32 011 Tabaksbeleid

Nr. 76 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 december 2019

Op vrijdag 27 september 2019 is de Hoge Raad in zijn arrest tot het oordeel gekomen dat het toestaan van rookruimtes in horeca-inrichtingen in strijd is met een bepaling van het WHO-kaderverdrag inzake tabaksontmoediging. Hierdoor zijn de rookruimtes in de horeca per direct verboden. In mijn brief van 18 oktober jl. heb ik uw Kamer geïnformeerd over het recente arrest en de handhaving op dit verbod1. Ook heb ik toegezegd te verkennen of de wetgeving om de rookruimtes in andere sectoren te sluiten vervroegd in werking kan treden. In deze brief informeer ik uw Kamer over mijn beslissing.

Inleiding

De Hoge Raad heeft op 27 september jl. geoordeeld dat het toestaan van rookruimtes in de horeca in strijd is met artikel 8, tweede lid, van het WHO-Kaderverdrag inzake tabaksontmoediging. Deze bepaling verplicht volgens de Hoge Raad tot een effectieve bescherming tegen blootstelling aan tabaksrook op de in de bepaling genoemde plaatsen, waaronder openbare gebouwen, en deze bescherming geldt voor eenieder die deze ruimtes betreedt. Door het toestaan van rookruimtes in horeca-instellingen wordt deze bescherming niet geboden. De uitzondering op het rookverbod voor rookruimtes is daarom onverbindend en onrechtmatig.

Overheid, zorg, sport, onderwijs en cultuur

In het Nationaal Preventieakkoord (Kamerstuk 32 793, nr. 339) is afgesproken dat rookruimtes in de (semi-)publieke sector en in openbare gebouwen uiterlijk op 1 juli 2022 gesloten worden. Onder (semi-)publieke en openbare gebouwen vallen grofweg vijf sectoren: overheid, zorg, sport, onderwijs en cultuur. Dit omvat een groot aantal gebouwen; van rijkskantoren tot bibliotheken, van scholen tot zorginstellingen. Er zijn gebouwen die nog steeds rookruimtes hebben, voor gasten of personeel. Velen van hen zijn al vergevorderd met de voorbereidingen op het sluiten van de rookruimtes in hun panden. Dit vormt vaak het sluitstuk van een breder pakket aan maatregelen, met communicatie om rokers voor te bereiden op de sluiting en met het organiseren van ondersteuningsprogramma’s voor medewerkers die willen stoppen met roken. Eerdere inwerkingtreding van de wetgeving die deze rookruimtes sluit zou een versnelling zijn ten opzichte van de afspraken uit het Nationaal Preventieakkoord en deze sectoren minder tijd geven zich hierop voor te bereiden.

De uitspraak van de Hoge Raad zie ik echter als een stimulans om de rookruimtes in (semi-)publieke en openbare gebouwen op kortere termijn te sluiten. Eventuele nieuwe rechtszaken wil ik niet afwachten, ook omdat dit zou kunnen betekenen dat, alle zorgvuldige voorbereidingen ten spijt, de rookruimtes in deze sectoren per direct gesloten dienen te worden. Ook het feit dat vele organisaties vergevorderd zijn in hun voorbereidingen om rookruimtes te sluiten geeft mij het vertrouwen dat eerdere sluiting haalbaar is. Om de normalisering van roken verder aan te pakken hecht ik daarnaast aan zoveel mogelijk gelijke inwerkingtreding en hierbij past dat de termijnen van het sluiten van de rookruimtes in verschillende sectoren niet te veel uit elkaar lopen. Ten slotte ben ik van oordeel dat de overheid hierin het juiste voorbeeld moet geven, ook richting het bedrijfsleven. Deze redenen maken dat ik heb besloten de wetgeving voor het sluiten van rookruimtes in (semi-)publieke en openbare gebouwen in 2021 inwerking te laten treden. Hiermee hebben deze sectoren de ruimte om het sluiten van de rookruimtes zorgvuldig, geleidelijk en volgens eigen plan vorm te geven.

Werkplekken buiten de horeca

Voor werkplekken buiten de horeca is in het Nationaal Preventieakkoord afgesproken dat er een convenant met het bedrijfsleven zou worden gesloten. In mijn brief van 18 oktober heb ik u laten weten dat werkgeversorganisatie VNO NCW geen heil ziet in een convenant en dat het sluiten van rookruimtes in deze sector ook via wetgeving vorm zal krijgen. Ik hecht eraan dat de sluiting gerealiseerd is in 2022, wederom met het oog op zoveel mogelijk gelijke inwerkingtreding en om ook het bedrijfsleven in staat te stellen hun voorbereidingen tijdig te nemen. Hierin zoek ik de samenwerking met VNO NCW en de Alliantie Nederland Rookvrij, die bedrijven met succes ondersteunt in het creëren van een rookvrije organisatie.

Afsluiting

Met rookruimtes wordt het roken gefaciliteerd en wordt de norm versterkt dat roken gewoon is. Het sluiten van rookruimtes is een belangrijk middel om het roken terug te dringen en vormt een onderdeel van het Nationaal Preventieakkoord. Met de in deze brief aangekondigde wetgeving wordt dit op korte termijn ook daadwerkelijk gerealiseerd.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis


X Noot
1

Kamerstuk 32 011, nr. 72

Naar boven