32 545 Wet- en regelgeving financiële markten

Nr. 9 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 juni 2012

Om mijn toezegging in het Algemeen Overleg van 8 maart jl. (Kamerstuk 32 545, nr. 8) gestand te doen, wil ik bij deze uw Kamer informeren over de door sommige marktpartijen ervaren onduidelijkheid met betrekking tot colportage. De onduidelijkheid, zoals mij duidelijk is geworden uit gesprekken met kredietadviseurs, zou er in gelegen zijn dat het voor een bemiddelaar in consumptief krediet niet is toegestaan om op zijn initiatief bij de klant thuis te komen. Ook niet als op kantoor een adviestraject is doorlopen en enkel de afwikkeling van het contract nog hoeft plaats te vinden.

De Colportagewet is niet van toepassing in het geval dat de klant uit eigen initiatief voorstelt dat de bemiddelaar bij hem thuis komt. Op grond van artikel 6 van de Colportagewet is het verboden in de uitoefening van een beroep of bedrijf «door» persoonlijk bezoek te «trachten een ander te bewegen» tot het aangaan van een krediet. Alleen in het geval het persoonlijk bezoek van de colporteur in overwegende mate voortvloeit uit een initiatief van de klant, is geen sprake van een persoonlijk bezoek als bedoeld in artikel 1 eerste lid onder d van de Colportagewet. Door deze enge formulering valt ook de hiervoor geschetste situatie onder dit verbod. Dit is wenselijk om maximale bescherming van de consument tegen agressieve verkooppraktijken te waarborgen.

De AFM ziet op grond van de Wet handhaving consumentenbescherming toe op naleving van de Colportagewet en is daarbij gebonden aan de daarin opgenomen definities (zoals die van «persoonlijk bezoek»). Gelet op de doelstelling van de Colportagewet is het niet wenselijk om hier iets aan te veranderen.

Naast de Colportagewet geldt onverkort de Wet op het financieel toezicht die onder andere eisen stelt aan de informatie die voorafgaand aan totstandkoming van een overeenkomst aan een klant moet worden verstrekt. Deze eisen dienen het doel de consument in staat te stellen een goed geïnformeerde beslissing te nemen. Ook daarop houdt de AFM toezicht.

De minister van Financiën, J. C. de Jager