Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 juli 2016
Op 6 juli jl. heeft het kabinet de voorstellen van de Europese Commissie ontvangen
voor drie Raadsbesluiten die betrekking hebben op het handelsakkoord tussen de EU
en Canada, het Comprehensive Economic and Trade Agreement (CETA). De Europese Commissie heeft deze voorstellen dezelfde dag openbaar gemaakt1.
De Europese Commissie heeft eerder betoogd dat zij CETA vanuit een juridisch oogpunt
een EU-only akkoord vinden. Vanuit politieke overwegingen heeft de Europese Commissie echter
besloten om het akkoord als een gemengd akkoord voor te leggen aan de lidstaten van
de Europese Unie. Het kabinet heeft zich altijd ingezet voor een gemengd akkoord en
verwelkomt deze stap van de Europese Commissie.
De voorstellen bestaan uit 1) een voorstel voor een Raadsbesluit voor ondertekening
van CETA, 2) een voorstel voor een Raadsbesluit voor sluiting van CETA en 3) een voorstel
voor een Raadsbesluit voor voorlopige toepassing van CETA. De voorstellen zijn vergezeld
van een begeleidend memorandum.
Het voorstel voor ondertekening van CETA bevat de gebruikelijke elementen van een
dergelijk Raadsbesluit. Het beschrijft de rechtsgrondslag voor het voorstel, de overwegingen
om het besluit aan te nemen en wanneer het besluit in werking kan treden. Ook het
voorstel tot sluiting van het akkoord bevat de gebruikelijke elementen horend bij
een dergelijk voorstel.
Wat betreft het voorstel voor de voorlopige toepassing stelt de Commissie voor om
het CETA-akkoord volledig toe te passen.
Het kabinet zal de voorstellen de komende tijd nader bestuderen. In lijn met de motie
van de leden Grashoff/Jan Vos (Kamerstuk, 21 501-02, nr. 1615) over het maken van een parlementair voorbehoud zal het kabinet geen positie uitdragen
over de voorstellen totdat dit met uw Kamer besproken is.
Ter voorbereiding van het Algemeen Overleg over de informele Raad Buitenlandse Zaken
Handel, nu gepland voor 14 september aanstaande, zal uw Kamer een gedetailleerde appreciatie
van de Raadsvoorstellen ontvangen.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen