32 637 Bedrijfslevenbeleid

Nr. 454 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 juni 2021

Al 25 jaar vormt de innovatie- en onderzoeksregeling Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO) een hoeksteen van het Nederlandse innovatiebeleid. Jaarlijks wordt er door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) een verslag gepubliceerd van de resultaten van de WBSO. Graag deel ik dit jaar, ook met het oog op het op 17 juni a.s. geplande debat met de Commissie Economische Zaken, het verslag over 2020 met de (nieuwe) leden van uw Kamer¹.

Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat stimuleert innovatie onder andere door de drempel voor bedrijven om te investeren in onderzoek en ontwikkeling te verlagen. De WBSO is een fiscaal instrument, waarmee bedrijven de aan speur en ontwikkelingswerk gerelateerde kosten kunnen verlagen. De regeling stimuleert aantoonbaar het aantal innovatieactiviteiten binnen ons bedrijfsleven en versterkt het Nederlandse vestigingsklimaat (Kamerstuk 32 637, nr. 358).

Het jaarverslag laat zien dat, ondanks de moeilijke omstandigheden gedurende de coronacrisis, 20.000 Nederlandse bedrijven in 2020 gebruik maakten van de WBSO. Gezamenlijk haalden zij een voordeel van totaal 1,2 miljard euro uit de WBSO. Maar liefst 97 procent van deze bedrijven behoort tot het midden- en kleinbedrijf (mkb). Het betrof ruim 135.000 R&D-projecten toe – 6 procent meer dan in 2019. Het jaarverslag biedt een aantal mooie voorbeelden.

In 2021 is eenmalig 157 miljoen euro extra beschikbaar voor de WBSO, dat met name ten goede komt aan het mkb. Dit budget wordt gericht ingezet voor de verhoging van het tarief in de eerste schijf en het starterstarief (Kamerstuk 32 637, nr. 432). Daarmee geeft het kabinet een impuls aan het bedrijfsleven om tijdens de coronacrisis te blijven investeren in R&D.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer

---

1 Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl