De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende, dat de door de regering voorgestelde omvang van de rechtbank Oost-Nederland
leidt tot de vorming van een mega-rechtbank: 40% groter (in zaken/personeel) dan de
huidige grootste rechtbank Amsterdam, maar dan verspreid over 14 zittingslocaties
en een grondgebied van ruim 8 000 km2 (met daarbinnen 81 gemeenten met in totaal 3,2 miljoen inwoners);
overwegende, dat een dergelijke omvang van het arrondissement het risico van slechte
bestuurbaarheid, bureaucratisering en inefficiëntie, het risico van een gebrek aan
eenheid van rechtspraak, alsmede het risico van te grote afstand van de rechtspraak
tot de rechtzoekende burger met zich brengt;
overwegende, dat gezien onder meer de brief d.d. 15 juni 2012 van de ondernemingsraden
van de rechtbanken Almelo, Arnhem, Zutphen en Zwolle-Lelystad geen draagvlak bestaat
onder rechters en gerechtsambtenaren van deze rechtbanken voor de vorming van de voorgestelde
rechtbank Oost-Nederland;
overwegende, dat vorming van de voorgestelde rechtbank Oost-Nederland leid tot een
niet of slechts met grote schade terug te draaien situatie;
van mening, dat het standpunt van de regering dat de fusie van de rechtbanken Almelo
en Zwolle zou leiden tot een kwetsbare rechtbank Overijssel, niet houdbaar is gezien
alleen al het feit dat de rechtbanken Almelo en Zwolle goed functionerende rechtbanken
zijn die blijkens de kengetallen 2010 van de Rechtspraak behoren tot de meest efficiënte
rechtbanken van Nederland,
verzoekt de regering zich te beperken tot een meer gematigde vorm van schaalvergroting
in Oost-Nederland door de rechtbanken Almelo en Zwolle (het Zwolse deel van Zwolle-Lelystad)
te laten fuseren tot de rechtbank Overijssel en de rechtbanken Arnhem en Zutphen te
laten fuseren tot de rechtbank Gelderland en daartoe – indien dit wetsvoorstel wordt
aangenomen – met spoed de wet te wijzigen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Beuving
Kuiper
De Boer
Ruers
De Lange
Holdijk