31 524 Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie

Nr. 114 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 juli 2011

In mijn brief over de Ombudslijn mbo van 10 maart 2010 (kamerstuk 31 524, nr. 57) heb ik aangegeven de werking hiervan aan het eind van het schooljaar 2010/2011(in mei/juni 2011) te evalueren en u over de uitkomsten te informeren.

Inmiddels heb ik besloten de Ombudslijn mbo nog een jaar langer in de lucht te houden als extra waarborg om te zorgen voor een snellere afhandeling van klachten door de mbo-scholen. Het gaat er overigens niet alleen om dat een klacht zorgvuldig en tijdig door een school wordt behandeld; studenten en hun ouders willen vooral dat scholen hun klachten serieus nemen.

Het wettelijk verankeren van het hebben van een klachtenregeling en een toegankelijke, onafhankelijke klachtencommissie voor alle mbo-instellingen zal ik, in samenhang met andere wetgevingstrajecten ten behoeve van het mbo meenemen.

De Inspectie van het Onderwijs zal in het voorjaar 2012, zoals aangekondigd in haar concept jaarwerkplan 2012, onderzoek doen naar de stand van zaken van de klachtenbehandeling in het mbo.

Op basis van bovenstaande heb ik de evaluatie van de werking van de Ombudslijn mbo verschoven naar het einde van het schooljaar 2011/2012 (in mei/juni 2012.

Als bijlage stuur ik u de jaarrapportage van de Ombudslijn mbo.1

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven