Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 april 2018
Met deze brief bied ik u het RIVM-rapport «Dietary sources of exposure to bisphenol
A in the Netherlands» aan1.
In opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (Kamerstuk 32 793, nr. 208) heeft Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) onderzocht welke
producten in Nederland het meest bijdragen aan de blootstelling aan Bisfenol A (BPA)
en of de blootstelling reden tot zorg geeft.
Uit onderzoek van de EFSA blijkt dat de blootstelling aan BPA via verschillende bronnen
kan plaatsvinden, waarbij voedsel en thermisch papier (bijvoorbeeld kassabonnetjes)
als belangrijke bronnen werden aangemerkt (EFSA, 2015).
De Europese Commissie heeft in december 2016 besloten om het gebruik van BPA in thermisch
papier in de EU te beperken om zo de blootstelling via deze bron te verminderen (Verordening
(EU) 2016/2235). In haar onderzoek heeft het RIVM de bron voedsel verder onderzocht,
omdat die bron voor de gemiddelde consument de belangrijkste bron is.
De blootstelling aan BPA via voedsel in Nederland werd berekend met voedselconsumptiegegevens
van de twee meest recent uitgevoerde voedselconsumptiepeilingen met betrekking tot
de algemene bevolking tot de leeftijd van 69 jaar.
Uit berekeningen van het RIVM blijkt dat de totale hoeveelheid BPA die mensen in Nederland
via het voedsel binnenkrijgen zeer beperkt is. Zelfs onder de meest ongunstigste omstandigheden
ligt de blootstelling nog 30 keer onder de tolereerbare dagelijkse inname, zoals in
2015 door de EFSA vastgesteld. Het onderzoek maakt ook duidelijk dat niet één voedselbron
een grote bijdrage levert, maar alle voedselbronnen afzonderlijk hun eigen «kleine»
bijdragen hebben.
In geval van onzekerheden zijn conservatieve keuzen gemaakt. Daarom zal de werkelijke
blootstelling via voedsel naar verwachting nog lager zijn.
Bovendien is in dit rapport geen rekening gehouden met de inmiddels aangescherpte
Europese norm voor migratie van BPA uit voedselcontact-materialen (meer dan 90% reductie,
Kamerstuk 32 793, nr. 281). Het ligt voor de hand dat door de aanscherping van die norm de blootstelling aan
BPA via voedsel zal afnemen.
Mijn ambtsvoorganger heeft de conclusie uit het RIVM-rapport «Bisphenol A: Part 2.
Recommendations for risk management (maart 2016)», dat mogelijk bij een lagere blootstelling
dan tot dan toe werd gedacht al nadelige effecten kunnen optreden op het gebied van
immunotoxicologie, bij de EFSA onder de aandacht gebracht.
De EFSA neemt die informatie mee bij de evaluatie dit jaar van haar opinie over BPA
uit 2015. Als de EFSA haar norm voor de tolereerbare dagelijkse inname van BPA aanpast,
bekijk ik of maatregelen nodig zijn.
De Minister voor Medische Zorg,
B.J. Bruins