31 322 Kinderopvang

Nr. 302 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Ontvangen ter Griffie op 27 mei 2016.

De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur is aan de Kamer overgelegd tot en met 15 juli 2016.

De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur kan niet eerder worden gedaan dan op 16 juli 2016.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 mei 2016

Hierbij bied ik uw Kamer het ontwerpbesluit tot wijziging van het Besluit kinderopvangtoeslag aan in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure (artikel 3.11 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)1.

In dit ontwerpbesluit wordt de kinderopvangtoeslag verhoogd. De toeslagpercentages in de eerste kindtabel en de maximale toeslagpercentages in de tweede kindtabel worden verhoogd. De vaste voet van de eerste kindtabel wordt verhoogd naar 33,3 procent. Tevens worden de inkomensklassen in de toeslagtabel geïndexeerd.

Daarnaast worden de maximaal te vergoeden uurprijzen (=maximum uurprijzen) verhoogd met 2,5% in verband met het uitblijven van de jaarlijkse indexatie in 2012. Ook wordt in dit ontwerpbesluit de jaarlijkse indexatie van de maximum uurprijzen voor 2017 geregeld. De maximum uurprijzen worden voor 2017 met 4,2 procent verhoogd.

Het ontwerpbesluit regelt verder het met een jaar verlengen (het jaar 2017) van het gedurende zes maanden behouden van het recht op kinderopvangtoeslag bij werkloosheid.

Op grond van artikel 3.11 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen geschiedt de voordracht aan de Koning voor het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers is overgelegd.

Op dit moment doet het Centraal Bureau voor de Statistiek onderzoek naar de effecten van de verlenging van de werkloosheidstermijn met betrekking tot het recht op kinderopvangtoeslag en het Sociaal en Cultureel Planbureau voert onderzoek uit naar de achtergronden van het (lage) gebruik van kinderopvangtoeslag onder lagere inkomens en de ontwikkeling van de uurprijzen. Deze onderzoeken worden gedurende de voorhangprocedure naar beide Kamers gezonden.

Deswege stel ik voor om de voorhangprocedure te verlengen, zodat de Kamers de tijd krijgen om de resultaten van de onderzoeken mee te wegen in hun beoordeling. De voorhangprocedure zal daarom eindigen op 15 juli aanstaande.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven