Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 september 2023
Hierbij informeer ik u, mede namens de Minister voor Rechtsbescherming, de Minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties, over de voortgang van het wetsvoorstel Verbetering beschikbaarheid
jeugdzorg.
Dit wetsvoorstel is één van de acties waarmee voortvarend opvolging wordt gegeven
aan de in de Hervormingsagenda Jeugd1 geformuleerde opgaven en de daarover gemaakte afspraken: het verbeteren van de beschikbaarheid
van jeugdzorg voor de meest kwetsbare kinderen door het versterken van de regionale
samenwerking tussen gemeenten en het beter organiseren van de regionale en landelijke
contractering van specialistische jeugdzorg.2 Het doel is dat kinderen en gezinnen die specialistische jeugdzorg nodig hebben,
passende hulp kunnen krijgen, met de juiste deskundigheid, op het juiste moment en
op de juiste plek.
Het wetsvoorstel regelt onder meer dat gemeenten verplicht regionaal moeten samenwerken
bij de inkoop van specialistische jeugdzorg. Dat is noodzakelijk omdat de schaal van
gemeenten vaak te klein is om voldoende specialistische zorg in te kopen en beschikbaar
te hebben. Ook is voorzien in harmonisering van de administratieve processen bij de
inkoop van deze specialistische jeugdzorg zodat de administratieve lasten voor jeugdhulpaanbieders
en gecertificeerde instellingen worden verminderd. Verder regelt het wetsvoorstel
een wettelijke taak voor de Nederlandse zorgautoriteit (NZa) om stelselonderzoek te
doen naar de beschikbaarheid van jeugdzorg en een taak voor de vroegsignalering van
risico’s voor de beschikbaarheid van specialistische jeugdzorg. Tenslotte zal de NZa
toezicht houden de eveneens in het wetsvoorstel opgenomen verplichtingen ten aanzien
van de financiële bedrijfsvoering van jeugdhulpaanbieders en gecertificeerde instellingen.
Onderdelen van dit wetsvoorstel zijn eerder in twee separate wetsvoorstellen (het
wetsvoorstel Verbetering beschikbaarheid zorg voor jeugdigen en het wetsvoorstel Taken
zorgautoriteit op Jeugdwet-terrein) voor advies aangeboden aan de Afdeling advisering
van de Raad van State.
De Afdeling advisering van de Raad van State adviseerde destijds ten aanzien van het
wetsvoorstel Verbetering beschikbaarheid zorg voor jeugdigen onder meer om pas op
de plaats te maken omdat op dat moment de beleidsvorming over de aanpak van majeure
knelpunten in de jeugdhulp nog volop gaande was.
Naar aanleiding van het bovengenoemde advies van de Afdeling advisering van de Raad
van State is besloten de Hervormingagenda Jeugd af te wachten. De beleidsvorming is
daarin verder uitgewerkt. Vervolgens zijn beide wetsvoorstellen samengevoegd tot een
nieuw integraal wetsvoorstel waarin de voor dit wetsvoorstel relevante afspraken uit
de Hervormingsagenda Jeugd zijn verwerkt.
Inmiddels is de ministerraad akkoord gegaan met de voordracht voor de Koning om het
wetsvoorstel opnieuw voor advies voor te leggen aan de Afdeling advisering van de
Raad van State. De Afdeling kan hierdoor adviseren over een verbeterd, actueel en
integraal nieuw wetsvoorstel, hetgeen zal bijdragen aan de kwaliteit van de beoogde
maatregelen om de beschikbaarheid van jeugdhulp, kinderbeschermingsmaatregelen en
jeugdreclassering te bevorderen.
In verband met deze nieuwe adviesaanvraag is de ministerraad tevens akkoord gegaan
met de voordracht voor de Koning om de adviesaanvraag voor het wetsvoorstel Taken
zorgautoriteit op Jeugdwet-terrein in te trekken en wordt er een «nader rapport niet
indienen» bij het wetsvoorstel Verbetering beschikbaarheid zorg voor jeugdigen aan
de Koning aangeboden.
Conform de motie van het lid Mohandis c.s. zal de regering zich tot het uiterste inspannen
het wetsvoorstel Verbetering beschikbaarheid jeugdzorg na ommekomst van het advies
van de Afdeling advisering van de Raad van State zo snel mogelijk bij uw Kamer in
te dienen.3
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M. van Ooijen