32 680 Parlementair onderzoek Lessen uit recente arbeidsmigratie

Nr. 28 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 maart 2012

Op 29 september 2011 is het rapport van de Tijdelijke commissie Lessen uit Recente Arbeidsmigratie (LURA) uitgebracht (Kamerstukken II 2011/12, 32 680, nr. 4). Eén van de aanbevelingen die de commissie LURA heeft gedaan was om het aantal malafide uitzendbureaus aan te pakken. Ik heb deze uitdaging opgepakt en ben het project Aanpak Malafide Uitzendbureaus (AMU) gestart. In het debat op 7 februari jl. over het rapport van de commissie LURA heb ik toegezegd u te informeren over de aanpak (Kamerstukken II 2011/12, 29 407, nr. 132). Met deze brief geef ik gevolg aan deze toezegging.

De malafide uitzendbureaus zorgen, ondanks alle inspanningen die al gedaan zijn, nog steeds voor veel problemen. Zij maken grote winsten ten koste van de overheid en bonafide uitzendbureaus en maken misbruik van hun werknemers. Hierbij wordt dikwijls gebruik gemaakt van ronselaars, malafide tussenpersonen en grensoverschrijdende constructies. Hun handelen gaat vaak gepaard met illegale tewerkstelling, belasting- en premiefraude en onderbetaling. Het kabinet wil niet toestaan dat de werking van de arbeidsmarkt zo wordt verstoord en dat bonafide uitzendbureaus uit de markt gedrukt worden door oneerlijke concurrentie.

Ik zet me al langer in voor de aanpak van deze problematiek. Onder andere met het wetsvoorstel «Registratieplicht intermediairs die arbeidskrachten ter beschikking stellen» (Kamerstukken II 2011/12, 32 872). Daarnaast sturen de Staatssecretaris en ik binnenkort het wetsvoorstel «Aanscherping, handhaving en sanctiebeleid SZW wetgeving» aan uw Kamer toe. Hierin wordt onder meer geregeld dat de boetes voor illegale tewerkstelling en onderbetaling fors verhoogd worden en dat het werk in ondernemingen van notoire overtreders kan worden stilgelegd.

Projectaanpak

In de periode tot 31 december 2013 wil ik met het project AMU forse klappen uitdelen aan het malafide deel van de uitzendbranche. Samenwerking is hiervoor cruciaal. Dat doe ik met mijn collega’s van Financiën, Veiligheid en Justitie, Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Buitenlandse Zaken. Ook de private partijen betrek ik hier nadrukkelijk bij. De departementen, gemeenten, de Kamer van Koophandel en de Belastingdienst zijn samen met de werknemers- en werkgeversorganisaties en de partijen die betrokken zijn bij de private handhaving in de branche, zoals de Stichting Normering Arbeid (SNA) en de Stichting Naleving Cao voor Uitzendkrachten (SNCU), vertegenwoordigd in een reflectiegroep. Al deze partners zijn nodig om gezamenlijk de branche weer op orde te krijgen. Zij hebben het belang daarvan onderkend en hun medewerking toegezegd.

In het project kies ik voor een specifieke aanpak via twee nauw met elkaar verbonden sporen: handhaving en beleid. Op het gebied van handhaving wordt al veel gedaan om malafiditeit in de uitzendsector aan te pakken. De Inspectie SZW besteedt jaarlijks circa 15% van de inspectiecapaciteit van de directie Arbeidsmarktfraude aan de aanpak van uitzendbureaus. Ook de directie Opsporing zet in 2012 flinke capaciteit in op de bestrijding van vormen van criminaliteit ter bestrijding van arbeidsuitbuiting en voor de aanpak van illegaliteit. Beide thema’s zijn vooral gerelateerd aan sectoren waarbij relatief veel uitzendbureaus en malafide faciliteerders betrokken zijn. In het project AMU is daar bovenop nu een speciaal handhavingsteam opgezet binnen de Inspectie SZW. Dit multidisciplinaire team bestaat uit 12 inspecteurs en rechercheurs die volledig zijn vrijgesteld voor de aanpak van malafide uitzendbureaus. Zij worden ondersteund door analisten die zorgen voor een gedegen sectoranalyse en de benodigde risicoanalyses. Om maximale slagkracht te bereiken wordt intensief samengewerkt met de ketenpartners, zoals de Belastingdienst, gemeenten en het Openbaar Ministerie. Door deze bundeling van analyse, bestuursrechtelijke en strafrechtelijke middelen, kunnen we tegen elk malafide bureau de juiste middelen inzetten. Dit varieert van het opleggen van boetes of het inzetten van strafrechtelijke bevoegdheden tot aan een Strafrechtelijk Financieel Onderzoek (SFO) waarmee de onrechtmatig verkregen winsten van de overtreder afgenomen kunnen worden.

Vanuit het beleid analyseren we de huidige wet- en regelgeving en de genomen maatregelen om te bezien welke aanvullende maatregelen nodig en mogelijk zijn. Daarbij kijken we ook naar de plannen en de keuzes die in het verleden zijn gemaakt en de mate waarin die succesvol zijn geweest. We sluiten bij deze aanpak niets uit en kijken naar de hele keten: niet alleen de uitzendbureaus, maar ook de inleners, de doorleners en de andere malafide tussenpersonen en bemiddelaars die het mogelijk maken dat de malafide bureaus kunnen bestaan. We werken plannen uit om overtreders harder in hun portemonnee te treffen door de winsten uit hun malafide praktijken af te pakken. Dit is in lijn met de door uw Kamer aangenomen motie Van den Besselaar over malafide uitzendbureaus (32 680, nr. 24 gewijzigd). We onderzoeken ook of de herinvoering van de vergunningplicht bijdraagt aan een effectievere aanpak van de problemen. Zoals toegezegd in het Kamerdebat over het wetsvoorstel Registratieplicht, zal ik u hieromtrent voor de zomer informeren.

Versterking zelfregulering

Ik versterk ook de zelfregulering in de uitzendbranche. De branche kent een systeem van private certificering. Uit cijfers van de Inspectie SZW blijkt echter dat verschillen in aantallen overtreders tussen gecertificeerde en niet-gecertificeerde uitzendbureaus niet groot is. Dit toont het belang aan van versterking van de zelfregulering door de uitzendbranche. Het wetsvoorstel Registratieplicht draagt hier ook nadrukkelijk aan bij. Met dit wetsvoorstel worden de mogelijkheden van gegevensuitwisseling uitgebreid, waardoor de malafide uitzendbureaus beter kunnen worden aangepakt. Na registratie worden uitzendbureaus uitgenodigd om zich te laten certificeren. Als zij niet op deze uitnodiging ingaan is dat een signaal voor controlerende en handhavende instanties. Aanvullend ga ik bezien hoe de wettelijke bevoegdheden voor gegevensuitwisseling maximaal benut kunnen worden. In het project AMU wil ik zo beoordelen of deze maatregelen voldoende zijn of dat er nog meer nodig is. Hierover ga ik op korte termijn in gesprek met de branche.

Grensoverschrijdende samenwerking

Met het project versterk ik ook de internationale samenwerking. Dit gebeurt bijvoorbeeld al door het verbindingsbureau dat in het kader van de Detacheringsrichtlijn is ondergebracht bij de Inspectie SZW. Via dit bureau wisselt de Inspectie SZW informatie uit met andere lidstaten. Zo worden werkgevers aangepakt die met grensoverschrijdende (uitzend-)arbeid de wet- en regelgeving overtreden. Recente initiatieven zijn gericht op samenwerking tussen de Inspectie SZW en Bulgaarse opsporingsinstanties voor de opzet van een Joint Investigation Team (JIT). Hierbij wordt samengewerkt met Europol. Verder zijn er diverse samenwerkingsovereenkomsten gesloten, zoals recentelijk met de Vlaamse overheid waarmee ik een Memorandum of Understanding (MoU) heb ondertekend. Grensoverschrijdende samenwerking is noodzakelijk vanwege de herkomst van slachtoffers en criminelen en om onrechtmatig verkregen voordeel af te pakken.

Meldpunt AMU

Het is belangrijk dat burgers en bonafide bedrijven hun meldingen over malafide uitzendbureaus bij één centraal meldpunt kwijt kunnen. Daarom heb ik het Meldpunt AMU ingesteld. Het is een nieuw (gratis) telefoonnummer: 0800–5151. Dit is voor alle klachten over malafide uitzendbureaus, hun inleners en tussenpersonen. Melden kan telefonisch, per post of via internet. Via de website van de Inspectie SZW (www.inspectieszw.nl) kunnen meldingen digitaal worden doorgegeven. Bij het Meldpunt kan ook anoniem worden gemeld. Alle meldingen zullen worden gebruikt om de informatiepositie ten aanzien van malafide uitzendbureaus te versterken. Ik zal het Meldpunt AMU actief onder de aandacht brengen door gerichte voorlichting aan werkgevers, werknemers en potentiële slachtoffers die in aanraking kunnen komen met malafide uitzendbureaus.

Ten slotte

Vanzelfsprekend kunnen we niet toestaan dat de werking van de arbeidsmarkt door de malafide uitzendbureaus wordt verstoord, dat mensen worden uitgebuit en onderbetaald, dat premies en belastingen niet worden afgedragen en dat de bonafide werkgevers vanwege oneerlijke concurrentie uit de markt gedrukt worden. Met alle publieke en private partners werk ik samen om de noodzakelijke resultaten te bereiken.

Ik zal u via een halfjaarlijkse rapportage op de hoogte houden van de voortgang van het project AMU.

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, H. G. J. Kamp

Naar boven