32 293 Aardbeving in Haïti

Nr. 9 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 januari 2011

Graag bied ik u hierbij aan een schriftelijke reactie over mijn gedane toezeggingen tijdens het Algemeen Overleg Haïti van 25 november jl.

Schuldenkwijtschelding Haïti in het kader van HIPC-Initiatief

Alle uitstaande bilaterale en multilaterale schulden van Haïti zijn kwijtgescholden. In 2006 bereikte Haïti het zogeheten «decision point» van het «Heavily Indebted Poor Countries» (HIPC) Initiatief, waarmee een deel van de schulden werd kwijtgescholden. In 2009, nog ruim voor de aardbevingsramp, bereikte Haïti het eindpunt van het HIPC-initiatief, het zogeheten «completion point», waarmee het land in aanmerking kwam voor volledige kwijtschelding van alle op dat moment lopende schulden. De internationale financiële instellingen hebben in het kader van HIPC een bedrag ad USD 1,2 miljard kwijtgescholden. Haïti is echter daarna nieuwe schulden aangegaan bij de multilaterale instellingen.

Schuldkwijtschelding na de aardbeving

Op 19 januari 2010, direct na de aardbeving, heeft de Club van Parijs de bilaterale crediteuren, met name Venezuela en Taiwan, opgeroepen om hetzelfde te doen. Venezuela heeft inmiddels haar schuld (USD 167 miljoen) kwijtgescholden. Taiwan (USD 92 miljoen) heeft Haïti inmiddels voor de komende vijf jaar een moratorium verleend op aflossing van rente en hoofdsom.

Multilaterale schuldkwijtschelding na de aardbeving

De na HIPC-kwijtschelding nieuw aangegane schulden bij de multilaterale instellingen door Haïti zijn na de aardbeving als volgt volledig kwijtgescholden:

  • Het IMF heeft de volledige uitstaande schuld ad USD 268 miljoen kwijtgescholden. Deze kwijtschelding wordt gefinancierd uit het «Post-Catastrophe Debt Relief Trust Fund», dat na de aardbeving in Haïti is opgericht om zeer arme landen die getroffen zijn door natuurrampen bij te kunnen staan.

  • De Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank (IDB) heeft de volledige uitstaande schuld ad USD 479 miljoen kwijtgescholden. Ook worden de nog niet verstrekte IDB-leningen aan Haïti ad USD 186 miljoen omgezet in schenkingen. De schuldkwijtschelding verloopt via een middelenaanvulling van het zachte leningenloket.

  • IFAD heeft de volledige uitstaande schuld ad USD 58 miljoen kwijtgescholden. Maximaal 30% van de kwijtschelding wordt door IFAD gedragen middels het omzetten van leningen in giften. Het overige deel van de kwijtschelding wordt gefinancierd uit bilaterale bijdragen van donoren.

  • De Wereldbank heeft de volledige uitstaande schuld ad USD 38,8 miljoen kwijtgescholden. Deze kwijtschelding is gefinancierd uit het investeringsinkomen van het «Debt Relief Trust Fund (DRTF)», dat in principe aan de DRTF-donoren toekomt. Nederland heeft, op basis van proportionaliteit, USD 1,8 miljoen uit zijn deel van het investeringsinkomen ter beschikking gesteld voor de kwijtschelding.

De inzet van de EU voor Haïti

Voor wat betreft mijn toezeggingen over de rol van ECHO in de hulpverlening, alsmede de EU-inspanningen voor de cholerabestrijding heb ik u reeds nader geïnformeerd in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken/ Ontwikkelingssamenwerking (9 december jl.) dat u op 15 december jl. is toegezonden (21 501-02, nr. 1009). Daarnaast wijs ik ook graag nogmaals op de prioriteit die binnen Europa aan de verbeteringen van de rampenrespons wordt toegekend. De Europese Commissie heeft mede naar aanleiding van de ervaringen met de EU hulpverlening in Haïti een mededeling gepresenteerd over de versterking van de EU rampenrespons binnen en buiten de EU. Deze mededeling beoogt de efficiëntie, coherentie en zichtbaarheid van de rampenrespons te vergroten. De Raad besprak de mededeling op 14 december jl. De Nederlandse inzet daarbij is met uw Kamer besproken tijdens het Algemeen Overleg RBZ op 22 november jl. (21 501-02, nr. 1000).

Tot slot meld ik u dat het definitieve verslag van de zeven EU-verkiezingsexperts aan het Europees Parlement nog in voorbereiding is. Na ontvangst zal ik u een kopie van dit verslag toezenden.

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,

H. P. M. Knapen

Naar boven