Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 december 2014
Hierbij bied ik u, mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken, het Ontwerp
Nationaal Waterplan 2016–2021 (hierna NWP2) aan1. Dit plan vervangt het Nationaal Waterplan 2009–2015 inclusief alle tussentijdse
wijzigingen.
De Waterwet schrijft voor dat elke zes jaar een nieuw Nationaal Waterplan uitgebracht
wordt. Zoals ik in mijn brief van 15 januari 2014 (Kamerstuk 31 710, nr. 30) reeds aankondigde, is dit Nationaal Waterplan opgesteld vanuit het perspectief om
een nationale Omgevingsvisie te ontwikkelen richting 2018 conform de Omgevingswet
in wording.
Het NWP2 geeft de hoofdlijnen, principes en richting van het nationale waterbeleid
in de planperiode 2016–2021, met een vooruitblik richting 2050. Met dit NWP2 zet het
kabinet een volgende ambitieuze stap in het robuust en toekomstgericht inrichten van
ons watersysteem, gericht op een goede bescherming tegen overstromingen, het voorkomen
van wateroverlast en droogte en het bereiken van een goede waterkwaliteit en een gezond
ecosysteem als basis voor welzijn en welvaart. Hierbij streven we naar een integrale
benadering, door natuur, scheepvaart, landbouw, energie, wonen, recreatie, cultureel
erfgoed en economie (inclusief verdienvermogen) zo veel mogelijk in samenhang met
de wateropgaven te ontwikkelen. Het beleid en de maatregelen in dit Nationaal Waterplan
dragen bij aan het vergroten van het waterbewustzijn in Nederland.
Belangrijke onderdelen van dit plan zijn:
-
• Het rijksbeleid dat voortvloeit uit de deltabeslissingen (waterveiligheid, zoetwatervoorziening
en ruimtelijke adaptatie),
-
• Ontwerp Beleidsnota Noordzee
-
• De verankering van afspraken die betrekking hebben op water vanuit energie (Energieakkoord),
natuur (Natuurvisie), internationale inzet (Internationale Waterambitie) en bestuurlijke
verhoudingen (Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte, Bestuursakkoord Water en Deltaprogramma)
-
• Voldoen aan de Europese eisen voor waterkwaliteit, overstromingsrisico's en het mariene
milieu door geactualiseerde plannen en maatregelenprogramma's op te nemen.
In dit Nationaal Waterplan plan geef ik ook invulling aan de motie Jacobi (Kamerstuk
34 000 J, nr. 16) door de onderdelen waterkwaliteit en zoetwater in het plan integraal te behandelen.
In de ontwerp Mariene Strategie voor het Nederlandse deel van de Noordzee deel 3,
het KRM-Programma van Maatregelen wordt invulling gegeven aan de motie Ouwehand (Kamerstuk
34 000 XII, nr. 47) waarin de regering wordt verzocht de door de RIVM aangewezen bronnen mee te nemen
in de uitwerking van de KRM.
De inspraakperiode voor dit ontwerp NWP2 loopt conform de Waterwet van 23 december
2014 tot en met 22 juni 2015. Het definitieve plan zal voor 22 december 2015 worden
vastgesteld. Dit vastgestelde plan zal ik u toesturen.
De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus