Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 december 2022
Bijgaand stuur ik u, zoals toegezegd, de analyse naar de effecten voor de betrokken
zorginstellingen, zorgverleners en patiënten en hun naasten, van de concentratie van
interventies bij aangeboren hartafwijkingen (impactanalyse). De Nederlandse Zorgautoriteit
(NZa) heeft deze op 5 december aan mij aangeboden.
Ik wil de NZa bedanken voor deze impactanalyse. De analyse laat zien dat welk besluit
tot concentratie van interventies ook genomen wordt, het altijd effecten zal hebben
voor patiënten, de betrokken centra en de betrokken zorgprofessionals. Er kunnen maatregelen
nodig zijn om aan deze effecten tegemoet te komen en de continuïteit van andere vormen
van zorg dan de interventies bij aangeboren hartafwijkingen, te waarborgen. Er zal
ook tijd nodig zijn voor de transitie en de verandering zal zorgvuldig begeleid moeten
worden.
Het rapport laat dat zien en is daarmee goede aanvulling op de eerdere rapporten over
dit vraagstuk van concentratie van deze vorm van zorg. Een discussie die al zo’n drie
decennia loopt. De meest recente rapporten zijn «Zorg voor patiënten met een aangeboren
hartafwijking: scenario’s voor de toekomst» door de beroepsgroepen1 (2021) en het advies van de IGJ over de organisatie van zorg bij aangeboren hartafwijkingen
(2021). Eerder zijn verschenen het rapport «Concentratie van congenitale hartchirurgie
en catheterinterventies» van de commissie Kinderhartinterventies (2009)2, het rapport Patiëntperspectief op zorg en onderzoek voor patiënten met een aangeboren
hartafwijking (2021)3 en rapporten van de Gezondheidsraad: «Hartchirurgie en interventiecardiologie voor
kinderen» (1993) en Bijzondere interventies aan het hart» (2007).
Zoals ik op 18 november per brief de Tweede Kamer heb laten weten (Kamerstuk 31 765, nr. 694), zal ik de maand december benutten om met betrokken patiëntenorganisaties, de verschillende
betrokken wetenschappelijke verenigingen van zorgprofessionals en de bestuurders van
de betrokken universitaire medische centra gesprekken te voeren. Ik heb het voornemen
om – in overweging nemend deze gesprekken, de eerdere rapporten en de impactanalyse
– begin 2023 een definitief besluit te nemen over concentratie van deze vorm van zorg.
Ik zal u daar uiteraard over informeren, inclusief mijn reactie op de impactanalyse
van de NZa.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.J. Kuipers