32 012
Governance in de zorgsector

nr. 8
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 maart 2010

Mede namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport doe ik u hierbij de herziene «Richtsnoeren voor de zorgsector» van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) toekomen.1

Op verschillende momenten is in uw Kamer het toezichtskader in de zorgsector onderwerp van gesprek geweest. Een terugkerend thema daarbij was de onduidelijkheid in de sector over de grenzen die de Mededingingswet zou stellen aan onderlinge samenwerking tussen zorgaanbieders.

Met de voorliggende herziene richtsnoeren geeft de NMa nadere toelichting bij en uitleg over de wijze waarop de Mededingingswet in de zorgsector van toepassing is, onder andere door voor de zorgsector herkenbare voorbeelden en veel voorkomende praktijksituaties te behandelen. De voorliggende richtsnoeren zijn na een uitgebreide openbare consultatieronde aangevuld met nieuwe voorbeelden en voor de sector actuele thema’s.

In de richtsnoeren maakt de NMa onder meer duidelijk dat de Mededingingswet niet in de weg staat aan samenwerkingsvormen tussen zorgaanbieders die vanuit kwaliteits- of doelmatigheidsoogpunt wenselijk zijn, goed zijn voor cliënten en voldoende keuzemogelijkheden overlaten. Anderzijds wordt duidelijk gemaakt dat afspraken tussen zorgaanbieders die dezelfde soort zorg aanbieden, of kunnen aanbieden, in principe niet zijn toegestaan indien deze betrekking hebben op prijzen en de onderlinge verdeling van markten. Voorts wordt in de richtsnoeren nader ingegaan op de beoordeling van economische machtsposities en de toetsing van concentraties in de zorgsector, alsook de bijbehorende procedures. Ten slotte wordt de rolverdeling tussen de verschillende toezichthouders, zoals de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en de Inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ), verder verhelderd.

Doordat de richtsnoeren uitvoeringsregels betreffen die het toezicht van de NMa ten aanzien van de zorgsector beschrijven, is een juridische nauwkeurigheid en volledigheid noodzakelijk, die op sommige momenten ten koste kan gaan van de leesbaarheid voor partijen in het zorgveld. Daarom is de NMa voornemens om, in aanvulling op deze richtsnoeren, te komen tot een beknoptere versie, die meer toegespitst is op lezers zonder een mededingingsrechtelijke achtergrond. De NMa streeft ernaar dit document dit voorjaar te publiceren.

De richtsnoeren van de NMa en het aangekondigde beknoptere informatiedocument passen in de proactieve toezichtsaanpak binnen de zorgsector. Ook de NZa en de IGZ zijn immers in toenemende mate proactief werkzaam binnen de zorg. Denk hierbij aan de inzet van het «aanmerkelijke marktmacht instrumentarium» door de NZa om te voorkomen dat concurrentieverhoudingen verstoord worden. Ook kan gedacht worden aan de acties van toezichthouders ter vergroting van de transparantie binnen de zorgsector en de verheldering van de wijze van handhaving en van de criteria die de toezichthouders gebruiken bij hun toezicht en handhaving.

De activiteiten van de betrokken toezichthouders zullen er aldus aan bijdragen dat competitie nu en in de toekomst een belangrijke stimulans zal geven aan kwaliteitsverbetering en doelmatigheid in de zorg.

De minister van Economische Zaken,

M. J. A. van der Hoeven


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven