32 623 Actuele situatie in Noord-Afrika en het Midden-Oosten

Nr. 167 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 oktober 2016

Hierbij treft u, conform de toezegging tijdens het Algemeen Overleg Noodhulp van 23 juni jl. (Kamerstuk 32 605, nr. 190) en mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken, informatie over de mogelijkheden tot het verlenen van steun aan Noord Syrië (Kobani).

Het conflict in Syrië gaat onverminderd door en de humanitaire noden in het land zijn hoog. De complexiteit van het conflict en de onveiligheid maakt het leveren van hulp vaak erg moeilijk. Nederland steunt de onderhandelingen over een vredesakkoord en heeft sinds 2012 358 miljoen euro aan humanitaire middelen ter beschikking gesteld voor de Syrië regio. Daarnaast steunt Nederland de gematigde Syrische oppositie en de bevolking in de door hen gecontroleerde gebieden met programma’s gericht op stabilisatie en basisvoorzieningen, zoals Access to Justice en Community Security (AJACS), White Helmets en het Syria Recovery Trust Fund (SRTF). In deze brief wordt verder ingegaan op de Nederlandse inzet in Koerdische gebieden in Noord-Syrië en specifiek in Kobani.

Situatie in Noord-Syrië

Het geven van hulp in Noord-Syrië is erg gecompliceerd vanwege de aanwezigheid van veel actoren met tegengestelde belangen. De PYD, een van de dominante actoren in de regio, vormt voor veel donoren een belemmering om actief in de regio te investeren. De gewapende tak van de PYD, de YPG, en andere gelieerde strijdgroepen in het kader van Syrian Democratic Forces (SDF), zijn weliswaar belangrijke militaire partners van de coalitie in de strijd tegen ISIS, er kleven echter ook een aantal bezwaren aan nauwere samenwerking met deze groepen.

In de heroverde gebieden heeft de Syrisch-Koerdische PYD inmiddels veel Arabische inwoners verdreven en is er geen sprake van democratisch of pluralistisch bestuur. Amnesty International en andere organisaties berichten over mensenrechtenschendingen door deze groepen, waaronder gedwongen rekrutering van kindsoldaten. Ook voert de PYD een gewapende strijd tegen de gematigde oppositiegroepen die gesteund worden door onder meer de VS en Nederland.

Er bestaan zorgen over de banden die de PYD onderhoudt met het Assad-regime. Ook onderhoudt de PYD directe banden met de PKK, een door de EU als terroristisch bestempelde organisatie. Het gevaar bestaat dat geboden hulp hierdoor in verkeerde handen terecht komt. Een zorgvuldige afweging van de risico’s bij het geven van hulp aan Noord Syrië is dan ook cruciaal.

Nederlandse steun aan Noord-Syrië

Op politiek vlak wordt er door middel van discrete steun aan politieke processen, mede gefinancierd door Nederland, dialoog bevorderd tussen de verschillende Koerdische groepen ten behoeve van stabilisatie en bevordering van meer inclusief politiek bestuur. Ook zijn Koerdische groepen zowel direct als indirect betrokken bij het onderhandelingsproces in Geneve.

Momenteel financiert Nederland de organisatie Mines Advisory Group (MAG), die land ontmijnt en onderwijs biedt over de risico’s van explosieven in Al-Hasakah zodat de bevolking kan beginnen met de wederopbouw in dit gebied. Daarnaast steunt Nederland projecten op het gebied van bevordering van dialoog/mensenrechten, onderwijs en vrouwenrechten in Noord-Syrië.

Nederland steunt ook projecten voor Syrisch-Koerdische vluchtelingen in Irak. Via het EU-MADAD-fonds en via Nederlandse hulporganisaties wordt er zowel humanitaire hulp als onderwijsmogelijkheden geboden aan Syrische Koerden in Irak.

Opties voor humanitaire hulp aan Kobani

Humanitaire toegang is momenteel in veel gebieden in Syrië problematisch. In Kobani is de toegang erg slecht en per dag verschillend. Er is vaak wel vervoer van mensen mogelijk, maar niet altijd van goederen. Een gebrek aan toegang vanuit Turkije tot het noordelijke deel van het gebied rondom Kobani maakt het leveren van goederen hier in de praktijk onmogelijk. De humanitaire hulp wordt nu in beperkte mate verschaft via Irak. Nederland ondersteunt in 2016 met 10 miljoen euro het VN Pooled Fund in Gaziantep dat cross-border hulp levert vanuit Turkije. Zij leveren hulp op basis van noden, ook in het noorden van Syrië, en hebben wel toegang tot bijvoorbeeld al-Hasakeh.

Opties voor stabilisatie in Kobani

Vlak na herovering van Kobani gaf Turkije toestemming om hulp over de grens te verlenen. Duitsland heeft destijds eerste steun kunnen leveren. Ook is er een aantal ontmijningspogingen gedaan. Sindsdien is het echter nagenoeg onmogelijk om steun aan Kobani en veel van de noordelijke gebieden in Syrië te leveren. Door de striktere controle die Turkije over de grens uitoefent is de toegang tot dit gebied zeer beperkt. Daarnaast maakt PYD-aanwezigheid het moeilijk om neutrale hulp te verlenen zelfs wanneer toegang wel mogelijk is via bijvoorbeeld de grens met Irak.

Conclusie

De huidige mogelijkheden om op verantwoorde wijze steun aan Koerden in Noord-Syrië uit te breiden zijn beperkt. Het kabinet houdt de ontwikkelingen ter plaatse nauwgezet in de gaten en zal blijven volgen of er zich aanvullende mogelijkheden voordoen voor hulp aan dit gebied.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen

Naar boven