Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2017-2018 | 33529 nr. 472 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2017-2018 | 33529 nr. 472 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 juni 2018
Op 30 mei 2018 heeft de Nationaal Coördinator Groningen (NCG), de heer Hans Alders bij brief bekend gemaakt dat hij zijn positie beschikbaar stelt. De heer Alders heeft zich als NCG de afgelopen jaren met grote toewijding ingezet voor de Groningers, en voor de samenwerking tussen Rijk en regio in het aanpakken van de gevolgen van de aardbevingsproblematiek.
De heer Alders was daarmee in de afgelopen jaren het gezicht van de versterkingsoperatie. Ik vind het belangrijk om te benadrukken dat het Rijk, tezamen met de provincie Groningen en de betrokken gemeenten, steeds bestuurlijk verantwoordelijk zijn geweest voor dit programma. Dat de implementatie van het versterkingsprogramma moeizamer bleek dan vooraf werd ingeschat – dat er successen, maar zeker ook tegenvallers moesten worden gemeld – is niet terug te voeren op de persoon van de heer Alders, maar valt allereerst onder de verantwoordelijkheid van de betrokken bestuursorganen. De heer Alders heeft zich het vuur uit de sloffen gelopen om ons te brengen waar we staan.
In zijn brief onderstreept de heer Alders dat hij, evenals het kabinet en de bestuurders in de regio, steeds het belang van de veiligheid en het vertrouwen van de Groningers voorop heeft gesteld. In deze brief constateert hij dat er op een specifiek punt verschil van inzicht bestaat: over hoe om te gaan met nieuwe besluiten in de versterkingsoperatie in afwachting van het advies van de Mijnraad, dat op 1 juli wordt opgeleverd. Dit verschil van inzicht en het standpunt van het kabinet in deze heb ik toegelicht mijn brief aan uw Kamer van 24 april 2018 (Kamerstuk 33 529, nr. 466) en nader geduid in mijn brief aan de bestuurders van de provincie Groningen en de gemeenten in het aardbevingsgebied van 22 mei 2018, waarvan ik uw Kamer een afschrift heb gezonden (Kamerstuk 33 529, nr. 468).
Ik heb keer op keer betoogd dat NAM geen rol meer moet hebben in de aansturing of de verwezenlijking van de schadeafhandeling en de versterkingsoperatie. Dit breed gedragen voornemen heeft niet ter discussie gestaan en staat dat ook niet. Het gebruik van een risicobeeld op basis van de Hazard and Risk Analysis (HRA) van NAM staat daar los van. Dit model wordt regulier toegepast in de versterkingsopgave en dient alleen om de bestuurders van informatie te voorzien. Het vormt, conform de huidige Samenwerkingsafspraken tussen het Rijk, de NCG en NAM (Kamerstuk 33 529, nr. 248), mede een basis voor de gebiedsprioritering in de versterkingsoperatie zoals die is neergelegd in het meerjarenprogramma van de NCG. Dit model, dat seismische dreiging koppelt aan de staat van gebouwen, is onafhankelijk gevalideerd door internationaal gerenommeerde experts en wordt ook gebruikt in het winningsplan, dat door SodM wordt beoordeeld. Een volledig publieke inrichting van de versterkingsoperatie wil ik wettelijk verankeren, waarbij NAM haar financiële verantwoordelijkheid behoudt.
De lopende versterkingswerkzaamheden gaan ondertussen gewoon door. Waar bewoners al versterkingsadviezen hebben ontvangen kan de uitvoering daarvan ter hand worden genomen. Bij besluiten over de manier van versterking van woningen die nog niet in de uitvoeringsfase zitten en de verdere voortzetting van de versterkingsoperatie, wil ik het advies van de Mijnraad kunnen betrekken. Ik wil geen onomkeerbare stappen zetten in de versterkingsoperatie vooruitlopend op de inhoud van dit advies. Het argument van de bestuurders in de regio dat de uitkomsten van de lopende inspectie- en engineeringsprocessen gespiegeld kunnen worden aan het advies van de Mijnraad vind ik echter overtuigend.
Ik heb daarom met hen afgesproken dat ook de geplande inspectie- en engineeringswerkzaamheden tenminste tot 1 juli worden voortgezet zoals voorzien, waarna de resulterende versterkingsadviezen worden getoetst aan het advies van de Mijnraad.
Het vertrek van de heer Alders mag onder geen beding leiden tot nieuwe onzekerheid over de lopende versterkingswerkzaamheden. De heer Alders heeft aangegeven voor een goede afronding te zorgen en beschikbaar te zijn voor een zorgvuldige overdracht. Ik vertrouw er dan ook op dat wij voor een goede overdracht kunnen zorgen, waarbij voorop staat dat de uitvoering van de versterking hierdoor geen vertraging op mag lopen. Vanzelfsprekend streef ik ernaar op korte termijn in overleg met de regio te kunnen voorzien in opvolging van de heer Alders, in de eerste plaats in de persoon van een interim- functionaris.
In de toekomst voorzie ik een volwaardige versterkingsoperatie, waarin alle versterking die voor de veiligheid noodzakelijk is op een zo kort mogelijke termijn wordt uitgevoerd. Ook hoe de aansturing en uitvoering hiervan op termijn vorm moeten krijgen, wil ik samen met de regio besluiten.
Tot slot heeft uw Kamer mij gevraagd om toezending van het verslag van het gesprek tussen het Ministerie van EZK, de NCG en NAM (Handelingen II 2017/18, nr. 89, Regeling van Werkzaamheden). Dit overleg heeft plaatsgevonden op 28 mei 2018 in het kader van artikel 7 van de Samenwerkingsafspraken tussen het Rijk, de NCG en NAM (Kamerstuk 33 529, nr. 248). Dit verslag heeft veel verwarring opgeroepen. Ik heb daarover met de regio gesproken. Zoals aangegeven, heb ik mij daarbij door de regiobestuurders laten overtuigen van het belang van de voortzetting van lopende inspectie- en engineeringsprocessen tot 1 juli. Het gevraagde verslag vindt u als bijlage bij deze brief1.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33529-472.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.