Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2015-2016 | 31532 nr. 159 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2015-2016 | 31532 nr. 159 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 maart 2016
Op 4 november 2015 heeft de Gezondheidsraad het advies «Richtlijnen goede voeding 2015» aan de Staatssecretaris van Economische Zaken (EZ) en mij aangeboden. Hierbij ontvangt u, mede namens de Staatssecretaris van EZ, mijn reactie op dit advies.
Inleiding
Zoals al in de Kabinetsreactie op het advies «Naar een voedselbeleid» van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (Kamerstuk 31 532 nr. 156) gemeld, is er een toenemende belangstelling voor voeding in de maatschappij. Steeds vaker willen consumenten een bewuste keuze kunnen maken voor gezondere en duurzamere voeding. Maar om te weten wat nu goede voeding is en welke voedingsfactoren een gunstig of juist ongunstig effect op de gezondheid hebben, is gedegen wetenschappelijk onderzoek nodig. De Gezondheidsraad heeft op mijn verzoek de meest actuele wetenschappelijk informatie op het gebied van voeding en gezondheid samen gebracht in het advies «Richtlijnen goede voeding 2015».
Richtlijnen goede voeding 2015
In het advies «Richtlijnen goede voeding 2015» heeft de Gezondheidsraad de stand van de wetenschap over de relatie tussen voeding en chronische ziekten op een rij gezet en vertaald in aanbevelingen voor een gezond voedingspatroon. Een commissie van deskundigen heeft onderzocht wat het verband is tussen voedingsstoffen, voedingsmiddelen en voedingspatronen en het risico op chronische ziekten. Hierbij heeft de commissie zich primair gericht op de Nederlandse top tien van ziekten, gemeten naar sterfte, verloren levensjaren en ziektelast.
Het gaat om coronaire hartziekten, beroerte, hartfalen, diabetes mellitus type 2, chronisch obstructieve longziekten (COPD), borstkanker, darmkanker, longkanker, dementie en cognitieve achteruitgang en depressie.1
Het advies «Richtlijnen goede voeding 2015» is een vervolg op eerdere richtlijnen uit 2006 en 1986. In het advies «Richtlijnen goede voeding 2015» zet de Gezondheidsraad op een rij welke voedingsmiddelen en -patronen leiden tot gezondheidswinst. Daartoe heeft de Gezondheidsraad de wetenschappelijke kennis over de relatie tussen voeding en chronische ziekten systematisch beoordeeld en op basis daarvan de «Richtlijnen goede voeding 2015» geformuleerd. Deze richtlijnen zijn bedoeld voor de algemene bevolking vanaf twee jaar. Voor bepaalde bevolkingsgroepen zoals zwangere vrouwen en kleine kinderen zijn aparte richtlijnen nodig. Op mijn verzoek komt de Gezondheidsraad in de tweede helft van 2017 dan ook met separate adviezen voor kinderen van 0 tot 2 jaar en voor zwangere en borstvoeding gevende vrouwen.
De «Richtlijnen goede voeding 2015» verschillen in een aantal opzichten van de eerdere. Zo zijn de aanbevelingen geformuleerd in termen van voedingsmiddelen (in plaats van voedingsstoffen), waarmee ze zowel beter aansluiten bij de wetenschappelijke ontwikkelingen als bij de voedselkeuzes die consumenten kunnen maken.
De kern van het advies «Richtlijnen goede voeding 2015» is de aanbeveling om te eten volgens een meer plantaardig en minder dierlijk voedingspatroon. Dit voedingspatroon is uitgewerkt in richtlijnen voor de voedingsmiddelen groente en fruit, vlees, vis, noten, peulvruchten, zuivel en eieren, graanproducten, vetten en oliën, dranken, alcohol en keukenzout. Verder zijn er richtlijnen voor voedingsstofsupplementen opgesteld. Het wordt bijvoorbeeld aanbevolen om dagelijks ten minste 200 gram groente en ten minste 200 gram fruit te eten en wekelijks peulvruchten te eten. Ook wordt aanbevolen om de consumptie van rood vlees en met name bewerkt vlees te beperken en zo min mogelijk suikerhoudende dranken te drinken. Verder wordt aanbevolen om geen alcohol of in ieder geval niet meer dan één glas alcohol per dag te drinken en de inname van keukenzout tot maximaal 6 gram per dag te beperken.
Reactie op het advies
Ik waardeer de grondige werkwijze waarmee de Gezondheidsraad het advies «Richtlijnen goede voeding 2015» heeft opgesteld. Studies naar een relatie tussen voeding en het ontstaan van ziekten zijn complex en de uitkomsten vaak niet eenduidig. De Gezondheidsraad heeft op transparante wijze aan deze richtlijnen gewerkt. Zo heeft de voorzitter van de Gezondheidsraad aan iedereen de gelegenheid geboden om commentaar te leveren op conceptversies van achtergronddocumenten over voedingsstoffen, voedingsmiddelen en voedingspatronen. De commissie heeft het commentaar betrokken bij het vaststellen van de definitieve versies van deze achtergronddocumenten mits het aansloot bij de werkwijze van de commissie. De definitieve achtergronddocumenten zijn beschikbaar gesteld via de website van de Gezondheidsraad, zodat ze voor iedereen in te zien zijn. De werkwijze van de commissie van deskundigen bij het komen tot het advies «Richtlijnen goede voeding 2015» staat beschreven in het achtergronddocument «Werkwijze van de Commissie Richtlijnen goede voeding 2015». Dit document staat ook op de website van de Gezondheidsraad.
De commissie heeft naast de gezondheidsaspecten ook de ecologische aspecten van een gezond voedingspatroon meegenomen. De commissie heeft daartoe de bevindingen uit het in 2011 verschenen Gezondheidsraad-advies «Richtlijnen goede voeding ecologisch belicht» naast het advies «Richtlijnen goede voeding 2015» gelegd. Hieruit blijkt dat een minder dierlijk en meer plantaardig voedingspatroon over het algemeen ook een ecologisch lagere belasting kent.
Van richtlijnen naar dagelijkse praktijk
Ik vind het belangrijk dat de Gezondheidsraad met regelmaat de wetenschappelijke bevindingen op het gebied van voeding en gezondheid in samenhang en op hun praktische betekenis beoordeelt. De «Richtlijnen goede voeding» van de Gezondheidsraad vormen namelijk de basis van het
voedingsbeleid en van de voedingsvoorlichting via de Schijf van Vijf door het Voedingscentrum. Om ervoor te zorgen dat consumenten in de dagelijkse praktijk gezond kunnen eten op basis van de meest actuele inzichten op het gebied van voeding en gezondheid, zal het Voedingscentrum op basis van het Gezondheidsraad-advies «Richtlijnen goede voeding 2015» een nieuwe Schijf van Vijf ontwikkelen.
Nieuwe Schijf van Vijf
De «Richtlijnen goede voeding 2015» beschrijven wat volgens de stand van de wetenschap past in gezonde voedingspatronen. Het Voedingscentrum vertaalt de «Richtlijnen goede voeding 2015» naar nieuwe «Richtlijnen Schijf van Vijf» met concrete adviezen voor consumenten hoe te komen tot een gezonder en duurzamer voedingspatroon met voldoende vitamines en mineralen en met een adequate hoeveelheid energie. Een gezond voedingspatroon kan binnen de «Richtlijnen Schijf van Vijf» op verschillende manieren ingevuld worden. Het Voedingscentrum maakt inzichtelijk hoe gezonde dagelijkse voedselkeuzes eruit kunnen zien, voor verschillende leeftijdsgroepen, voor vrouwen en mannen en met voldoende afwisseling in voedingsmiddelen en een adequaat niveau van vitamines en mineralen. De nieuwe Schijf van Vijf maakt deze adviezen visueel met daarbij een uitbreiding van de individuele toepassingsmogelijkheden met bijbehorende vernieuwde tools voor een concreet handelingsperspectief voor consumenten.
De nieuwe Schijf van Vijf zal in maart 2016 worden uitgebracht. Om consumenten hierover te informeren, komt het Voedingscentrum met een publiekscampagne. Met deze publiekscampagne wordt de aandacht van consumenten gevraagd voor de nieuwe Schijf van Vijf en daarmee voor een gezond en duurzamer voedingspatroon.
De relatie tussen het Gezondheidsraadadvies en de Schijf van Vijf is cruciaal en daarmee dus ook de timing en afstemming tussen beide. Nu kwam de Gezondheidsraad in november 2015 met zijn advies, het Voedingscentrum komt in maart 2016 met de nieuwe Schijf van Vijf. In het vervolg zou een betere afstemming tussen beide de communicatie naar de consument verbeteren. De consument krijgt dan bij het uitkomen van het Gezondheidsraadadvies direct ook handelingsopties. Ik vind het dan ook van groot belang dat de Gezondheidsraad en het Voedingscentrum de volgende keer met elkaar afspraken maken over het vroegtijdig delen van kennis opdat beide trajecten parallel kunnen worden geschakeld.
Verbetering productsamenstelling
Naast het verstrekken van informatie over gezonde voeding via de nieuwe Schijf van Vijf is het van belang dat er voldoende gezonde producten zijn om uit te kiezen. Daarom is er in 2014 een «Akkoord Verbetering Productsamenstelling» gesloten met het bedrijfsleven om te werken aan levensmiddelen met minder zout, verzadigd vet en calorieën. Op deze manier wordt de gezonde keuze de makkelijke keuze. Omdat de voedingsmiddelenindustrie een grotendeels internationale sector is en Europese samenwerking hierbij nodig is, is de verbetering van productsamenstelling één van mijn prioriteiten tijdens het lopende Nederlandse EU-voorzitterschap.
Naast het werken aan de verbetering van de productsamenstelling, wordt er ook op andere manieren gewerkt aan het gezonder maken van het voedingsaanbod. Zo draagt ook het beleid rond Gezonde School, de Gezonde Kinderopvang en meer specifiek op voedingseducatie en de gezonde sport- en schoolkantines bij aan de gezonde keuze makkelijker maken. De komende jaren zal hierop nog intensiever interdepartementaal worden samengewerkt tussen de Ministeries van OCW, SZW, EZ en VWS. De Staatssecretaris van EZ heeft bij voorbeeld onlangs in het kader van Gezonde School aangekondigd om met bestaande instrumenten uit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (schoolfruitregeling) en het Topsectorenbeleid (smaaklessen) de educatie en consumptie van groenten en fruit in het primair onderwijs te bevorderen.
Monitoring
De voedselconsumptiepeiling (VCP) die via het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) wordt uitgevoerd geeft inzicht in de daadwerkelijke inname van voeding door de Nederlandse bevolking. Zo kan vastgesteld worden in hoeverre de Nederlandse bevolking voldoet aan de «Richtlijnen goede voeding» van de Gezondheidsraad. Op dit moment werkt het RIVM aan de nieuwe «VCP-Basis» voor mensen van 1–79 jaar. In 2018 worden de resultaten verwacht.
Mede namens de Staatssecretaris van EZ dank ik de Gezondheidsraad voor het advies «Richtlijnen goede voeding 2015». Het advies bevestigt het belang van een gezond voedingspatroon voor de gezondheid van de Nederlandse bevolking. Het Voedingscentrum zal met behulp van de nieuwe Schijf van Vijf consumenten informeren over dit gezonde voedingspatroon, zodat consumenten een bewuste keuze kunnen maken voor gezondere en duurzamere voeding.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers
Van gezond naar beter. Kernrapport van de Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2010, F. van der Lucht en J.J. Polder, Bilthoven: RIVM; 2010: 270061005.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31532-159.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.