken, dat wil zeggen voordat de onderhandelingen in de Raad en onderliggende overlegfora in een afrondende of beslissende fase zijn.

  • 3. Daarnaast zet de staatssecretaris geen onomkeerbare stappen in de onderhandelingen in Brussel met betrekking tot de toegang tot de markt en andere belangrijke onderdelen van het spoorpakket, totdat de impact assessment van de regering is besproken met de Kamer. Deze impact assessment wordt uiterlijk 21 juni aan de Kamer gezonden, zodat de Kamer deze nog voor het zomerreces met de staatssecretaris kan bespreken.

De vastgestelde afspraken zijn in bijgaande conceptbrief aan de regering vastgelegd1.

Namens de vaste commissie voor Europese Zaken verzoek ik u dit advies en de bijgaande conceptbrief ter besluitvorming aan de Tweede Kamer voor te leggen.

De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, Knops


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven