32 733 Beleidsbrief Defensie

Nr. 123 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 april 2013

INLEIDING

Sinds 2001 beschikken het Commando Landstrijdkrachten (CLAS), het Commando Luchtstrijdkrachten (CLSK) en, in beperkte mate, het Commando Zeestrijdkrachten (CZSK) Zeestrijdkrachten (CZSK) over het Theatre Independent Tactical Army and Air force Network (TITAAN). Dit is een netwerk- en informatie-infrastructuur voor gebruik tijdens het ontplooid optreden. Vernieuwing en uitbreiding van TITAAN zijn aan de orde, waardoor TITAAN defensiebreed beschikbaar komt en kan voldoen aan de huidige en toekomstige eisen van de krijgsmacht. Deze brief bevat de behoeftestelling hiertoe.

ACHTERGROND

TITAAN is een robuust en betrouwbaar netwerk dat overal ter wereld, onder alle omstandigheden, de commandovoering van eenheden tijdens operationele inzet kan ondersteunen. In gebieden waar geen enkele infrastructuur aanwezig is, biedt TITAAN gebruikers mogelijkheden om met elkaar te e-mailen, te telefoneren en videoconferenties te houden. Lokale netwerken kunnen onderling worden gekoppeld tot desgewenst een wereldwijd netwerk met behulp van satelliet, lijn of straalzenderverbindingen. Het systeem is van groot belang tijdens operationele inzet buiten Nederland, maar is daarnaast ook zeer bruikbaar bij nationale operaties. Commandovoeringsondersteuning (C2), inlichtingen en veiligheid (I&V) en logistiek zijn afhankelijk van TITAAN als netwerk-infrastructuur.

De behoefte komt voort uit de veroudering van de hardware van het huidige TITAAN-systeem. De functionaliteit voldoet niet meer aan de huidige en toekomstige operationele eisen, en er zijn onvoldoende middelen om het systeem defensiebreed te gebruiken. Hierdoor is op dit moment de samenwerking tussen de defensieonderdelen en tussen de Nederlandse krijgsmacht en civiele partners beperkt.

Het project behelst de volgende maatregelen:

  • (1) vervanging van de ICT-componenten (hardware);

  • (2) modernisering en uitbreiding van de functionaliteit (software);

  • (3) verwerving van extra middelen voor defensiebreed gebruik.

KWALITATIEVE BEHOEFTE

TITAAN is vooral bedoeld voor de ondersteuning van het ontplooid optreden van operationele eenheden. Daar berust de kwalitatieve behoefte van de hardware en de software-inrichting op.

Met TITAAN krijgt Defensie de beschikking over:

  • een robuuste en veilige netwerkinfrastructuur voor de operationele software;

  • een systeem dat eenvoudig en met een korte voorbereidingstijd naar de behoefte van een missie kan worden ingericht;

  • een systeem dat in koppelingen met militaire en civiele systemen van partners, waaronder internationale en non-gouvernementele organisaties (IO/NGO), voorziet;

  • software die onafhankelijk van de hardware functioneert. De hardware kan naar behoefte worden vervangen om veroudering te voorkomen.

KWANTITATIEVE BEHOEFTE

De kwantitatieve behoefte is op dit moment ten minste 183 servers en de daarbij behorende middelen voor de ontplooide lokale netwerken, randapparatuur en beheer. Tevens verwerft Defensie enkele werkplekken voor de aansluiting op hoofdkwartieren in Nederland en voor opleidingen en de instandhouding van het systeem.

Deze behoefte berust op de huidige organisatie, het huidige ambitieniveau en de huidige stand van techniek. In het vervolg van het project wordt op basis van de dan geldende inrichting van Defensie, de technische mogelijkheden en de mogelijkheden voor pooling de definitieve kwantitatieve behoefte bepaald.

De kwantitatieve behoefte omvat tevens de «backup voorziening voor de ondersteuning van bestuurlijke /operationele centra in geval van uitval van bestaande verbindingsmiddelen», zoals in de catalogus Civiel Militaire Samenwerking is omschreven. Dit betreft middelen om maximaal drie verschillende locaties te ondersteunen.

FINANCIELE ASPECTEN

De bandbreedte van dit project is € 50 tot € 100 miljoen. Na de keuze voor de architectuur en de inventarisatie van de daarvoor vereiste middelen volgt een nauwkeuriger raming. Ik zal de Kamer hierover informeren in de begroting en het materieelprojectenoverzicht. Het bedrag komt ten laste van de defensiebegroting met uitzondering van de vervanging van middelen voor inzet in het kader van de civiel-militaire afspraken. Deze komen ten laste van de begroting van het ministerie van Binnenlandse Zaken.

VERWERVING VAN DE PLANK

Defensie koopt de hardware van de plank. Voor de nieuwe software en de systeemintegratie geldt het toetsingskader «verwerving van de plank» waarmee de keuze voor zelf ontwikkelen of kopen van de plank wordt onderbouwd.

PROJECTORGANISATIE EN -PLANNING

Voor dit project wordt een projectgroep opgericht. Het project wordt uitgevoerd in de periode 2013 – 2018.

PROJECTRISICO’S

Defensie heeft ervaring met de ontwikkeling, verwerving, inzet en instandhouding van het huidige systeem. Hierdoor zijn de initiële projectrisico’s voor product, tijd, geld en organisatie aangemerkt als «gemiddeld» en zijn de beheersmaatregelen in afdoende mate aanwezig.

OVERIGE CONSEQUENTIES

Personeel en organisatie. De personele en organisatorische gevolgen zijn gering. De exacte gevolgen zullen in het vervolgtraject zichtbaar worden.

Materieellogistiek. Het huidige materieellogistieke concept van TITAAN berust op periodieke, grootschalige vervanging van hardware vanuit het investeringsplan. De instandhouding van het vernieuwde TITAAN voorziet in de jaarlijkse vervanging van een deel van de hardware. Hiervoor worden het logistieke management en de exploitatiebudgetten aangepast.

Opleiding en Training. Voor het gebruik van TITAAN moet het personeel worden opgeleid en getraind. Defensie heeft hier sinds 2001 ervaring mee en de opleidings- en trainingsfaciliteiten zijn hierop ingericht. Er wordt onderzocht of aanpassing van de faciliteiten nodig is.

Bedrijfsvoering. De gebruiker beheert en onderhoudt TITAAN-middelen. Zo wordt gewaarborgd dat de gebruiker ervaring opdoet met het systeem.

Internationale en interdepartementale samenwerking. Defensie onderzoekt in de volgende projectfasen of een gezamenlijke behoeftevervulling met Navo en internationale partners mogelijk is.

Mogelijkheden tot inschakelen Nederlandse industrie. Defensie koopt de hardware van de plank. Daarbij wordt in beginsel gebruikgemaakt van bestaande raamcontracten. Waar mogelijk wordt de Nederlandse industrie betrokken.

VOORTZETTING VAN HET PROJECT

Gezien het projectvolume van minder dan € 100 miljoen ben ik voornemens de directeur DMO te mandateren om het project uit te voeren.

De minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert

Naar boven