32 620 Beleidsdoelstellingen op het gebied van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Nr. 8 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 april 2011

U hebt mij gevraagd u voor het algemeen overleg op 6 april over prestatiebekostiging in de ziekenhuiszorg te informeren over de resultaten van het overleg met veldpartijen en mijn beleidsstandpunt terzake.

In reactie kan ik melden dat de gesprekken met de vertegenwoordigers van de algemene en academische ziekenhuizen, zelfstandige behandelcentra en de zorgverzekeraars gaande zijn. Tegen de achtergrond van de beleidsvoornemens op het gebied van de prestatiebekostiging zoals verwoord in de brief Zorg die loont van 15 maart 2011, hebben partijen de intentie uitgesproken afspraken te willen maken over een aantal cruciale thema’s.

Daarbij nemen partijen in overweging dat sinds 2006 belangrijke stappen zijn gezet om het beoogde effect van het stelsel in termen van toegankelijkheid, keuzevrijheid voor verzekerden en patiënten, kwaliteit van zorg en houdbare solidariteit te verwezenlijken. Maar ook dat het stelsel nog niet optimaal werkt, omdat de huidige systeemprikkels nog onvoldoende tot dynamiek uitdagen of sprake is van moeilijk te nemen transitiedrempels. Zorgverzekeraars, ziekenhuizen en overheid delen de opvatting dat gezamenlijke afspraken gedurende de transitieperiode kunnen bijdragen aan een soepele overgang naar prestatiebekostiging. Het gaat dan in het bijzonder om afspraken over welke rol elk van de betrokken partijen kan spelen bij een beheerste macro volumeontwikkeling, verbetering van kwaliteit, veiligheid en gepast gebruik van zorg en de transparantie daarover, bevordering van specialisatie van zorgaanbieders waar dat uit oogpunt van kwaliteit wenselijk is (bijvoorbeeld ten aanzien van hoogcomplexe zorg) en versnelling en verbetering van de informatievoorziening over de geleverde zorg.

Ik wil de komende weken benutten om duidelijkheid te verkrijgen of bestuurlijke afspraken langs genoemde lijnen mogelijk zijn. Zodra die duidelijkheid er is zal ik uw Kamer informeren.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. I. Schippers

Naar boven