32 735 Mensenrechten in het buitenlands beleid

Nr. 248 MOTIE VAN HET LID KOOPMANS C.S.

Voorgesteld tijdens het Notaoverleg van 1 juli 2019

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er ten aanzien van de Rohingyabevolking in Myanmar ernstige vermoedens van genocide zijn, mogelijk met staatsverantwoordelijkheid;

overwegende dat er mogelijk een rechtsbasis is in het Verdrag inzake de voorkoming en bestraffing van genocide om Myanmar hierop aan te spreken bij het Internationaal Gerechtshof en te verzoeken om voorlopige maatregelen;

verzoekt de regering, te onderzoeken of er een realistische mogelijkheid is een dergelijke zaak met een voldoende en divers aantal gelijkgezinde landen aan te brengen bij het Internationaal Gerechtshof,

en gaat over tot de orde van de dag.

Koopmans

Van Helvert

Voordewind

Van Ojik

Van der Staaij

Sjoerdsma

Ploumen

Karabulut

Naar boven