33 280 XVI Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2012 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A. Artikelsgewijze toelichting bij het wetsvoorstel

Wetsartikel 1

De begrotingsstaten, die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2012 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

Tevens wordt in onderdeel B een actueel beeld gegeven van de uitgaven onder het Budgettair Kader Zorg (BKZ) en van de financiering van de zorgsector in het jaar 2012.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. I. Schippers

B. Begrotingstoelichting

1. Leeswijzer

De mutaties in deze suppletoire begroting bestaan uit herschikkingen binnen de begrotingsuitgaven of binnen de premie-uitgaven, uit overboekingen van en naar andere begrotingshoofdstukken, uit financieringsverschuivingen tussen premiemiddelen en begrotingsmiddelen en uit middelen die generaal aan de VWS-begroting zijn toegevoegd, dan wel middelen die generaal vrijvallen.

De gepresenteerde cijfers sluiten aan bij de Voorjaarsnota 2012, die de Minister van Financiën aan de Tweede Kamer aanbiedt.

Om de leesbaarheid van de toelichting op de beleidsartikelen te bevorderen zijn de volgende uitgangspunten toegepast:

  • 1. Naast de beleidsmatig relevante mutaties worden de mutaties toegelicht als het hiermee gepaard gaande bedrag voor de programma-uitgaven op doelstellingsniveau hoger is dan 3% van de vastgestelde begroting of groter dan € 3 miljoen. Eveneens kunnen bedragen onder deze norm worden toegelicht als blijkt dat het totaal van de post «overige mutaties» de € 3 miljoen overschrijdt.

  • 2. De apparaatsuitgaven in de beleidsartikelen zijn in relatie tot de beleidsuitgaven gering van omvang. Daarom worden alleen verschillen die groter zijn dan 10% van de vastgestelde begroting toegelicht.

  • 3. Mutaties die afzonderlijk lager zijn dan deze normen en/of die betrekking hebben op interne verrekeningen binnen de administratie van VWS, staan gesaldeerd toegelicht met de algemene tekst «Overige mutaties». Hierdoor kan dat saldo op de post «overige mutaties» uiteindelijk hoger zijn dan de bovengenoemde criteria.

  • 4. Voor wat betreft de verplichtingenmutaties wordt per artikel enkel het saldo weergegeven;

Voor wat betreft de premie-uitgaven en -ontvangsten worden in principe alleen mutaties die groter zijn dan € 10 miljoen toegelicht. In enkele gevallen is om beleidsmatige redenen van deze regel afgeweken en zijn ook kleinere mutaties toegelicht.

In paragraaf 2 wordt het beleid met betrekking tot de begrotingsuitgaven- en ontvangsten besproken.

In paragraaf 3 volgt per artikel een toelichting van de begrotingsmutaties.

Paragraaf 4 bevat het beleid met betrekking tot de premie-uitgaven en de wijzigingen daarvan.

2. Het beleid met betrekking tot de begrotingsuitgaven en -ontvangsten

2.1 Amendementen

Tijdens de behandeling van de VWS-begroting 2012 is één amendement, namelijk TK 33 000 XVI nr. 98 aangenomen. De budgettaire consequenties van dit amendement worden in deze paragraaf toegelicht.

Amendement TK 33 000 nr. 98

De extra bezuiniging van 10% op de Stichting Adoptievoorzieningen van € 73 000 wordt teruggedraaid. Dekking wordt gevonden binnen artikel 45. Daartoe is het verplichtingen- en uitgavenbedrag van artikel 45 verhoogd met € 73 000 en met eenzelfde bedrag verlaagd.

2.2 Wettelijke basis

In deze paragraaf worden de uitgaven vermeld waarvoor deze begrotingswet de wettelijke basis vormt.

Artikel 46 Sport en bewegen

Het Fonds voor de Topsporter verzorgt het uitkeren van een stipendium aan A-topsporters en nationale toptalenten met een inkomen dat lager is dan het minimumloon. Het fonds zorgt bovendien voor het uitkeren van onkostenvergoedingen aan topsporters. Totaal bedrag € 10,1 miljoen.

Artikel 47 Oorlogsgetroffenen en herinnering WO II

In 2012 zal eenmalig een bedrag van € 0,1 miljoen worden verstrekt aan het in Israël gevestigde instituut Yad Vashem voor onderzoek, educatie, documentatie en herdenking ten aanzien van de Holocaust.

2.3 Baten- en lastendiensten

Bij de totstandkoming van het VWS-jaarverslag 2011 is naar voren gekomen dat bij het ACBG, het RIVM en het NVI ultimo 2011 sprake was van een eigen vermogen dat hoger is dan de norm van 5% van de gemiddelde jaaromzet over de laatste drie jaar. Het te hoge eigen vermogen van het Agentschap College Beoordeling Geneesmiddelen en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu zal worden afgeroomd. De bestemming zal bij de voorbereiding van de tweede suppletoire wet worden bepaald, met inachtneming van het dan beschikbare beeld van de exploitatie 2012. De afwikkeling van het eigen vermogen van het Nederlands Vaccin Instituut is gerelateerd aan de verkoop van de productiefaciliteiten van het NVI.

3. Toelichting van de begrotingsmutaties

Beleidsartikel 41 Volksgezondheid

41.1 Algemene doelstelling

Een goede volksgezondheid, waarbij mensen gezond leven en zo min mogelijk bloot staan aan bedreigingen van hun gezondheid.

41.2 Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1 000)
 

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting 2012

Stand 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

Mutaties 2015

Mutaties 2016

 

(1)

(2)

(3) = (1) + (2)

       

Verplichtingen

618 733

13 001

631 734

1 020

1 076

– 3 008

– 3 140

               

Uitgaven

630 570

13 404

643 974

1 186

1 126

– 3 008

– 3 140

               

1. Het voorkomen van gezondheidsschade door onveilig voedsel en onveilige producten

77 530

– 1 323

76 207

– 1 084

– 862

– 714

– 660

2. Er is een doelmatig systeem van publieke gezondheidszorgvoorzieningen dat bijdraagt aan een betere volksgezondheid

153 455

17 114

170 569

4 593

4 464

229

89

3. De vermijdbare ziektelast neemt af door een goede bescherming tegen infectieziekten en preventie van chronische ziekten

343 257

– 5 083

338 174

– 5 520

– 5 718

– 5 922

– 5 955

4. Het bevorderen van ethisch verantwoord handelen in de gezondheidszorg en bij het medisch wetenschappelijk onderzoek

17 536

532

18 068

577

622

779

766

5. Meer mensen kiezen voor een gezonde leefstijl

38 792

2 164

40 956

2 620

2 620

2 620

2 620

               

Ontvangsten

9 710

1 193

10 903

1 193

1 193

1 193

1 193

41.3 Financiële toelichting

Programma-uitgaven

Er zijn vijf operationele doelstellingen op dit beleidsartikel:

  • 1. Het voorkomen van gezondheidsschade door onveilig voedsel en onveilige producten;

  • 2. Er is een doelmatig systeem van publieke gezondheidszorgvoorzieningen dat bijdraagt aan een betere volksgezondheid;

  • 3. De vermijdbare ziektelast neemt af door een goede bescherming tegen infectieziekten en preventie van chronische ziekten;

  • 4. Het bevorderen van ethisch verantwoord handelen in de gezondheidszorg en bij het medisch wetenschappelijk onderzoek;

  • 5. Meer mensen kiezen voor een gezonde leefstijl.

1. Het voorkomen van gezondheidsschade door onveilig voedsel en onveilige producten

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

77 530

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Een herschikking van taken tussen RIVM en RIKILT heeft geleid tot een herschikking van programma's bij het RIVM. Het opdrachtgeversbudget van de NVWA voor programma 9 (geraamd op artikel 41 OD 1) wordt verlaagd, terwijl het budget voor programma 10 (geraamd op artikel 41 OD 2) wordt verhoogd.

– 1 301

2. Overige mutaties

– 22

Stand 1e suppletoire begroting

76 207

2. Er is een doelmatig systeem van publieke gezondheidszorgvoorzieningen dat bijdraagt aan een betere volksgezondheid

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

153 455

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking van artikel 46 OD 1. Betreft opdracht aan ZonMw voor de uitvoering van de sportimpuls 2012.

9 925

2. Overboeking van artikel 42 OD 2. Betreft uitvoering van activiteiten door ZonMw voor de programma's «Goed Gebruik Geneesmiddelen», «Gezond Ouder Worden» en «Forum Biotechnologie en Genetica».

5 390

3. Een herschikking van taken tussen RIVM en RIKILT heeft geleid tot een herschikking van programma's bij het RIVM. Het opdrachtgeversbudget van de NVWA voor programma 9 (geraamd op artikel 41 OD 1) wordt verlaagd, terwijl het budget voor programma 10 (geraamd op artikel 41 OD 2) wordt verhoogd.

1 301

4. Overboeking van artikel 41 OD 3. Betreft de dekking van de bijdrage aan het Ministerie van Veiligheid en Justitie voor de uitvoeringskosten van de NODO-procedure (nader onderzoek doodsoorzaak).

850

5. Overboeking aan het Ministerie van Veiligheid en Justitie voor de uitvoeringskosten van de NODO-procedure.

– 850

6. Overboeking naar artikel 44 OD 4. Betreft toevoeging van een vergoeding voor tol- en vertaaldiensten aan de decentralisatie uitkering Vrouwenopvang.

– 1 100

7. Overige mutaties

1 598

Stand 1e suppletoire begroting

170 569

3. De vermijdbare ziektelast neemt af door een goede bescherming tegen infectieziekten en preventie van chronische ziekten

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

343 257

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking naar artikel 41 OD 5 in verband met inzet van gereserveerde middelen op artikel 41 OD 3 voor activiteiten ter uitvoering van de landelijke nota gezondheidsbeleid «Gezondheid dichtbij» (TK 32 793, nr. 1 en 2). Het betreft activiteiten ter bevordering van een gezonde leefstijl voor de jeugd.

– 1 123

2. Overboeking naar artikel 41 OD 2 en OD 4. Betreft de dekking van de van de bijdrage aan ministerie van Veiligheid en Justitie voor de uitvoeringskosten van de NODO-procedure (nader onderzoek doodsoorzaak) en de meerkosten Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE).

– 1 450

3. Overige mutaties

– 2 510

Stand 1e suppletoire begroting

338 174

4. Het bevorderen van ethisch verantwoord handelen in de gezondheidszorg en bij het medisch wetenschappelijk onderzoek

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

17 536

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking van artikel 41 OD 3. Betreft meerkosten Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE). De afgelopen jaren is het aantal meldingen bij de RTE fors toegenomen. De beoordeling van euthanasiemeldingen is voor VWS een wettelijke taak .

600

2. Invulling taakstelling Rijk, baten-lastendiensten en uitvoerende ZBO’s uit het Regeerakkoord voor wat betreft het CIBG. Aangezien het CIBG als baten-lastendienst niet over een eigen budget beschikt, worden de budgetten bij de opdrachtgevers verlaagd.

– 68

Stand 1e suppletoire begroting

18 068

5. Meer mensen kiezen voor gezonde leefstijl

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

38 792

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking van artikel 46 OD 1. Betreft instellingssubsidie Stichting Consument en Veiligheid van het onderdeel blessurepreventie.

916

2. Overboeking van artikel 41 OD 3 in verband met inzet van gereserveerde middelen voor activiteiten ter uitvoering van de landelijke nota gezondheidsbeleid «Gezondheid dichtbij» (TK 32 793, nr. 1 en 2). Het betreft activiteiten ter bevordering van een gezonde leefstijl voor de jeugd.

1 123

3. Overige mutaties

125

Stand 1e suppletoire begroting

40 956

Ontvangsten

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

9 710

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Herijking ontvangstenraming. Jaarlijks is bij VWS sprake van hogere dan geraamde ontvangsten. Op basis van de ontwikkelingen van de afgelopen jaren zijn de ontvangstenramingen op de beleidsartikelen herijkt.

1 193

Stand 1e suppletoire begroting

10 903

Beleidsartikel 42 Gezondheidszorg

42.1 Algemene doelstelling

Een goed werkend en innoverend zorgstelsel, gericht op een optimale combinatie van kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid voor de burger.

42.2 Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1 000)
 

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting 2012

Stand 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

Mutaties 2015

Mutaties 2016

 

(1)

(2)

(3) = (1) + (2)

       

Verplichtingen

8 139 946

293 069

8 433 015

30 965

– 391 827

– 309 183

43 813

               

Uitgaven

8 163 594

294 294

8 457 888

30 965

– 391 827

– 309 183

43 813

               

1. De positie van de burger in het zorgstelsel wordt versterkt

929

389

1 318

0

0

0

0

2. Zorgaanbieders worden gestimuleerd om het door de burger gewenste zorgaanbod te realiseren

1 431 107

– 18 247

1 412 860

– 8 936

– 16 598

– 6 410

5 012

3. Zorgaanbieders bieden alle burgers een betaalbaar verzekerd pakket voor noodzakelijke zorg aan

6 687 049

289 042

6 976 091

11 771

– 407 929

– 335 933

211

4. de burgers in Caribisch Nederland kunnen gebruik maken van voorzieningen voor zorg en welzijn

44 509

23 110

67 619

28 130

32 700

33 160

38 590

               

Ontvangsten

22 926

22 285

45 211

– 2 215

– 2 215

– 2 215

– 2 215

42.3 Financiële toelichting

Programma-uitgaven

Er zijn vier operationele doelstellingen op dit beleidsartikel:

  • 1. De positie van de burger in het zorgstelsel wordt versterkt;

  • 2. Zorgaanbieders worden gestimuleerd om het door de burger gewenste zorgaanbod te realiseren;

  • 3. Zorgverzekeraar bieden alle burgers een betaalbaar verzekerd pakket van noodzakelijk zorg aan;

  • 4. De burgers in Caribisch Nederland kunnen gebruik maken van voorzieningen voor zorg en welzijn.

1. De positie van de burger in het zorgstelsel wordt versterkt

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

929

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Voor een aantal subsidieverplichtingen was het niet mogelijk om de projecten nog in 2011 af te rekenen en het resterende bedrag uit te betalen.

389

Stand 1e suppletoire begroting

1 318

2. Zorgaanbieders worden gestimuleerd om het door de burger gewenste zorgaanbod te realiseren

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

1 431 107

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Invulling taakstelling Rijk, baten-lastendiensten en uitvoerende ZBO’s uit het Regeerakkoord voor wat betreft het CIBG. Aangezien het CIBG als baten-lastendienst niet over een eigen budget beschikt, worden de budgetten bij de opdrachtgevers verlaagd.

– 330

2. Aanpassing van het kasritme van verschillende projecten die tot en met 2010 uit het FES zijn gefinancierd. Met de ontmanteling van het FES moeten verschuivingen meerjarig binnen de VWS-begroting worden ingepast.

– 4 521

3. Overboeking naar artikel 41 OD 4. Betreft uitvoering van activiteiten door ZonMw voor de programma’s «Goed Gebruik Geneesmiddelen», «Gezond Ouder Worden» en «Forum Biotechnologie en Genetica».

– 5 390

4. Overboeking naar artikel 43 OD 3. Betreft middelen voor palliatieve zorg door integrale kankercentra verleend in de langdurige zorg

– 6 400

5. Overige mutaties

– 1 606

Stand 1e suppletoire begroting

1 412 860

3. Zorgverzekeraar bieden alle burgers een betaalbaar verzekerd pakket van noodzakelijk zorg aan

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

6 687 049

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Bijstelling van de uitgavenraming Zorgtoeslag naar aanleiding van actuele ramingen van het Centraal Economisch Plan (CEP) 2012 van het Centraal Planbureau.

280 020

2. Bijstelling van de geraamde uitvoeringskosten van het CVZ, CJIB, SVB en Stichting Ombudsman in het kader van onverzekerden en wanbetalers.

6 634

3. Overboeking van artikel 43 OD 3 ten behoeve van het beheer van de AWBZ-brede zorgregistratie (AZR) door het CVZ.

2 000

4. Overige mutaties

388

Stand 1e suppletoire begroting

6 976 091

4. De burgers in Caribisch Nederland kunnen gebruik maken van voorzieningen voor zorg en welzijn

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

44 509

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Actualisatie raming zorgkosten Caribisch Nederland leidt tot een opwaartse bijstelling van de raming.

23 630

2. Overboekingen ten behoeve van de integrale aanpak van de sociaal economische problematiek. De bijdragen zijn bedoeld voor Wmo gerelateerde activiteiten zover niet gedekt in andere regelingen en voor verslavingspreventie.

– 520

Stand 1e suppletoire begroting

67 619

Ontvangsten

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

22 926

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Bijstelling van de geraamde opbrengst in het kader van onverzekerden en wanbetalers.

23 000

2. De politieke besluitvorming in de Eerste Kamer omtrent de wetbehandeling van het EPD en het beëindigen van de betrokkenheid van VWS bij het Landelijk Schakelpunt is van invloed geweest op de realisatie van Nictiz ten aanzien van de instellingssubsidie 2011. De instellingssubsidie 2011 is in november 2011 herzien en verlaagd.

1 500

3. Herijking ontvangstenraming. Jaarlijks is bij VWS sprake van hogere dan geraamde ontvangsten. Op basis van de ontwikkelingen van de afgelopen jaren zijn de ontvangstenramingen op de beleidsartikelen herijkt.

– 2 215

Stand 1e suppletoire begroting

45 211

Beleidsartikel 43 Langdurige zorg

43.1 Algemene doelstelling

Zorgen dat voor mensen met een langdurige of chronische aandoening van lichamelijke, verstandelijke of psychische aard zorg van goede kwaliteit beschikbaar is en dat deze zorg tegen voor de samenleving aanvaardbare maatschappelijke kosten wordt geleverd.

43.2 Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1 000)
 

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting 2012

Stand 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

Mutaties 2015

Mutaties 2016

 

(1)

(2)

(3) = (1) + (2)

       

Verplichtingen

6 366 932

– 15 065

6 351 867

– 2 052 336

– 2 150 764

– 2 190 119

– 2 263 749

               

Uitgaven

6 391 860

– 15 037

6 376 823

– 2 052 336

– 2 150 764

– 2 190 119

– 2 263 749

               

1. De positie van de burger in het zorgstelsel wordt versterkt

55 627

– 2 972

52 655

– 820

– 889

– 943

– 960

2. Voor iedere cliënt is de noodzakelijke zorg beschikbaar

120 615

0

120 615

0

0

0

0

3. De zorg is effectief en veilig en wordt door de cliënt positief ervaren (kwalitatief goede zorg)

166 948

– 3 411

163 537

6 056

6 197

6 196

6 183

4. De kosten van de zorg zijn maatschappelijk aanvaardbaar

6 048 670

– 8 654

6 040 016

– 2 057 572

– 2 156 072

– 2 195 372

– 2 268 972

               

Ontvangsten

0

3 358

3 358

3 358

3 358

3 358

3 358

43.3 Financiële toelichting

Programma-uitgaven

Er zijn vier operationele doelstellingen op dit beleidsartikel:

  • 1. De positie van de burger in het zorgstelsel wordt versterkt;

  • 2. Voor iedere cliënt is de noodzakelijke zorg beschikbaar;

  • 3. De zorg is effectief en veilig en wordt door de cliënt positief ervaren (kwalitatief goed zorg);

  • 4. De kosten van de zorg zijn maatschappelijk aanvaardbaar.

1. De positie van de burger in het zorgstelsel wordt versterkt

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

55 627

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Invulling taakstelling Rijk, baten-lastendiensten en uitvoerende ZBO’s uit het Regeerakkoord voor wat betreft het CIBG. Aangezien het CIBG als baten-lastendienst niet over een eigen budget beschikt, worden de budgetten bij de opdrachtgevers verlaagd.

– 85

2. Overboeking naar artikel 43 OD 3. Vanaf 2012 zal de instellingssubsidie aan Per Saldo niet meer door het Fonds PGO (CIBG) worden verstrekt, maar door VWS.

– 887

3. Overboeking naar artikel 98 Apparaatsuitgaven IGZ (OD 3). Het betreft het beschikbaar stellen van de benodigde middelen voor de uitvoering van het jaarplan 2012 voor het project Zichtbare Zorg.

– 2 000

Stand 1e suppletoire begroting

52 655

2. Voor iedere cliënt is de noodzakelijke zorg beschikbaar

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

120 615

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Geen mutaties

0

Stand 1e suppletoire begroting

120 615

3. De zorg is effectief en veilig en wordt door de cliënt positief ervaren (kwalitatief goed zorg)

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

166 948

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking van artikel 42 OD 2 naar artikel 43 OD 3. Betreft middelen voor palliatieve zorg door integrale kankercentra verleend in de langdurige zorg.

6 400

2. Invulling taakstelling Rijk, baten-lastendiensten en uitvoerende ZBO’s uit het Regeerakkoord voor wat betreft het CIBG. Aangezien het CIBG als baten-lastendienst niet over een eigen budget beschikt, worden de budgetten bij de opdrachtgevers verlaagd.

– 62

3. Overboeking naar artikel 97 OD 2. Betreft toevoeging aan de verzameluitkering van subsidie aan Frieslab (gemeente Leeuwarden).

– 192

4. Overboeking naar artikel 42 OD 3 ten behoeve van het beheer van de AWBZ-brede zorgregistratie (AZR) door het CVZ.

– 2 000

5. Een deel van de invoeringskosten van de maatregelen uit het Regeerakkoord worden gedekt binnen het BKZ. Deze middelen vallen daardoor vrij en worden ingezet voor knelpunten op de VWS-begroting.

– 8 000

6. Overige mutaties

443

Stand 1e suppletoire begroting

163 537

4. De kosten van de zorg zijn maatschappelijk aanvaardbaar

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

6 048 670

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. In het kader van het inkomensafhankelijk maken van de Wtcg worden uitvoeringskosten gemaakt.

3 272

2. Overboeking van artikel 43 OD 1. Vanaf 2012 zal de instellingssubsidie aan Per Saldo niet meer door het Fonds PGO (CIBG) worden verstrekt, maar door VWS.

887

3. Bijstelling in de kosten van kortingen (BIKK) naar aanleiding van de actuele ramingen van het Centraal Economisch Plan (CEP) 2012 van het Centraal Planbureau.

– 13 300

4. Overige mutaties

487

Stand 1e suppletoire begroting

6 040 016

Ontvangsten

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

0

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Herijking ontvangstenraming. Jaarlijks is bij VWS sprake van hogere dan geraamde ontvangsten. Op basis van de ontwikkelingen van de afgelopen jaren zijn de ontvangstenramingen op de beleidsartikelen herijkt.

3 358

Stand 1e suppletoire begroting

3 358

Beleidsartikel 44 Maatschappelijke ondersteuning

44.1 Algemene doelstelling

Alle burgers participeren in de samenleving.

44.2 Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1 000)
 

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting 2012

Stand 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

Mutaties 2015

Mutaties 2016

 

(1)

(2)

(3) = (1) + (2)

       

Verplichtingen

209 355

– 922

208 433

20

20

– 100

– 100

               

Uitgaven

212 152

– 922

211 230

20

20

– 100

– 100

               

1. Burgers worden gestimuleerd actief te participeren in maatschappelijke verbanden

40 783

50

40 833

– 80

– 80

– 200

– 200

2. Burgers bieden anderen vrijwillige ondersteuning en kunnen gebruik maken van (organisaties van) vrijwillige ondersteuning

85 492

– 477

85 015

0

0

0

0

3. Burgers met beperkingen kunnen gebruik maken van (algemene) voorzieningen en professionele ondersteuning

59 736

– 550

59 186

0

0

0

0

4. Burgers met (psycho) sociale problemen kunnen gebruik maken van tijdelijke ondersteuning

26 141

55

26 196

100

100

100

100

               

Ontvangsten

0

1 883

1 883

1 883

1 883

1 883

1 883

44.3 Financiële toelichting

Programma-uitgaven

Er zijn vier operationele doelstellingen op dit beleidsartikel:

  • 1. Burgers worden gestimuleerd actief te participeren in maatschappelijke verbanden;

  • 2. Burgers bieden anderen vrijwillige ondersteuning en kunnen gebruik maken van (organisaties van) vrijwillige ondersteuning;

  • 3. Burgers met beperkingen kunnen gebruik maken van (algemene) voorzieningen en professionele ondersteuning;

  • 4. Burgers met (psycho)sociale problemen kunnen gebruik maken van tijdelijke ondersteuning.

1. Burgers worden gestimuleerd actief te participeren in maatschappelijke verbanden

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

40 783

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overige mutaties

50

Stand 1e suppletoire begroting

40 833

2. Burgers bieden anderen vrijwillige ondersteuning en kunnen gebruik maken van (organisaties van) vrijwillige ondersteuning

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

85 492

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overige mutaties

– 477

Stand 1e suppletoire begroting

85 015

3. Burgers met beperkingen kunnen gebruik maken van (algemene) voorzieningen en professionele ondersteuning

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

59 736

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overige mutaties

– 550

Stand 1e suppletoire begroting

59 186

4. Burgers met (psycho)sociale problemen kunnen gebruik maken van tijdelijke ondersteuning

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

26 141

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking van artikel 41 OD 4. Betreft toevoeging van een vergoeding voor tolk- en vertaaldiensten aan de decentralisatie uitkering Vrouwenopvang.

1 100

2. Overboeking naar het Gemeentefonds. Betreft toevoeging van een vergoeding voor tolk- en vertaaldiensten aan de decentralisatie uitkering Vrouwenopvang.

– 1 100

3. Overige mutaties

55

Stand 1e suppletoire begroting

26 196

Ontvangsten

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

0

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Herijking ontvangstenraming. Jaarlijks is bij VWS sprake van hogere dan geraamde ontvangsten. Op basis van de ontwikkelingen van de afgelopen jaren zijn de ontvangstenramingen op de beleidsartikelen herijkt.

1 883

Stand 1e suppletoire begroting

1 883

Beleidsartikel 45 Jeugdzorg

45.1 Algemene doelstelling

Kinderen in Nederland groeien gezond en veilig op en ontwikkelen zich tot zelfstandige en maatschappelijk betrokken burgers.

45.2 Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1 000)
 

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting 2012

Stand 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

Mutaties 2015

Mutaties 2016

 

(1)

(2)

(3) = (1) + (2)

       

Verplichtingen

1 482 355

– 5 266

1 477 089

8 967

4 447

4 553

4 548

               

Uitgaven

1 488 585

– 3 936

1 484 649

8 967

4 447

4 553

4 548

               

1. Kinderen en hun ouders/verzorgers zijn positief betrokken bij hun leefomgeving en krijgen zo nodig laagdrempelige ondersteuning bij het opvoeden en opgroeien aansluitend op hun eigen kracht

41 559

– 424

41 135

– 621

– 721

– 700

– 700

2. Kinderen met ernstige opgroeiproblemen en ouders/verzorgers met opvoedproblemen krijgen op tijd de noodzakelijke en passende zorg

1 447 026

– 3 512

1 443 514

9 588

5 168

5 253

5 248

               

Ontvangsten

1 630

18 325

19 955

7 585

3 085

3 085

3 085

45.3 Financiële toelichting

Programma-uitgaven

Er zijn twee operationele doelstellingen op dit beleidsartikel:

  • 1. Kinderen en hun ouders/verzorgers zijn positief betrokken bij hun leefomgeving en krijgen zo nodig laagdrempelige ondersteuning bij het opvoeden en opgroeien aansluitend op hun eigen kracht;

  • 2. Kinderen met ernstige opgroeiproblemen en ouders/verzorgers met opvoedproblemen krijgen op tijd de noodzakelijke en passende zorg.

1. Kinderen en hun ouders/verzorgers zijn positief betrokken bij hun leefomgeving en krijgen zo nodig laagdrempelige ondersteuning bij het opvoeden en opgroeien aansluitend op hun eigen kracht

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

41 559

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking naar artikel 97 OD 3. Betreft toevoeging aan de verzameluitkering van de bijdrage aan de drie grootstedelijke regio’s in verband met de invoeringkosten decentralisatie jeugdzorg.

– 300

2. Overige mutaties

– 124

Stand 1e suppletoire begroting

41 135

2. Kinderen met ernstige opgroeiproblemen en ouders/verzorgers met opvoedproblemen krijgen op tijd de noodzakelijke en passende zorg.

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

1 447 026

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Desaldering ontvangsten betreffende vergoeding overname jeugdzorgplus- instelling Avenier van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, Dienst Justitiële Inrichtingen.

10 000

2. Betreft de indexatie 2011 en 2012 van de pleegvergoeding.

4 200

3. Desaldering ontvangsten ouderbijdrage ter dekking van het besparingsverlies bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW).

4 540

4. Overboeking naar het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Betreft dekking besparingsverlies 4e kwartaal 2011 kindregelingen door vertraging inwerkingtreding wetsvoorstel «Verbetering financiële positie pleegouders».

– 4 540

5. Invulling taakstelling Rijk, baten-lastendiensten en uitvoerende ZBO’s uit het Regeerakkoord voor wat betreft het CIBG. Aangezien het CIBG als baten-lastendienst niet over een eigen budget beschikt, worden de budgetten bij de opdrachtgevers verlaagd.

– 25

6. Overboeking naar het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Betreft dekking besparingsverlies 1e en 2e kwartaal 2012 kindregelingen door vertraging inwerkingtreding wetsvoorstel «Verbetering financiële positie pleegouder»

– 9 090

7. Overboeking naar het Gemeentefonds in verband met de invoeringkosten decentralisatie jeugdzorg.

– 10 500

8. Overige mutaties

1 903

Stand 1e suppletoire begroting

1 443 514

Ontvangsten

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

1 630

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Desaldering ontvangsten betreffende vergoeding overname jeugdzorgplus- instelling Avenier van het ministerie van Veiligheid en Justitie, Dienst Justitiële Inrichtingen.

10 000

2. Desaldering ontvangsten ouderbijdrage ter dekking van het besparingsverlies bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW).

4 540

3. Herijking ontvangstenraming. Jaarlijks is bij VWS sprake van hogere dan geraamde ontvangsten. Op basis van de ontwikkelingen van de afgelopen jaren zijn de ontvangstenramingen op de beleidsartikelen herijkt.

3 085

4. Overige mutaties

700

Stand 1e suppletoire begroting

19 955

Beleidsartikel 46 Sport

46.1 Algemene doelstelling

Een sportieve samenleving waarin zowel veel aan sport wordt gedaan als van sport wordt genoten.

46.2 Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1 000)
 

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting 2012

Stand 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

Mutaties 2015

Mutaties 2016

 

(1)

(2)

(3) = (1) + (2)

       

Verplichtingen

104 122

– 49 398

54 724

– 7 933

– 8 056

– 6 950

– 6 800

               

Uitgaven

128 976

– 36 998

91 978

– 733

– 1 156

0

0

               

1. Voor iedere burger die dat wil is een passend sport- en beweegaanbod in de buurt aanwezig, dat bovendien veilig en toegankelijk is

80 727

– 36 383

44 344

– 733

– 1 156

0

0

2. Ondersteunen van de ambitie van de georganiseerde sport om als Nederland bij de beste 10 sportlanden van de wereld te behoren

36 896

– 565

36 331

0

0

0

0

3. Voorbereiden van een gefundeerd besluit over de kandidaatsstelling voor de organisatie van de Olympische en Paralympische Spelen 2028 in Nederland

11 353

– 50

11 303

0

0

0

0

               

Ontvangsten

870

870

1 740

870

870

870

870

46.3 Financiële toelichting

Programma-uitgaven

Er zijn drie operationele doelstellingen op dit beleidsartikel:

  • 1. Voor iedere burger die dat wil is een passend sport- en beweegaanbod in de buurt aanwezig, dat bovendien veilig en toegankelijk is;

  • 2. Ondersteunen van de ambitie van de georganiseerde sport om als Nederland bij de beste 10 sportlanden van de wereld te behoren;

  • 3. Voorbereiden van een gefundeerd besluit over de kandidaatsstelling voor de organisatie van de Olympische en Paralympische Spelen 2028 in Nederland.

1. Voor iedere burger die dat wil is een passend sport- en beweegaanbod in de buurt aanwezig, dat bovendien veilig en toegankelijk is

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

80 727

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking van artikel 46 OD 1 naar artikel 41 OD 5. Betreft instellingssubsidie Stichting Consument en Veiligheid van het onderdeel blessurepreventie.

– 916

2. Overboeking naar artikel 41 OD 2. Betreft opdracht aan ZonMw voor de uitvoering van de sportimpuls 2012.

– 9 925

3. Overboeking naar het Gemeentefonds in het kader van de Impuls Brede scholen, sport en cultuur. Dit betreft de bijdragen voor 2012 aan de gemeenten uit de eerste vier tranches van deze Impuls.

– 25 655

4. Overige mutaties

113

Stand 1e suppletoire begroting

44 344

2. Ondersteunen van de ambitie van de georganiseerde sport om als Nederland bij de beste 10 sportlanden van de wereld te behoren

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

36 896

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking naar artikel 98 OD 3. Betreft toevoeging aan de verzameluitkering van de bijdrage aan de Gemeente Eindhoven in verband met het Centrum voor Topsport en Onderwijs (CTO).

– 715

2. Overige mutaties

150

Stand 1e suppletoire begroting

36 331

3. Voorbereiden van een gefundeerd besluit over de kandidaatsstelling voor de organisatie van de Olympische en Paralympische Spelen 2028 in Nederland

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

11 353

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overige mutaties

– 50

Stand 1e suppletoire begroting

11 303

Ontvangsten

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

870

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Herijking ontvangstenraming. Jaarlijks is bij VWS sprake van hogere dan geraamde ontvangsten. Op basis van de ontwikkelingen van de afgelopen jaren zijn de ontvangstenramingen op de beleidsartikelen herijkt.

870

Stand 1e suppletoire begroting

1 740

Beleidsartikel 47 Oorlogsgetroffenen en herinnering Wereldoorlog II

47.1 Algemene doelstelling

De erfenis van WO II is afgewikkeld en mensen beseffen, mede op basis van de gebeurtenissen uit WO II, wat het betekent om in vrijheid te kunnen leven.

47.2 Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1 000)
 

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting 2012

Stand 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

Mutaties 2015

Mutaties 2016

 

(1)

(2)

(3) = (1) + (2)

       

Verplichtingen

342 171

6 197

348 368

6 300

5 900

5 500

5 100

               

Uitgaven

342 776

6 897

349 673

6 300

5 900

5 500

5 100

               

1. Een kwalitatief goed en doelmatig stelsel van materiële en immateriële hulpverlening in een situatie van afbouw

333 781

6 700

340 481

6 300

5 900

5 500

5 100

2. De herinnering aan WOII blijft levend en veel mensen – waaronder jeugdigen – zijn zich van bewust van de betekenis van WOII, mede in relatie tot grondrechten, democratie, (internationale)rechtstaat en vrijheid

8 995

197

9 192

0

0

0

0

               

Ontvangsten

0

901

901

901

901

901

901

47.3 Financiële toelichting

Programma-uitgaven

Er zijn twee operationele doelstellingen op dit beleidsartikel:

  • 1. Een kwalitatief goed en doelmatig stelsel van materiële en immateriële hulpverlening in een situatie van afbouw;

  • 2. De herinnering aan WOII blijft levend en veel mensen – waaronder jeugdigen – zijn zich van bewust van de betekenis van WOII, mede in relatie tot grondrechten, democratie, (internationale)rechtstaat en vrijheid.

1. Een kwalitatief goed en doelmatig stelsel van materiele en immateriële hulpverlening aan oorlogsgetroffenen WO II in een situatie van afbouw

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

333 871

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Betreft de indexatie 2011 en 2012 van de uitkeringen voor de verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen.

6 700

Stand 1e suppletoire begroting

340 481

2. De herinnering aan WO II blijft levend en veel mensen – waaronder specifieke subgroepen zoals bijvoorbeeld jeugdigen – zijn zich bewust van de betekenis van WO II

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

8 995

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overige mutaties

197

Stand 1e suppletoire begroting

9 192

Ontvangsten

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

0

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Herijking ontvangstenraming. Jaarlijks is bij VWS sprake van hogere dan geraamde ontvangsten. Op basis van de ontwikkelingen van de afgelopen jaren zijn de ontvangstenramingen op de beleidsartikelen herijkt.

826

2. Overige mutaties

75

Stand 1e suppletoire begroting

901

Niet-beleidsartikel 97 Algemeen

97.1 Algemene doelstelling

In dit niet-beleidsartikel worden de uitgaven beschreven die niet specifiek aan een van de beleidsdoelstellingen uit de voorgaande beleidsartikelen zijn toe te rekenen. Het gaat hierbij om ministeriebrede programma- en apparaatsuitgaven.

97.2 Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1 000)
 

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting 2012

Stand 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

Mutaties 2015

Mutaties 2016

 

(1)

(2)

(3) = (1) + (2)

       

Verplichtingen

27 122

22 774

49 896

230

38

0

0

               

Uitgaven

33 122

22 774

55 896

230

38

0

0

               

1. Internationale samenwerking

7 769

0

7 769

0

0

0

0

2. Verzameluitkering VWS

308

1 207

1 515

230

38

0

0

3. Strategisch onderzoek RIVM en NVI

25 045

21 567

46 612

0

0

0

0

               

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

97.3 Financiële toelichting

Programma-uitgaven

Er zijn drie operationele doelstellingen op dit niet-beleidsartikel:

  • 1. Internationale samenwerking bevorderen;

  • 2. Verzameluitkering VWS;

  • 3. Strategisch onderzoek RIVM en NVI.

1. Internationale samenwerking bevorderen

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

7 769

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Geen mutaties

0

Stand 1e suppletoire begroting

7 769

2. Verzameluitkering VWS

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

308

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking van artikel 46 OD 2. Betreft toevoeging aan de verzameluitkering van de bijdrage aan de Gemeente Eindhoven in verband voor het Centrum voor Topsport en Onderwijs (CTO).

715

2.Overboeking van artikel 45 OD 1. Betreft toevoeging aan de verzameluitkering van de bijdrage voor de drie grootstedelijke regio's in verband met de invoeringkosten decentralisatie jeugdzorg.

300

3. Overboeking van artikel 43 OD 3 naar artikel 97 OD 2. Betreft toevoeging aan de verzameluitkering van de subsidie aan Frieslab (gemeente Leeuwarden).

192

Stand 1e suppletoire begroting

1 515

3. Strategisch onderzoek RIVM en NVI

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

25 045

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Afgelopen najaar zijn naar aanleiding van de gewijzigde inkoopprijzen voor vaccins de tarieven van het Rijksvaccinatieprogramma herijkt. VWS heeft ervan afgezien om in de tarieven ook het bezettingsresultaat van de vaccinproductie bij het NVI te verwerken. De productie staat weliswaar ten dienste van het Rijksvaccinatieprogramma, maar het is de verwachting dat de productie dit jaar verkocht wordt. Om deze reden wordt eenmalig via een ijklijnmutatie het bezettingsresultaat gedekt in plaats van de tarieven hiervoor structureel op te hogen.

8 000

2. Om de operationele gereedheid van de productiefaciliteiten van het NVI op een toereikend niveau te houden, zijn vervangingsinvesteringen noodzakelijk. Vorig jaar zijn deze investeringen al aangegaan, maar het kasbeslag treedt pas in 2012 op. Vandaar dat een beroep op eindejaarsmarge gedaan wordt.

6 392

3. Eind vorig jaar zijn middelen gereserveerd voor de afbouw van het Sproncklab. In verband met de bevoorschottingsregels zijn deze middelen niet tot besteding gekomen. Via de eindejaarsmarge wordt dit naar 2012 overgeheveld.

3 765

4. In 2011 was het voornemen om in samenspraak met de Rijksgebouwendienst de huurcontracten van het RIVM af te kopen. Vanwege de bevoorschottingsregels is het niet gelukt om dit op rechtmatige wijze vorm te geven. De afkoop loopt daarom over in 2012.

3 500

5. Overige mutaties

– 90

Stand 1e suppletoire begroting

46 612

Ontvangsten

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

0

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Geen mutaties

0

Stand 1e suppletoire begroting

0

Niet-beleidsartikel 98 Apparaatsuitgaven

98.1 Algemene doelstelling

In dit niet-beleidsartikel worden de apparaatsuitgaven van het moederdepartement begroot.

98.2 Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1 000)
 

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting 2012

Stand 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

Mutaties 2015

Mutaties 2016

 

(1)

(2)

(3) = (1) + (2)

       

Verplichtingen

227 923

14 464

242 387

– 376

– 988

– 1 347

– 1 706

               

Apparaatsuitgaven

228 503

14 436

242 939

– 376

– 988

– 1 347

– 1 706

               

Apparaatsuitgaven kerndepartement

153 832

7 139

160 971

– 309

– 891

– 1 226

– 1 578

1. Personeel kerndepartement

93 848

13 729

107 577

– 61

– 3 861

– 3 861

– 4 028

2. Materieel kerndepartement

59 984

– 6 590

53 394

– 248

2 970

2 635

2 450

               

3. Apparaatsuitgaven inspecties

62 591

3 938

66 529

– 67

– 97

– 121

– 128

Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ)

56 637

3 956

60 593

– 67

– 97

– 121

– 128

Inspectie Jeugdzorg (IJZ)

5 954

– 18

5 936

0

0

0

0

               

4. Apparaatsuitgaven SCP en raden

12 080

3 359

15 439

0

0

0

0

Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO)

5 950

3 397

9 347

0

0

0

0

Gezondheidsraad (GR)

3 260

0

3 260

0

0

0

0

Raad voor Volksgezondheid en Zorg (RVZ)

2 870

– 38

2 832

0

0

0

0

               

Ontvangsten

5 703

1 608

7 311

– 362

– 362

– 362

– 362

98.3 Financiële toelichting

1. Apparaatsuitgaven kerndepartement personeel

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

93 848

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking van artikel 98 OD 2 (materieel kern). Betreft herschikking tussen personele en materiële uitgaven kerndepartement. Inzet van personeel ten behoeve van de uitvoering van de informatiseringsagenda voor de interne bedrijfsvoering van VWS was bij ontwerpbegroting 2012 binnen het materieel budget geraamd.

10 012

2. Het betreft uitgaven die in 2011 ten behoeve van sociaal flankerend beleid in het kader van de compacte rijksdienst zijn gedaan, maar nog niet tot betaling zijn gekomen.

2 534

3. Overboeking naar artikel 98 OD 2 (materieel kern). Betreft herschikking tussen materiële en personele uitgaven kerndepartement als gevolg van inbesteding van PIOFACH dienstverlening. Middelen die tot nog toe voor inzet van eigen personeel beschikbaar waren, worden ingezet voor (materiële) uitgaven aan shared service organisaties.

– 2 870

4. Overige mutaties

4 053

Stand 1e suppletoire begroting

107 577

2. Apparaatsuitgaven kerndepartement materieel

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

59 984

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking naar artikel 98 OD 1 (personeel kern). Betreft herschikking tussen personele en materiële uitgaven kerndepartement. Inzet van personeel ten behoeve van de uitvoering van de informatiseringsagenda voor de interne bedrijfsvoering van VWS was bij ontwerpbegroting 2012 binnen het materieel budget geraamd.

– 10 012

2. Overboeking van artikel 98 OD 1 (personeel kern). Betreft herschikking tussen materiële en personele uitgaven kerndepartement als gevolg van inbesteding van PIOFACH dienstverlening. Middelen die tot nog toe voor inzet van eigen personeel beschikbaar waren, worden ingezet voor (materiële) uitgaven aan shared service organisaties.

2 870

3. Overige mutaties

552

Stand 1e suppletoire begroting

53 394

3. Apparaatsuitgaven inspecties

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

62 591

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking van artikel 43 OD 1 naar artikel 98 Apparaatsuitgaven IGZ (OD 3). Het betreft het beschikbaar stellen van de benodigde middelen voor de uitvoering van het jaarplan 2012 van het project Zichtbare Zorg.

2 000

2. Op het terrein van medische hulpmiddelen, opiaten en geregistreerde geneesmiddelen voert het CIBG werkzaamheden uit. Deze werkzaamheden zijn enkele jaren geleden door de IGZ overgedragen aan het CIBG. Voor deze werkzaamheden wordt door het CIBG aan derden een vergoeding tegen een vastgesteld tarief in rekening gebracht. Dit tarief is niet kostendekkend.

1 337

2. Invulling taakstelling Rijk, baten-lastendiensten en uitvoerende ZBO’s uit het Regeerakkoord voor wat betreft het CIBG. Aangezien het CIBG als baten-lastendienst niet over een eigen budget beschikt, worden de budgetten bij de opdrachtgevers verlaagd.

– 37

3. Overige mutaties.

638

Stand 1e suppletoire begroting

66 529

4. Apparaatsuitgaven SCP en raden

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

12 080

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Desaldering ontvangst Sociaal en Cultureel Planbureau voor het verrichten van externe opdrachten ten behoeve van de kosten van inhuur van personeel.

2 000

2. Betreft aanvulling P&M budget Sociaal en Cultureel Planbureau vanwege hogere onderzoekskosten en lagere opbrengsten uit onderzoek.

1 330

3. Overige mutaties.

29

Stand 1e suppletoire begroting

15 439

Ontvangsten

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

5 703

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Desaldering ontvangst Sociaal en Cultureel Planbureau voor het verrichten van externe opdrachten ten behoeve van de kosten van inhuur van personeel.

2 000

2. Bij het doorvertalen van de P&M-taakstelling is abusievelijk geen correctie doorgevoerd voor de ontvangstenraming van de Gezondheidsraad. Met deze mutatie wordt dat hersteld.

– 317

3. Betreft het actualiseren van de ontvangstenraming van het RVZ.

– 75

Stand 1e suppletoire begroting

7 311

Niet-beleidsartikel 99 Nominaal en Onvoorzien

99.1 Algemene doelstelling

Dit artikel heeft een technisch- administratief karakter. Vanuit dit artikel vinden overboekingen van loon en prijsbijstellingen naar loon- en prijsgevoelige artikelen binnen de begroting plaats. Ook worden er taakstellingen of extra middelen op dit artikel geplaatst die nog niet aan beleidsartikelen zijn toebedeeld.

99.2 Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1 000)
 

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting 2012

Stand 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

Mutaties 2015

Mutaties 2016

 

(1)

(2)

(3) = (1) + (2)

       

Verplichtingen

– 44 332

53 292

8 960

27 954

40 171

37 085

27 667

               

Uitgaven

– 55 162

53 292

– 1 870

27 954

40 171

37 085

27 667

               

1. Loonbijstelling

– 414

39 213

38 799

39 848

40 247

40 686

40 840

2. Prijsbijstelling

– 10 987

10 987

0

8 364

8 326

8 335

8 167

3. Onvoorzien

0

0

0

0

0

0

0

4. Taakstelling

– 43 761

3 092

– 40 669

– 20 258

– 8 402

– 11 936

– 21 340

               

Ontvangsten

5 000

0

5 000

0

0

0

0

99.3 Financiële toelichting

Programma-uitgaven

Er zijn vier operationele doelstellingen op dit niet-beleidsartikel:

  • 1. Loonbijstelling;

  • 2. Prijsbijstelling;

  • 3. Onvoorzien;

  • 4. Taakstelling.

1. Loonbijstelling

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

– 414

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. In 2011 is structureel een hoger bedrag voor loonbijstelling aan de artikelen toegevoegd dan rijksbreed beschikbaar is gesteld.

414

2. Loonbijstelling Tranche 2012, Kader Rijksbegroting

29 022

3. Loonbijstelling Tranche 2012, Kader Zorg

9 673

4. Loonbijstelling Tranche 2012, Kader Niet behorend tot enige ijklijn.

104

Stand 1e suppletoire begroting

38 799

2. Prijsbijstelling

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

– 10 987

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Prijsbijstelling tranche 2012, kader Rijksbegroting. Het tekort bij de prijsbijstelling is het gevolg van een correctie van Financiën nadat de prijsbijstelling tranche 2011 al was ingezet voor de invulling van de subsidietaakstellingen uit Regeerakkoord en BVM 2011.

7 714

2. Prijsbijstelling tranche 2012, kader Zorg. Het tekort in 2012 is grotendeels het gevolg van een hogere raming van de prijsbijstelling ten tijde van de voorbereiding van de ontwerpbegroting 2012 dan feitelijk beschikbaar is gekomen.

3 273

Stand 1e suppletoire begroting

0

3. Onvoorzien

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

0

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Geen mutaties.

0

Stand 1e suppletoire begroting

0

4. Taakstelling

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

– 43 761

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. De mutatie vloeit voort uit het arbitrageoordeel ten aanzien van het compenseren van het Ministerie van OCW voor de OVA uitkering aan de academische ziekenhuizen. Het betreft de OVA 2010 en 2011. In deze jaren is geen loonbijstelling uitgekeerd en de begrotinggefinancierde zorguitgaven waren hier niet van uitgezonderd.

12 527

2. Overboeking naar het Ministerie van OCW in verband met compensatie OVA academische ziekenhuizen (zie ook mutatie 1).

– 12 527

3. Dit betreft taakstellende onderuitputting die VWS in de loop van het begrotingsjaar invult.

3 420

4. Invulling taakstelling Rijk, baten-lastendiensten en uitvoerende ZBO’s uit het Regeerakkoord voor wat betreft het CIBG. Aangezien het CIBG als baten-lastendienst niet over een eigen budget beschikt, worden de budgetten bij de opdrachtgevers verlaagd.

607

5. Overige mutaties

– 935

Stand 1e suppletoire begroting

– 40 669

Ontvangsten

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

(bedragen x € 1 000)

5 000

Mutaties 1e suppletoire begroting:

 

1. Geen mutaties.

0

Stand 1e suppletoire begroting

5 000

4. HET BELEID MET BETREKKING TOT DE ZORGUITGAVEN

Deze paragraaf geeft een actueel beeld van de uitgaven onder het Budgettair Kader Zorg (BKZ). Naast de doorwerking van de voorlopige zorguitgaven 2011 (zoals gepresenteerd in het Jaarverslag 2011, dat op de derde woensdag in mei is verschenen), geeft deze paragraaf de mutaties weer die voortkomen uit in gang gezet beleid en onvermijdelijke knelpunten die voor 2012 worden voorzien.

De netto BKZ-uitgaven nemen ten opzichte van ontwerpbegroting toe met € 718 miljoen. Dit is het saldo van de mutaties in de bruto BKZ-uitgaven en in de BKZ ontvangsten. Ten opzichte van de ontwerpbegroting nemen de bruto BKZ-uitgaven toe met € 678 miljoen en de BKZ-ontvangsten af met € 40 miljoen.

Paragraaf 4.1 geeft een nadere specificatie van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten mutaties. Het BKZ is als gevolg van de ontwikkeling van de prijs nationale bestedingen (pNB) en ijklijnmutaties ten opzichte van de Startnota met € 12 miljoen verhoogd. De netto BKZ-uitgaven komen volgens de huidige stand € 1 185 miljoen boven het BKZ uit. Paragraaf 4.2 geeft een nadere toelichting van de ontwikkeling van het BKZ en de vergelijking met de netto BKZ-uitgaven.

4.1 Ontwikkelingen van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten 2012

Tabel 1 geeft een overzicht van de mutaties in de BKZ-uitgaven en -ontvangsten. De belangrijkste mutaties worden vervolgens kort toegelicht. Voor een uitgebreidere toelichting van de BKZ-mutaties op de VWS-artikelen wordt verwezen naar de verdiepingsbijlage in paragraaf 4.4.

Tabel 1 Mutaties in de bruto- en netto-BKZ-uitgaven 2012 (bedragen x € 1 000 000)
 

2012

Bruto BKZ-uitgaven stand ontwerpbegroting 2012

67 187,4

   

Mee- en tegenvallers

732,0

Actualisering zorguitgaven

655,0

1. Eerstelijnszorg

139,8

2. Medisch specialistische zorg

336,3

3. Ziekenvervoer

17,0

4. Genees- en hulpmiddelen

– 244,2

5. Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg

115,0

6. Grensoverschrijdende zorg

– 14,0

7. Multidisciplinaire zorgverlening

4,6

8. Zorg in natura door AWBZ-instellingen

260,5

9. Bovenbudgettaire vergoedingen

40,0

   

Besparingsverliezen

77,0

10. Werelddekking

30,0

11. Rechtmatigheid conform Zvw

47,0

   

Maatregelen en intensiveringen

– 201,7

12. Aanpassing tariefskorting huisartsen

34,3

13. Instellingen voor medisch specialistische zorg

– 333,0

14. Zorg Caribisch Nederland

23,6

15. Overige

73,4

   

Technische en macro-economische mutaties

147,4

16. Macro loon- en prijsbijstelling (CEP tranche 2012)

156,9

17. IJklijnmutaties

– 9,5

   

Totaal mutatie bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

677,6

   

Bruto BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012

67 865,0

   

BKZ-ontvangsten stand ontwerpbegroting 2012

3 641,4

Mee- en tegenvallers

– 40,0

Actualisering zorguitgaven

– 40,0

18. Eigen betalingen AWBZ

– 40,0

   

Totaal mutatie bruto-BKZ-ontvangsten stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

– 40,0

   

BKZ-ontvangsten stand 1e suppletoire begroting 2012

3 601,4

   

Netto BKZ-uitgaven stand ontwerpbegroting 2012

63 545,9

Netto BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2011

64 263,5

   

Mutatie netto BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

717,6

Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal

Mee- en tegenvallers

1 t/m 9. Actualisering zorguitgaven 2012

Op basis van de gegevens van de NZa en het CVZ zijn de zorguitgaven 2011 geactualiseerd, dit betreft echter nog een voorlopig beeld. Uit de huidige actualisering volgt per saldo een structurele tegenvaller van € 655 miljoen. De geactualiseerde zorguitgaven zijn verder toegelicht in de verdiepingsbijlage in paragraaf 4.4.

Besparingsverliezen

10. Werelddekking

Er is sprake van een besparingsverlies in 2012. Het ingezette traject van het aanpassen van de verdragen verloopt moeizaam. Verwacht wordt dat deze aanpassingen niet eerder dan 1 januari 2014 doorgevoerd zijn.

11. Rechtmatigheid conform Zvw

De besparing als gevolg van de RA-maatregel «vergoeding rechtmatigheid conform Zvw» wordt in 2012 nog niet gerealiseerd. Er is een traject in gang gezet in samenwerking met verzekeraars en zorgaanbieders waarin de maatregel nader wordt uitgewerkt zodat implementatie in 2013 in de rede ligt.

Maatregelen en intensiveringen

12. Aanpassing tariefskorting huisartsen

Naar aanleiding van de CVZ-cijfers over 2010 is de korting op het huisartsentarief verlaagd. Aanvullend is eind 2011 besloten om de korting nog eens met € 14 miljoen te verlagen.

13. Instellingen voor medisch specialistische zorg

In 2011 is een Bestuurlijk Hoofdlijnenakkoord met instellingen voor medisch specialistische zorg gesloten. Een beheerste kostenontwikkeling is daarbij uitgangspunt.  In dat akkoord is een financieel kader voor 2012 tot en met 2014 overeengekomen tussen verzekeraars en zorgaanbieders. Uitgaande van het overeengekomen budgettair kader 2012–2014 uit het Hoofdlijnenakkoord werkt de overschrijding zoals geconstateerd op basis van 2011 niet structureel door.

14. Zorg Caribisch Nederland

Actualisatie raming zorgkosten Caribisch Nederland leidt tot opwaartse bijstelling van de raming.

15. Overige

Deze post is het saldo van diverse mutaties.

Technische- en macro-economische mutaties

16. Macro loon- en prijsbijstelling (CEP tranche 2012)

De raming van de loon- en prijsbijstelling is aangepast op basis van de meest recente macro-economische inzichten in het CEP 2012 van het Centraal Planbureau (CPB).

17. IJklijnmutaties

Dit betreft het saldo van diverse mutaties tussen het BKZ en de Rijksbegroting in enge zin (RGB-eng).

BKZ-ontvangsten

Mee- en tegenvallers

18. Eigen betalingen AWBZ

Bij de eigen bijdragen AWBZ wordt een structurele meevaller van € 45 miljoen verwacht. In de begroting werd voor 2012 nog uitgegaan van een hogere, zij het incidentele meevaller van € 85 miljoen

4.2 Ontwikkeling van het Budgettair Kader Zorg (BKZ) 2012

Tabel 2 laat de ontwikkeling zien van het Budgettair Kader Zorg en de netto-BKZ-uitgaven over de 1e suppletoire begroting 2012.

Tabel 2 Ontwikkeling van het Budgettair Kader Zorg 2012 (bedragen x € 1 000 000)
 

2012

1. BKZ stand Startnota

63 066,9

2. Ontwikkeling prijs- nationale bestedingen

– 75,7

3. IJklijnmutaties

87,4

4. BKZ stand 1e suppletoire begroting 2012

63 078,6

5. Netto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012

64 263,5

6. Overschrijding van de netto-BKZ-uitgaven t.o.v. het BKZ stand 1e suppletoire begroting 2012 (6=5–4)

1 184,9

Bron: Regeerakkoord (Kamerstuk 32 500, nr. 29), VWS, Nza-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens, CVZ-gegevens over voorlopige financieringslasten Zvw en AWBZ.

Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal

Het Budgettair Kader Zorg is het kader waarbinnen de zorguitgaven moeten blijven, overeenstemmend met afspraken binnen het kabinet. Het BKZ is voor de periode 2011–2015 bij de start van het kabinet-Rutte vastgesteld. Om de kwaliteit, de toegankelijkheid en de betaalbaarheid van de zorg te waarborgen heeft het kabinet in het financieel kader van het Regeerakkoord rekening gehouden met een groei van € 15 miljard in de periode 2011–2015. Gedurende een kabinetsperiode verandert dit kader in principe niet meer, afgezien van de nominale bijstellingen en ijklijnmutaties. De nominale bijstelling is het aanpassen van het kader aan de ontwikkeling van de prijs nationale bestedingen (pNB). Hierdoor beweegt het kader mee met een hogere of lagere prijsontwikkeling. De ijklijnmutaties zijn de overboekingen tussen de budgetdisciplinesectoren (deelkaders) Rbg-eng, SZa en BKZ.

Het BKZ is ten opzichte van de Startnota als gevolg van de nominale ontwikkelingen met € 76 miljoen verlaagd en als gevolg van ijklijnmutaties met € 87 miljoen verhoogd. Ondanks de geaccommodeerde groei zijn de zorguitgaven ten tijde van de 1e suppletoire begroting 2012 sterk gestegen. Hierdoor is het BKZ in 2012 met € 1 185 miljoen overschreden.

Een groot deel van die overschrijding van € 549 miljoen is reeds gemeld in de ontwerpbegroting 2012. Tabel 3 geeft een overzicht van de kadertoetsing van het Budgettair Kader Zorg in 2012 vanaf de stand Startnota. Sinds de ontwerpbegroting 2012 is het kader overschreden met € 636 miljoen, waardoor de totale overschrijding uitkomt op € 1 185 miljoen.

Tabel 3 Kadertoets Budgettair Kader Zorg 2012 (bedragen x € 1 000 000; – is saldoverbeterend)
 

2012

Kadertoets BKZ Startnota

0

Mutatie begroting 2012

549

Kadertoets BKZ begroting 2012

549

Mutatie 1e suppletoire begroting 2012

636

Kadertoets BKZ 1e suppletoire begroting 2012

1 185

Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal

4.3 Mutaties per artikel

Tabel 4 geeft de mutaties vanaf de stand ontwerpbegroting 2012 tot aan de 1e suppletoire begroting 2012 op artikelniveau weer. De mutaties worden in de verdiepingsbijlage in paragraaf 4.4 verder toegelicht.

Tabel 4 BKZ-uitgaven en -ontvangsten per artikel 2012 (bedragen x € 1 000 000)
 

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting 2012

Stand 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

Mutaties 2015

Mutaties 2016

 

(1)

(2)

(3) = (1) + (2)

       

41 Volksgezondheid

111,8

– 6,6

105,2

1,4

1,4

1,4

1,4

42 Gezondheidszorg

36 012,9

56,7

36 069,6

86,4

26,0

25,7

25,3

43 Langdurige zorg

25 980,0

273,4

26 253,4

213,4

267,4

239,4

223,4

44 Maatschappelijke ondersteuning

187,6

0,0

187,6

0,0

0,0

0,0

0,0

99 Nominaal en onvoorzien

1 624,6

351,9

1 976,5

– 381,1

– 918,9

– 870,4

– 827,1

Wmo (Gemeentefonds)

1 441,5

0,0

1 441,5

0,0

0,0

0,0

0,0

Zorgopleidingen (begroting VWS)

1 119,5

0,0

1 119,5

0,0

0,0

0,0

0,0

Wtcg (begroting VWS)

616,7

0,0

616,7

0,0

0,0

0,0

0,0

Zorg Caribisch Nederland (begroting VWS)

39,9

23,1

63,0

28,1

32,7

33,2

38,6

Begrotingsgefinancierde BKZ-uitgaven

52,8

– 20,9

31,9

– 53,0

– 76,4

– 91,3

– 106,5

Bruto-BKZ-uitgaven

67 187,4

677,6

67 865,0

– 104,8

– 667,8

– 662,0

– 644,9

Eigen betalingen AWBZ

1 696,4

– 40,00

1 656,4

45,0

45,0

45,0

45,0

               

Eigen risico Zvw

1 798,8

0,00

1 798,8

0,0

0,0

0,0

0,0

Eigen bijdrage Zvw

146,2

0,00

146,2

0,0

0,0

0,0

0,0

BKZ-ontvangsten

3 641,4

– 40,0

3 601,4

45,0

45,0

45,0

45,0

Netto-BKZ-uitgaven

63 545,9

717,6

64 263,6

– 149,8

– 712,8

– 707,0

– 689,9

Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal

Voor de post nominaal en onvoorzien resulteert de in de tijd oplopende neerwaartse bijstelling uit verwerking van het CEP waarin voor alle jaren lagere lonen zijn verwerkt dan in de begroting 2012. Daarnaast zijn de indexen voor de kapitaallasten 2012 opwaarts bijgesteld en zijn de grondslagen geactualiseerd.

4.4 Verdiepingsbijlage

Deze paragraaf bevat een toelichting per artikel op de mutaties die hebben plaatsgevonden na de ontwerpbegroting 2012. Alleen mutaties na de ontwerpbegroting 2012 die groter zijn dan € 10 miljoen worden toegelicht. In enkele gevallen is om beleidsmatige redenen van deze regel afgeweken en zijn ook kleinere mutaties toegelicht. De overige en technische mutaties betreffen een saldo van kleinere mutaties en worden daardoor niet beschreven.

41 Volksgezondheid (bedragen x € 1 000 000)

Uitgaven

2012

Stand ontwerpbegroting 2012

111,8

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

 

Technische mutaties

– 6,6

1. IJklijnmutaties

– 6,6

   

Stand 1e suppletoire begroting 2012

105,2

Mutatie bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

– 6,6

Toelichting mutaties:

  • 1. Deze post is het saldo van verschillende ijklijnmutaties.

42 Gezondheidszorg (bedragen x € 1 000 000)

Uitgaven

2012

Stand ontwerpbegroting 2012

36 012,9

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

 

Mee- en tegenvallers

384,5

Actualisering zorguitgaven

354,5

1. Huisartsenzorg

76,9

2. Tandheelkundige zorg

47,0

3. Fysiotherapie

19,0

4. Overige eerstelijnszorg

– 3,1

5. Instellingen voor medisch specialistische zorg

333,0

6. Overige curatieve zorg

3,3

7. Ziekenvervoer

17,0

8. Geneesmiddelen

– 222,2

9. Hulpmiddelen

– 22,0

10. Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg

115,0

11. Grensoverschrijdende zorg

– 14,0

12. Multidisciplinaire zorgverlening

4,6

   

Besparingsverliezen

30,0

13. Werelddekking

30,0

   

Maartregelen en intensiveringen

– 342,5

14. Aanpassing tariefskorting huisartsen

34,3

15. Pakketaanpassing fysiotherapie

– 44,0

16. Instellingen voor medisch specialistische zorg

– 333,0

17. Overige

0,2

   

Technische mutaties

14,7

18. Overheveling middelen ggz

17,1

19. IJklijnmutatie

– 2,4

   

Stand 1e suppletoire begroting 2012

36 069,6

Mutatie bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

56,7

Toelichting mutaties:

  • 1. De mutatie van € 76,9 miljoen bestaat uit enerzijds de bij het jaarverslag gemelde overschrijding van € 99 miljoen en anderzijds de neerwaartse bijstelling van de overschrijding 2010. De genoemde overschrijding is hoofdzakelijk toe te schrijven aan de toename van de bijzondere betalingen, het grotendeels vrije deel van de huisartsenzorg. Het overige deel wordt veroorzaakt door het getarifeerde deel.

  • 2. Op basis van de meest recente CVZ-cijfers is bij de tandheelkundige zorg over 2011 een overschrijding te zien van € 48 miljoen. In de kostenontwikkeling is te zien dat zich stijgingen voordoen bij de drie te onderscheiden hoofdgroepen, namelijk jeugdigen, volwassenen en gebitsprothesen. Bij de tandheelkundige specialistische zorg is er een onderschrijding van € 1 miljoen.

  • 3. De recente CVZ-cijfers laten over 2011 bij fysiotherapie een overschrijding zien van € 19 miljoen.

  • 4. Deze post is het saldo van verschillende mutaties.

  • 5. De totale ingeschatte overschrijding bij de instellingen voor medisch specialistische zorg bedraagt € 333 miljoen (op basis van de nieuwe toedeling zoals die vanaf 2012 in de VWS-begroting is opgenomen en ontleend is aan het Bestuurlijk Hoofdlijnenakkoord). Deze nieuwe sector bestaat uit verschillende (onderdelen van) sectoren zoals tot en met 2011 in de VWS-begroting gehanteerd werden. Ook de overschrijding wordt uit verschillende onderdelen opgebouwd. Op basis van de meest recente cijfers van het CVZ en NZa over 2011 en rekening houdend met patronen in de uitgavenontwikkeling van de afgelopen jaren wordt een overschrijding geraamd van € 250 miljoen bij de ziekenhuizen. In de sector overig curatief blijkt op basis van NZa-cijfers over 2011 sprake van een overschrijding van circa € 10 miljoen. Van deze sector wordt vanaf 2012 tweederde toegerekend aan het nieuwe kader instellingen voor medisch specialistische zorg dat gebaseerd is op het Bestuurlijk hoofdlijnenakkoord. Ook het kostendeel van de geprognosticeerde overschrijding van ZBC’s is vanaf 2012 onderdeel van dit kader. Het gaat daarbij om € 76,5 miljoen. De totale overschrijding van deze sector wordt geraamd op € 333 miljoen.

  • 6. Op basis van de laatste NZa-cijfers over 2011 is sprake van een meerjarige overschrijding van circa € 10 miljoen. Hiervan loopt vanaf 2012 tweederde mee bij de overschrijding voor instellingen voor medisch specialistische zorg. Het restant van de overschrijding van € 3 miljoen vindt plaats op de sector overig curatief en heeft met name betrekking op de huisartsenlaboratoria.

  • 7. Op basis van de meest recente NZa-cijfers (ambulances) en CVZ-cijfers (overig ziekenvervoer) over 2012 wordt een meerjarige overschrijding van totaal € 17 miljoen verwacht.

  • 8. Uit de actualisering van de zorguitgaven voor het VWS-jaarverslag 2011 volgt een structurele meevaller bij de farmaceutische hulp van € 222 miljoen. De vervanging naar middelen met lagere prijzen en prijsverlagingen onder invloed van het preferentiebeleid van zorgverzekeraars leveren meer op dan eerder was geraamd.

  • 9. Uit de actualisering van de zorguitgaven voor het VWS-jaarverslag 2011 komt een meevaller bij de hulpmiddelen naar voren, die voor € 22 miljoen als structureel wordt aangemerkt. Waarschijnlijke oorzaken zijn een lager dan geraamde groei van de uitgaven voor hulpmiddelen bij ademhalingsproblemen en wondzorg en afnemende naijl-effecten van de pakketuitname van de sta-op-stoel.

  • 10. Op basis van een geactualiseerde opgave van Vektis inzake de door vrijgevestigden en niet-gebudgetteerde instellingen gedeclareerde DBC’s (geopend in 2010), geactualiseerde cijfers van de NZa inzake de budgetten 2011 van gebudgetteerde ggz-instellingen, een geactualiseerde opgave van het CVZ inzake de eerstelijns ggz in 2011 en rekening houdend met trends uit het verleden, wordt een overschrijding geraamd van € 115 miljoen in de curatieve ggz.

  • 11. Op basis van actuele cijfers van het CVZ is sprake van een meevaller van € 14 miljoen. Dit is het saldo van een meevaller van € 10 miljoen bij de uitgaven zorgkosten in het buitenland gemaakt door Zvw-verzekerden op basis van de Zvw-polis en een meevaller van € 4 miljoen bij de uitgaven zorgkosten op grond van internationale verordeningen, verdragen en richtlijnen.

  • 12. De verwachte overschrijding op de multidisciplinaire zorgverlening bedraagt € 4,6 miljoen en is vastgesteld op basis van CVZ-cijfers.

  • 13. Er is sprake van een besparingsverlies in 2012. Het ingezette traject van het aanpassen van de verdragen verloopt moeizaam. Verwacht wordt dat deze aanpassingen niet eerder dan 1 januari 2014 doorgevoerd zijn.

  • 14. Naar aanleiding van de CVZ-cijfers over 2010 is de korting op het huisartsentarief verlaagd. Aanvullend is eind 2011 besloten om de korting nog eens met € 14 miljoen te verlagen.

  • 15. Dit betreft de tegenboeking van de besparing van € 44 miljoen die van artikel 99 naar artikel 42 is overgeboekt.

  • 16. In 2011 is een Bestuurlijk Hoofdlijnenakkoord met instellingen voor medisch specialistische zorg gesloten. Een beheerste kostenontwikkeling is daarbij uitgangspunt.  In dat akkoord is een financieel kader voor 2012 tot en met 2014 overeengekomen tussen verzekeraars en zorgaanbieders. Uitgaande van het overeengekomen budgettair kader 2012–2014 uit het Hoofdlijnenakkoord werkt de overschrijding zoals geconstateerd op basis van 2011 niet structureel door.

  • 17. Deze post is het saldo van verschillende mutaties.

  • 18. In het kader van de beleidsregel «Overheveling ggz-budget AWBZ-Zvw» is het voor ggz-instellingen mogelijk te schuiven tussen AWBZ- en Zvw-budgetten voor de ggz. In 2011 zijn door enkele tientallen instellingen gezamenlijk met zorgkantoren en representerende verzekeraars verzoeken ingediend, die per saldo hebben geleid tot een verschuiving van € 17 miljoen van AWBZ (artikel 43) naar Zvw (artikel 42). Dit betreft een structurele overheveling van middelen.

  • 19. In verband met de invoering van prestatiebekostiging worden de integrale kankercentra, die voorheen via het functioneel budget werden bekostigd, per 2012 via een begrotingssubsidie betaald. Bij de begrotingsvoorbereiding 2012 zijn in dit verband middelen via een ijklijnmutatie overgeheveld vanuit het BKZ naar de VWS-begroting. Achteraf blijkt dat deze ijklijnmutatie op basis van de geldende systematiek ontoereikend is geweest waardoor thans een aanvullende overheveling noodzakelijk is.

43 Langdurige zorg (bedragen x € 1 000 000)

Uitgaven

2012

Stand ontwerpbegroting 2012

25 980,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

 

Mee- en tegenvallers

300,5

Actualisering zorguitgaven

300,5

1. Zorg in natura door AWBZ-instellingen

260,5

2. Bovenbudgettaire vergoedingen

40,0

   

Maartregelen en intensiveringen

– 10,0

3. Ramingsbijstelling NHC's

– 8,0

4. Ramingsbijstelling pgb's

– 42,0

5. Zorg in natura

40,0

   

Technische mutaties

– 17,1

6. Overheveling middelen ggz

– 17,1

   

Stand 1e suppletoire begroting 2012

26 253,4

Mutatie bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

273,4

Toelichting mutaties:

  • 1. Bij Zorg is natura (ZIN) in sprake van een tegenvaller van € 260 miljoen als gevolg van de structurele doorwerking van nieuw in gebruik genomen capaciteit 2010. Deze capaciteitstoename doet zich vooral voor in de langdurige ggz en de gehandicaptenzorg.

  • 2. De bovenbudgettaire vergoedingen maken geen onderdeel uit van de contracteerruimte AWBZ. Mede hierdoor laten de bovenbudgettaire vergoedingen de afgelopen jaren een sterke stijging zien. Vanaf 2012 wordt een financiële tegenvaller verwacht van circa € 40 miljoen.

  • 3. Een technische aanpassing in de systematiek van de normatieve huisvestingscomponent (NHC) in de AWBZ leidt tot een beperkte besparing in 2012.

  • 4. De pgb-maatregel die per 1 januari 2012 is ingegaan, kent een aanvullende opbrengst door een lagere instroom in de pgb-regeling dan eerder verwacht.

  • 5. Een deel van de opbrengst van de pgb-maatregel is gereserveerd voor extra beroep van zorg in natura door deze maatregel.

  • 6. In het kader van de beleidsregel «Overheveling ggz-budget AWBZ-Zvw» is het voor ggz-instellingen mogelijk te schuiven tussen AWBZ- en Zvw-budgetten voor de ggz. In 2011 zijn door enkele tientallen instellingen gezamenlijk met zorgkantoren en representerende verzekeraars verzoeken ingediend, die per saldo hebben geleid tot een verschuiving van € 17 miljoen van AWBZ (artikel 43) naar Zvw (artikel 42). Dit betreft een structurele overheveling van middelen.

44 Maatschappelijke ondersteuning (bedragen x € 1 000 000)

Uitgaven

2012

Stand ontwerpbegroting 2012

187,6

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

 

N.v.t

n.v.t.

   

Stand 1e suppletoire begroting 2012

187,6

Mutatie bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

n.v.t.

Toelichting mutaties:

N.v.t.

99 Nominaal en onvoorzien (bedragen x € 1 000 000)

Uitgaven

2012

Stand ontwerpbegroting 2012

1 624,6

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

 

Mee- en tegenvallers

147,4

Besparingsverliezen

47,0

1. Rechtmatigheid conform Zvw

47,0

   

2. Overige

100,4

   

Maartregelen en intensiveringen

37,6

3. Pakketaanpassing fysiotherapie

44,0

4. Overige

– 6,4

   

Technische en macro-economische mutaties

166,9

5. Aanpassing raming loon- en prijsbijstelling

166,9

   

Stand 1e suppletoire begroting 2012

1 976,5

Mutatie bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

351,9

Toelichting mutaties:

  • 1. De besparing als gevolg van de RA-maatregel «vergoeding rechtmatigheid conform Zvw» wordt in 2012 nog niet gerealiseerd. Er is een traject in gang gezet in samenwerking met verzekeraars en zorgaanbieders waarin de maatregel nader wordt uitgewerkt zodat implementatie in 2013 in de rede ligt.

  • 2. Dit betreft het saldo van diverse mee- en tegenvallers.

  • 3. Dit betreft de tegenboeking van de besparing van € 44 miljoen die van artikel 99 naar artikel 42 is overgeboekt.

  • 4. Dit betreft het saldo van diverse technische mutaties.

  • 5. De raming van loon- en prijsbijstelling is aangepast op basis van de meest recente macro-economische inzichten in het CEP 2012 van het Centaal Planbureau.

99 Nominaal en onvoorzien (bedragen x € 1 000 000)

Ontvangsten

2012

Stand ontwerpbegroting 2012

3 641,4

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

 

Mee- en tegenvallers

– 40,0

Actualisering zorguitgaven

– 40,0

1. Eigen betalingen AWBZ

– 40,0

   

Stand 1e suppletoire begroting 2012

3 601,4

Mutatie BKZ-ontvangsten stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

– 40,0

Toelichting mutaties:

  • 1. In de begroting werd voor 2012 uitgegaan van een incidentele meevaller van € 85 miljoen. Nieuwe ramingen laten een structurele meevaller zien van € 45 miljoen. De bovenstaande tegenvaller betreft daarom een neerwaartse bijstelling van deze eerder ingeboekte meevaller in 2012.

Wmo (gemeentefonds, op de begroting van BZK) (bedragen x € 1 000 000)

Uitgaven

2012

Stand ontwerpbegroting 2012

1 441,5

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

 

N.v.t.

n.v.t.

   

Stand 1e suppletoire begroting 2012

1 441,5

Mutatie bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

n.v.t.

Toelichting mutaties:

N.v.t

Zorgopleidingen (op de begroting van VWS) (bedragen x € 1 000 000)

Uitgaven

2012

Stand ontwerpbegroting 2012

1 119,5

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

 

N.v.t.

n.v.t.

   

Stand 1e suppletoire begroting 2012

1 119,5

Mutatie bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

n.v.t.

Toelichting mutaties:

N.v.t.

Zorgopleidingen (op de begroting van VWS) (bedragen x € 1 000 000)

Ontvangsten

2012

Stand ontwerpbegroting 2012

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

 

N.v.t.

n.v.t

   

Stand 1e suppletoire begroting 2012

0,0

Mutatie bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

n.v.t

Toelichting mutaties:

N.v.t.

Wtcg (op de begroting van VWS) (bedragen x € 1 000 000)

Uitgaven

2012

Stand ontwerpbegroting 2012

616,7

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

 

N.v.t.

n.v.t.

   

Stand 1e suppletoire begroting 2012

616,7

Mutatie bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

n.v.t.

Toelichting mutaties:

N.v.t.

Zorg Caribisch Nederland (op de begroting van VWS) (bedragen x € 1 000 000)

Uitgaven

2012

Stand ontwerpbegroting 2012

39,9

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

 

Maatregelen en intensiveringen

23,1

1. Zorg Caribisch Nederland

23,6

   

Technische en macro-economische mutaties

– 0,5

2. IJklijnmutaties

– 0,5

   

Stand 1e suppletoire begroting 2012

63,0

Mutatie bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

23,1

Toelichting mutaties:

  • 1. Actualisatie raming zorgkosten Caribisch Nederland leidt tot opwaartse bijstelling van de raming.

  • 2. Overboekingen ten behoeve van de integrale aanpak van de sociaal economische problematiek. De bijdragen zijn bedoeld voor Wmo gerelateerde activiteiten zover niet gedekt in andere regelingen en voor verslavingspreventie.

Begrotingsgefinancierde BKZ-uitgaven (o.a. op de begroting van Financiën) (bedragen x € 1 000 000)

Uitgaven

2012

Stand ontwerpbegroting 2012

52,8

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

 

Maatregelen en intensiveringen

– 10,8

1. Nominale nullijn 2012

– 14,1

2. Prijsbijstelling

3,3

   

Technische en macro-economische mutaties

– 10,1

3. Aanpassing raming loon- en prijsbijstelling

– 10,1

   

Stand 1e suppletoire begroting 2012

31,9

Mutatie bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2012 t.o.v. stand ontwerpbegroting 2012

– 20,9

Toelichting mutaties:

  • 1. Voor de begrotingsgefinancierde uitgaven wordt in 2012 geen loonbijstelling uitgekeerd. Omdat de nominale nullijn voor de zorgsector niet van toepassing is en VWS als gevolg van het OVA-convenant gehouden is te indexeren, ontstaat een tegenvaller.

  • 2. Prijsbijstelling tranche 2012, kader Zorg. Het tekort in 2012 is grotendeels het gevolg van een hogere raming van de prijsbijstelling ten tijde van de voorbereiding van de ontwerpbegroting 2012 dan feitelijk beschikbaar is gekomen.

  • 3. De raming van loon- en prijsbijstelling is aangepast op basis van de meest recente macro-economische inzichten in het CEP 2012 van het Centaal Planbureau.

Naar boven