33 264 Benoeming substituut-ombudsman

34 441 Benoeming van een Kinderombudsman

Nr. 8 BRIEF VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR BINNENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 januari 2022

Bij brief van 30 september 2021 heeft de Nationale ombudsman, de heer mr. R.F.B. (Reinier) van Zutphen, de Kamer meegedeeld dat op 31 maart 2022 de ambtstermijn van de substituut-ombudsmannen zal eindigen. De Nationale ombudsman heeft in de richting van de Kamer de wens uitgesproken om vanaf 1 april 2022 te werken met één substituut-ombudsman, die tevens Kinderombudsman is. De Nationale ombudsman heeft de Kamer verzocht om mevrouw prof. dr. mr. M.E. (Margrite) Kalverboer als substituut-ombudsman, tevens Kinderombudsman te herbenoemen (Kamerstukken 33 264 en 34 441, nr. 7). Genoemde brief is in handen gesteld van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken.

De benoemingsprocedure van de Kinderombudsman wordt in artikel 9 van de Wet Nationale ombudsman geregeld. De Tweede Kamer benoemt op verzoek van de Nationale ombudsman één of meer personen als substituut-ombudsman en wijst daarbij een substituut-ombudsman aan die de rol van Kinderombudsman heeft. De benoeming van een substituut-ombudsman geschiedt voor de duur van de ambtstermijn van de ombudsman op wiens verzoek diegene is benoemd, vermeerderd met een jaar.

Op 11 november 2021 heeft de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken een gesprek gevoerd met de heer Van Zutphen en op 1 december 2021 heeft de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken een gesprek gevoerd met mevrouw Kalverboer. Naar aanleiding van beide gesprekken heeft de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken in haar vergadering van 16 december 2021 besloten dat zij positief oordeelt over herbenoeming van mevrouw Kalverboer voor een nieuwe ambtstermijn als substituut-ombudsman, tevens Kinderombudsman.

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken stelt daarom de Kamer voor mevrouw prof. dr. mr. M.E. (Margrite) Kalverboer tot substituut-ombudsman, tevens Kinderombudsman ter herbenoemen voor een nieuwe ambtstermijn van zes jaar met ingang van 1 april 2022.

De fungerend voorzitter van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken, Martin Bosma

De griffier van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken, De Vos

Naar boven